10.000 tot 1.500 v. Chr.
Jaar….. | Wat nu …… is | Gebeurtenis |
7.000 tot 5.000 v. Chr. | Aragón | Het epipaleolithicum. De Solutréen en de Magdalénien trekken Aragón binnen. Zij concentreren zich in Bajo-Aragón. |
3000 v. Chr |
Op de eilanden Mallorca en Menorca, vinden we het eerste duidelijke bewijs van een stabiele bevolking. |
|
15e eeuw v. Chr.
Jaar….. | Gebied | Gebeurtenis |
1500 v. Chr. | Europa | In de midden-bronstijd van ca. 1500 tot 1100 v.Chr. is onder andere in Vlaanderen en de Kempen onder meer de Famennegroep gevestigd. |
ca. 1450 v.Chr. – De paleizen op Kreta worden voor een tweede keer verwoest. Arthur Evans weet dit onder meer aan de Myceners, die het eiland vanaf de 15e eeuw v.Chr. mogelijk zouden binnengevallen zijn. | ||
Egypte | Thoetmosis III verovert met zijn 17 veldtochten een groot deel van het tegenwoordige Syrië/Palestina. | |
Iberisch schiereiland | Een groep dorpen duikt op in het huidige gebied van Valencia, met name in de zuidelijke helft. Ze staan cultureel dicht bij El Argar. Deze volken stichtten de eerste Mortillas (vestigingen bovenop door de mens gemaakte heuvels) in het gebied La Mancha. | |
Verschillende stammen van veeherders, van het centrale plateau, organiseren zich tot één cultuur met de naam Cogotas. | ||
De aanwezigheid van tin is waarschijnlijk de reden dat er mensen woonden in het noordwesten van het Iberisch schiereiland. |
14e eeuw v. Chr.
Jaar….. | Gebieden | Gebeurtenis |
1400 v. Chr. | Middellandse Zeegebied |
ca. 1400 v.Chr. – Einde van de Minoïsche beschaving op Kreta. De Myceners vergroten door intensief scheepvaartverkeer hun invloed in het oostelijke deel van de Middellandse Zee en tot in Italië. In dit hele gebied hebben ze handelscontacten met andere volken, plunderen doen ze daarnaast nog steeds. De belangrijkste handelspartners zijn de Egyptenaren uit het Nieuwe Rijk en de volken die in Klein-Azië leefden. |
Egypte | Farao Achnaton introduceert het monotheïsme (één god) in Egypte. | |
Klein Azië | De Luwiërs bieden weerstand aan het Hettitische Rijk en verwerven zelfs de hegemonie in Klein-Azië. |
13e eeuw v. Chr.
Jaar….. | Gebieden | Gebeurtenis |
13e eeuw v. Chr. | Europa | In heel Europa ontstaat vrij plotseling de urnenveldencultuur doordat men overstapt op crematie, mogelijk door nieuwe religieuze inzichten. In het skelet van de Krabbeplasman is het oudste menselijke DNA aangetroffen dat ooit in de Lage Landen is gevonden. Het tempeltje van Barger-Oosterveld speelt een rol bij rituelen in het veen. |
Midden-Oosten | Uittocht uit Egypte. De wetten van Israël dateren volgens de Bijbel uit de tijd van Mozes (1300 tot 1250 v.Chr.) Het begin van de ijzertijd veroorzaakt politieke onrust in het Midden-Oosten (1200 v.Chr.). | |
Iberisch schiereiland | El Argar verdwijnt plotseling, in plaats daarvan ontstaat een post-Argarische cultuur die minder homogeen is. De Motillas worden verlaten, mogelijk vanwege het verdwijnen van de naburige Argarische staat. Invasie van de Kelten in het noordwesten van het schiereiland. De Urnenveldencultuur is de eerste golf Indo-Europese migraties die op het schiereiland binnenkomen. Ze bleven in Cataluña, maar het was tevens het begin van de Atlantische Bronstijd in het noordwesten van het schiereiland (hedendaags Galicia en Noord-Portugal). Er werd handel gedreven met Bretagne en de Britse Eilanden. In West-Andalucía komt een nieuw soort aardewerkcultuur op. Het Noordwesten bestaat uit twee assen: Galiciërs en Astur-Cantabriërs. |
12e eeuw v. Chr.
Jaar….. | Gebeurtenis | |
1200 v. Chr. | Wijdverspreide vernietiging van de steden van het oostelijke Middellandse Zeebekken, meestal door brandstichting van de Zeevolkse huurlingen. Ten gevolge van de Brandcatastrofe valt het eeuwenoude machtige rijk der Hettieten uiteen in een aantal stadstaten. Het einde van de bronstijd en het begin van de ijzertijd in de Levant. Op het Iberisch schiereiland ontstaan de eerste Tartesische nederzettingen. De Filistijnen vestigen zich aan de zuidwestkust van Kanaän(ca. 1200 – 1175 v.Chr.) In Mesopotamië worden waterschoepraderen in gebruik genomen bij de irrigatie van de landbouw. De Trojaanse Oorlog wordt uitgevochten (ca. 1184 v.Chr.) Het Fenicisch alfabet ontstaat. De Wet van Mozes ontstaat. Allis Ubbo (hedendaags Lissabon), waarschijnlijk van Iberische oorsprong, wordt gesticht. | |
Belangrijke personen. | Amenmesses, vijfde farao van de 19e Dynastie van Egypte. Ramses III, tweede farao van de 20e Dynastie van Egypte. Nebukadnezar I, vierde en belangrijkste koning van de Isin-dynastie van Babylonië. Mozes |
11e eeuw v. Chr.
Jaar………… | Gebeurtenis | |
Rond 1100 v. Chr. | Iberisch schiereiland | Late bronstijd. In Cataluña, Aragón en Valencia doet de urnenveldencultuur zijn intreden. |
Rond 1100 v. Chr. | De Saefen (Sefes)waren het eerste Keltische volk dat in de 11e eeuw v. Chr. in Galicia aankwam en het daar verblijvende Oestrimnische volk onderwierp, maar dit laatste heeft het eerste vooral beïnvloed op het gebied van de godsdienst, de politieke organisatie en de maritieme betrekkingen met Bretagne en Ierland. Hun oorlogszuchtige karakter bracht Strabo ertoe te zeggen dat zij het moeilijkst te verslaan waren in heel Lausitania. | |
1104 | Mytische stichting van Cádiz | |
Rond 1150 v. Chr. | De Feniciërs bereiken op hun handelsvaarten over de Middellandse Zee het Iberisch Schiereiland. | |
Rond 1104 v. Chr. | Men schat dat rond dit jaartal de Feniciërs de stad Gadir (Gádiz) hebben gesticht. | |
Rond 1100 v. Chr. | Europa | Op de Boshoverheide bevindt zich het grootste teruggevonden urnenveld uit de Lage Landen, dat zou tussen 1100 en 700 v.Chr. zijn gebruikt. |
10e eeuw v. Chr.
Jaar….. | Gebieden | Gebeurtenissen | |||
Iberisch Schiereiland | |||||
1000 v. Chr.. | Proto-Kelten (urnenveldencultuur). Bronstijd (Indo-Europees) in het noordwesten van Iberië, handel met Bretagne en de Britse Eilanden. De Castro-dorpscultuur ontstaat in dit gebied. Bronstijd in de Portugese Estremadura (niet Indo-Europees). Bronstijd in het Portugese Beira Alta (niet Indo-Europees, maar daar wel door beïnvloed). Ontstaan van Tartessos, de eerste Iberische staat die in schriftelijke bronnen wordt genoemd. Tartessos was een gecentraliseerde monarchie, die was ontstaan onder Fenicische invloed. Voerde handel met het gebied dat tegenwoordig bekendstaat als de Algarve en de Portugese Estremadura. Dorpen en steden worden gesticht in de zuidelijke kustgebieden in West-Iberië. | ||||
Canarische Eilanden | De Maxos of Majoreros (Berbers van oorsprong die met de Feniciërs meekwamen) beginnen de Canarische eilanden te bevolken. Eerst Lanzarote en Fuerteventura. Later zouden de eilanden vanaf de 6e eeuw v.Chr. een nieuwe bevolkingsbijdragen ontvangen. Dit in verband met de uitbreiding van Carthago. | ||||
Europa | c. 900 v.Chr. – de Villanovacultuur verschijnt in Noord-Italië De urnenveldencultuur verspreidt zich verder over westelijk Europa (België, Nederland en Duitsland). Ook wordt brons nu algemeen bewerkt. Vanuit het Midden-Oosten komen bewerkingstechnieken voor ijzer – eerst in het zuiden (Griekenland). Vervaardiging van ceremoniële gouden hoeden in Midden-Europa. Ontstaan van de Villanovacultuur (1000 – 700 v.Chr.) uit de ijzertijd vernoemd naar de Italiaanse stad Villanova.
Rond deze tijd ontstaan de handelskolonies van de Feniciërs, o.a. de stad Kition (nu Larnaca) op Cyprus. Vnl. koper wordt verhandeld. In Oxfordshire wordt het Witte paard van Uffington gemaakt. De heuvelfiguur is in elegante lijnen uitgesneden en ruim 123 meter lang. |
||||
Belangrijke personen | Koning David, tweede koning van het koninkrijk Israël. Salomo, derde koning van het koninkrijk Israël, zoon van koning David. Zarathustra, Bactrische profeet en grondlegger van het zoroastrisme. |
9e eeuw v. Chr.
Jaar….. | Gebieden | Gebeurtenissen | |||
900 v. Chr. | Iberisch Schiereiland | Feniciërs introduceren het gebruik van ijzer, de pottenbakkersschijf, de productie van olijfolie en wijn. Ze waren ook verantwoordelijk voor de eerste vormen van het schrift, hadden een grote religieuze invloed en versnelden de stedenbouw. De nieuwe Castro-dorpscultuur, gekenmerkt door de ommuurde dorpen en heuvelforten. De cultuur breidde zich uit van zuid naar noord en van de kust naar het binnenland gedurende de volgende eeuwen. | |||
Europa | Begin van de IJzertijd in Midden-Europa. |
8ste eeuw v. Chr.
Jaar….. | Gebieden | Gebeurtenissen | |||
800 v. Chr. | Iberisch Schiereiland | Sterke Fenicische invloed in de stad Balsa (hedendaags Tavira in de Algarve). Feniciërs stichten Malaka (Málaga). De Keltische Hallstatt-cultuur bereikt de Urnenvelden-Kelten en introduceerden ijzerbewerking in Iberië. De cultuur breidde zich uit en bereikte de noordelijke regio Levante en de vallei boven de Ebro. | |||
Europa | Ook in de rest van West-Europa begint de IJzertijd en start een nieuwe periode in onze westerse geschiedenis, de Klassieke oudheid. De invloed van Germanen en Kelten doet zich opmerken in de manier waarop de doden worden verzorgd en begraven: uit deze tijden vindt men urnenvelden in de Lage Landen. | ||||
753 v. Chr. | Rome | Stichting van de stad Rome aan de Tiber. Romulus is de eerste van een reeks koningen die de stad regeren. |
7e eeuw v. Chr.
Jaar….. | Gebieden | Gebeurtenissen | |||
700 v. Chr. | Iberisch Schiereiland | Sterke Tartessiaanse invloed in het gebied van de hedendaagse Algarve. Koning Argantonio heerst van 630 v. Chr. tot 550 v. Chr. over Tartessos. . | |||
Tweede golf Indo-Europese migratie (Kelten van de Hallstatt-cultuur) in Portugees gebied. | |||||
De veeherderscultuur Cogotas I verandert in Cogotas II, Keltische invloeden worden gemengd met de Iberische cultuur (Keltiberiërs) | |||||
± 654 v. Chr. | Op de eilanden Ibiza en Formentera vestigde zich een stabiel populatie. | ||||
650 v. Chr. | Westfaalse Keltische groepen: de Celsiërs, Censi of Cempsis, opgedreven door andere volkeren, vestigen zich langs de rivier de Ebro. | ||||
610-600 v. Chr. | Sefes, vestigen zich in Galicia en op meseta norte (Salamanca, Extremadura (Betones) Teruel (Turones). | ||||
700 v. Chr. | Middellandse Zeegebied | In het Middellandse Zeegebied, Griekenland en de Balkan begint het neolithicum omstreeks 650 v. Chr. Mogelijk in verband met gebeurtenissen rond de Zwarte Zee arriveert het Neolithicum in deze streken voornamelijk door migratie. De Feniciërs stichten rondom de Middellandse Zee vele nederzettingen. | |||
654 v. Chr. | Balearen | Fenicische kolonisten stichten een haven in de Balearen met de naam Ibossim (Ibiza). |
6e eeuw v. Chr.
Jaar….. | Gebieden | Gebeurtenissen | |||
600 v.Chr. | Iberisch Schiereiland | De Carthagers verschijnen op het Iberisch schiereiland waardoor de Feniciërs de Mediterraanse kust van Iberië steeds meer verlaten. Veel kolonies worden verlaten. Tavira wordt verwoest. Culturele verschuivingen op het Iberisch Schiereiland na de val van Tartessos. Dit gebeurt vooral in Laag-Alentejo en de Algarve, maar loopt langs de kust op tot de monding van de Taag. Het eerste schrift in West-Iberië wordt ontwikkeld (nog niet vertaald). Sterke Tartessiaanse invloed: het gebruikt het Fenicisch alfabet. In het gedicht Ora Maritima, geschreven door Avienus in de 4e eeuw, wordt beweerd dat heel West-Iberië ooit vernoemd was naar het volk dat er woonde, de Oestriminis, die werden vervangen door een invasie van de Saephe of Ophis (lett. ‘serpent’). Van toen af aan stond Iberië bekend als Ophiussa (Land van de Serpenten). In het gedicht worden ook verschillende etnische groepen van die tijd beschreven:
Kelten dringen door tot het noordwesten van het schiereiland. Het is niet duidelijk of alle stammen in dat gebied daadwerkelijk Kelten waren, of beïnvloed door en samengegaan met de Kelten. Er zijn zes volksgroepen, die sociaal gezien verschillen, aanwezig op het Iberisch schiereiland: Vasconen, Suessetanos, Sedetanos, Iacetani, Ilergetes en Celtiberos. De Lusitani, vestigden zich in de in de regio Beira (Portugal). |
|||
570 v.Chr. | De Belgae (Kelten uit de Nederrijn en de Moezel) vertrokken rond 600 v.Chr. en bereiken in 570 v. Chr. het schiereiland. Zij vestigden zich tussen de Ebro, de Pyreneeën en de Cantabrische Zee: Vesiones, Autrigones, Caristios, Nerviones, Vacceos, enz. | ||||
540 – 535 v.Chr. (mogelijk in 537 v.Chr. | Slag bij Alalia, waardoor het koninkrijk Tartessos werd vernietigd. | ||||
600 v.Chr. | Europa | De Etruskische cultuur is de eerste grote beschaving op het Italisch schiereiland, en in hun bloeitijd (7e – 5e eeuw v.Chr.) vormen de Etrusken een van de hoogst ontwikkelde volken van de oudheid. Griekse kolonisten uit Klein-Azië stichten de handelsnederzetting Massilia (Marseille) en planten er ook enkele wijngaarden aan. Griekse handelaren knopen handelsrelaties aan met Tartessos en stichten verscheidene nieuwe nederzettingen in Zuid-Spanje. De bekendste van deze Griekse kolonies was Mainaka, het huidige Málaga. Ten slotte worden ze door de Carthagers verdreven. | |||
Belangrijke personen | Clisthenes van Sicyon, Grieks staatsman. Hipponax, Grieks jambisch dichter. Nebukadnezar II, koning van Babylonië. Polycrates, tiran van het eiland Samos. Pythagoras, Grieks wiskundige en wijsgeer. Theognis van Megara, Grieks dichter. | ||||
537 v.Chr. | Slag om Alalia | Een Grieks-Karthaagse confrontatie om de hegemonie in het westelijk deel van de Middellandse Zee – die plaatsvond in de wateren van Corsica. |
5e eeuw v. Chr.
Jaar….. | Gebieden en andere zaken | Gebeurtenissen | |||
500 v.Chr. | Iberisch Schiereiland. | De sterke Centraal-Europese (Keltische) invloeden en migraties breiden zich verder uit in West-Iberië ten noorden van de Taag. Een tweede Castro-cultuur ontstaat in Galicia en Noord-Portugal. De Keltische Callaeciërs bewonen de regio rond en ten noorden van de Duero. De Griekse historicus Herodotus van Halicarnassus gebruikt het woord Iberia om te verwijzen naar wat tegenwoordig het Iberisch schiereiland is. | |||
Edeta, de grootste stad van Edetania. waar de Edetanos, Iberisch volk dat in het gebied van de huidige provincies Valencia en Castellon leven, begint zich uit te breiden. | |||||
Middelllandse Zeegebieden | Na de verovering van Fenicië door de Perzen omstreeks 500 v.Chr. wordt de maritieme en commerciële invloed van Fenicië minder en wordt haar rol als handelaar in de Middellandse Zee overgenomen door Carthago en de Griekse stadstaten. | ||||
Europa | De Kelten beheersen het grootste deel van Midden- en West-Europa. Hun Hallstatt-cultuur maakt plaats voor de La Tène-cultuur. | ||||
Wetenschap | Omstreeks deze tijd wordt in Babylonië het idee nul toegevoegd, als plaatsvervangend teken voor bv. nul honderden. Dit is de basis voor het tientallig stelsel (algemener: voor ieder n-tallig stelsel – het Babylonische stelsel was 60-tallig). Ontstaan van de geschiedwetenschap. Herodotus van Halicarnassus, Grieks geschiedschrijver, schrijft de Historiën en Thucydides “De geschiedenis van de Peloponnesische Oorlog”. | ||||
Belangrijke personen | Plato, Grieks filosoof – geboren op 428 v.Chr. Socrates, Grieks filosoof – geboren op 470 v.Chr. |
4e eeuw v. Chr.
Jaar….. | Gebieden en andere zaken | Gebeurtenissen | |||
400 v.Chr. | Iberisch Schiereiland |
|
|||
Europa/ Italië | Gallische stammen als de Insubres, de Senones, de Boii en Lingones vallen Italië binnen. Onder leiding van Brennus weten zij de Romeinen een zware nederlaag toe te brengen. Ze vestigen zich in het noorden op de plek waar later Lombardije zal liggen. Verderop in de eeuw begint Rome te groeien als Mediterraanse rivaal van Carthago. De sterke invloeden van Centraal-Europese Keltische culturen blijven groeien. | ||||
Wetenschap | Leven en werken van de klassieke Griekse filosofen Socrates, Plato en Aristoteles. In de Politika (ca. 350 BC) analyseert Aristoteles verschillende voorbeelden van een staat: monarchie, aristocratie, constitutionele regering, tirannie, oligarchie, democratie. Zijn staatsmodellen zullen 2000 jaar later nog dienen als leidraad in de discussie over het meest wenselijke regeringssysteem. De ontdekkingsreiziger Pytheas van Massalia verkent Noordwest Europa in een reis langs de Franse oceaankust, de Britse eilanden, Scandinavië en Zeeland. Hij onderzoekt mensen en natuurverschijnselen, en beschrijft alles in een (niet bewaard gebleven) boek, waaruit fragmenten door Geminus van Rhodos, Plinius de Oudere, Diodoros Siculus en vooral Strabo zijn geciteerd. Hippocrates van Kos is de eerste westerse arts die de geneeskunde uit het bovennatuurlijke naar het natuurlijke haalt. Hij zoekt via de symptomen van de patiënt naar een oorzaak, en komt zo tot een diagnose. Hij formuleert regels voor een gezond leven. | ||||
Belangrijke personen |
3e eeuw v. Chr.
Jaar….. | Gebieden en andere zaken | Gebeurtenissen | |||
Begin van deze eeuw. | Iberisch Schiereiland | De Autrigones werden verdreven door de Turmogos, geallieerd met de Vacceos, die de vroege hoofdstad van de Autrigonen, Autraca, in beslag namen. Ze worden teruggedreven naar hun land in de bergketens van de bovenloop van de Ebro ten noorden van de vallei van Arlanzón. | |||
300 v. Chr. |
|
||||
264 v. Chr. | Het begin van de Eerste Punische Oorlog (264-241 v. Chr). (Niet dfirect op het Iberisch schiereiland maar wel belangrijk voor haar toekomst.). | ||||
241 v. Chr. | Het Verdrag van Lutatius in 241 v. Chr maakte een einde aan de Eerste Punische Oorlog (264-241 v. Chr). | ||||
237 v. Chr. | De Carthaagse veldheer Amilcar Barcas trek samen met zijn schoonzoon Hasdrubal de Schone het Iberisch schiereiland op. | ||||
229 v. Chr. | Amilcar Barcas sneuveld bij schermutselingen tegen de Oretanen | ||||
228 v. Chr. | De Carthaagse veldheer Amilcar Barkas, sneuveld tijdens de slag bij Helike of de Slag bij Ilice (het huidige Elche). | ||||
227 v. Chr. | Hasdrubal el Bello (de Schone) sticht, na zijn huwelijk met een lokale prinses, de stad Qart Hadasht, het huidige Cartagena, met als hoofddoel, controle te houden over de rijkdommen van de Carthaagse zilvermijnen. (Hasdrubal de Schone – Nederlandse naam). | ||||
221 v. Chr. | Asdrubal ‘el Bello’ wordt door huurmoordenaar vermoord. | ||||
De hoofdstad Althia wordt door Hannibal ingenomen nadat hij een coalitie van Vetones, Olcades en Carpetanos had verslagen. | |||||
220 v. Chr. | Salmantica (Salamanca) wordt belegerd en veroverd door Hannibal Barkas. Salmanica blijkt overigens te zijn geïdentificeerd als de Vaccaeense stad Helmantica. | ||||
219 v.Chr. | Hannibal lanceert een offensief tegen Rome, waarbij hij het Iberisch schiereiland als uitvalsbasis nam en een groot percentage Hispaniërs in zijn leger opnam. | ||||
218 v.Chr. | Romeinse landing in Ampurias, Cnaius Cornelius Scipio Calvus landt met eerste Romeinse leger op Spaanse bodem. | ||||
Hannibal belegerd, en veroverd daarna Sagunto, en raakt daarbij zelf gewond. | |||||
De eerste belangrijke strijd tussen Carthagers en Romeinen vond plaats in Cissa, waarschijnlijk in de buurt van Tarraco | |||||
Cnaeus en Publius Cornelius Scipio richtten het militaire kamp op dat uit zal groeien tot Tarraco. | |||||
217 v.Chr. | De vloot van Cneo Scipio verslaat de vloot Hasdrúbal Barkas op de rivier de Ebro. | ||||
215 v.Chr. | Slag bij Ibera, Carthagers onder het bevel van Himilcon Fameas. | ||||
Slag bij de Ebro, Carthagers legers onder leiding van Hannibal en Hasdrubal worden door de Romeinen verslagen. | |||||
214 v.Chr. | Opstand van Syphax. dwingt Asdrúbal met zijn beste troepen terug te keren naar Afrika en liet het gebied in Hispania vrij voor de Romeinen. | ||||
211 v.Chr. | Hasdrúbal Barca terug naar het Iberisch schiereiland. Hij werd vergezeld door Masinisa met zijn Numidiaanse krijgers. | ||||
210 v.Chr. | Hasdrubal, zoon van Giscón, bereikt Lusitania en zet een kamp op bij de monding van de Taag. | ||||
209 v.Chr. | De Carthagers verliezen het beheer over de zilvermijnen van Cartagena waarmee zij hun huurlingen betaalde. Hierdoor was Hannibal niet meer in staat de Romeinen te weerstaan. | ||||
208 – 209 v.Chr. | Slag om Baecula. Publius Scipio rukt op naar het zuiden waar hij het leger van Asdrubal Barca (dat naar het noorden oprukte). Publius Scipio eiste de overwinning op (wat twijfelachtig was). | ||||
207 v.Chr. | De Carthagers reorganiseren zich en met versterkingen uit Afrika, onder bevel van Hannón, konden ze het grootste deel van het zuiden van het Iberisch schiereiland herstellen. | ||||
206 v.Chr. | Slag bij Ilipadie die verloren wordt door Hannibal Giscón en Magón Barca, een slag die beslissend was voor de tweede Punische oorlog. Rome overheerst het gehele schiereiland. Vier jaar later geven de Carthagers zich over aan Rome. | ||||
201 v.Chr. | De Romeinen hebben de Carthaagse macht op het Iberisch schiereiland overgenomen | ||||
300 v.Chr. | Europa |
|
|||
Wetenschap |
|
||||
Belangrijke personen |
|
2e eeuw v. Chr.
Jaar….. | Gebied of Afbeelding | Gebeurtenissen | |||
Eind 3e eeuw, begin deze eeuw | Iberisch Schiereiland | De Autrigonen sluiten zich aan bij de Berones en ontwikkelden ze zich tot een stammengemeenschap. Maar, in tegenstelling tot de Berones schijnen ze geen deel te hebben genomen aan de Keltiberische oorlogen. | |||
200 v.Chr. | De Romeinse dichter Quintus Ennius gebruikt, voor het eerst, het woord Hispania als naam voor het Iberisch Schiereiland (gebaseerd op de Carthaagse naam). Inmiddels heersen de Romeinen over het grootste deel van Oost- en Zuid-Hispania, langs de Mediterraanse kust. | ||||
De stad Edeta en omliggende nederzettingen van de Edetanos zijn door waarschijnlijk de Carthagers verwoest. De regio Edetania komt onder de heerschappij van de Romeinen. |
|||||
197 v.Chr. | Bijna alle volkeren van Hispania zijn in opstand gekomen tegen de Romeinse aanwezigheid en haar despotische manieren. | ||||
Gaius Sempronius Tuditanus en M. Helvius proberen het schiereiland op te delen in twee provincies: Hispania Ulterior en Hispania Citerior | |||||
195 v.Chr. | De Ilergetes komen in opstand tegen de Romeinen. Marcus Porcius Cato met zijn consulair leger trekt Hispania binnen om de opstanden neer te slaan. | ||||
194 v.Chr. | Lusitania, Gallaecia en Asturië worden opgenomen in de Romeinse provincie Hispania Ulterior. | ||||
193 v.Chr. | Lusitanos beginnen hun strijd tegen de Romeinen. | ||||
193 en 192 v.Chr. | Het bondgenootschap van Vetonen, Vaccaaei en Keltiberiërs wordt door de Romeinse troepen onder bevel van de pretor Marcus Fulvius Nobilior in Toledo verslagen, die in 193 v. Chr. de stad in beslag nam. De Romeinen herbouwen de stad en noemen het Toletum. |
||||
188 v.Chr. | De bewoners van de provincie Citerior komen in opstand tegen de Romeinse overheerser. Rome stuurt daarop Marcus Porcius met een leger van 60.000 man dat door de Keltiberiërs voor de helft wordt geëlimineerd. | ||||
180 v.Chr. | Viriathus, een beroemd leider van de Lusitaniërs, wordt geboren in de Herminius Mons. | ||||
179 v.Chr. | De praetor Lucius Postumius Albinus boekt een overwinning op de Lusitaniërs. | ||||
171 v.Chr. | De provincies Hispania Citerior en Ulterior worden (tijdelijk) verenigd, want vier jaar later 167 v. Chr. worden ze weer gescheiden. ((Waarschijnlijk om een deel van de troepen die in Hispania verbleven te verplaatsen naar de Macedonische oorlog)) . | ||||
155 v.Chr. | – Viriatus, Leider van de Lusitaniërs valt voor het eerst de Romeinen aan. – De Lusitaniërs bereiken Gibraltar. Aldaar werden ze verslagen door praetor Lucius Mummius. Dit was het begin van de Lusitaanse Oorlog. De strijd tussen de Romeinen en Lusitaniërs gaat nog jaren door. |
||||
154 v.Chr. |
|
||||
152 v.Chr. | Iberisch Schiereiland | De Romeinse Republiek heeft moeite genoeg soldaten te rekruteren voor de oorlog in Hispania. | |||
150 v.Chr. | De Lusitaniërs worden verslagen door praetor Servius Sulpicius Galba, nadat hij een valse wapenstilstand georganiseerd had. Hij zou de vrede aanvaarden als zij hun wapens in zouden leveren waarna de ruim 9.000 Lusitaniërs werden omsingeld door zijn leger en vermoord werden. Nog eens 20.000 andere werden gevangen en als slaven verkocht in Gallië (huidig Frankrijk). | ||||
147 v.Chr. | De Lusitaniërs verliezen meerdere slagen dankzij Caius Vetilius, de gouverneur van Hispania Ulterior. Caius Vetilius belooft de Lusitaniërs grondgebied in het zuiden als ze de Romeinse wetten volgen. Viriathus, iemand die de slachting van Galba had overleefd, waarschuwt de stammen de Romeinen niet te vertrouwen. Viriathus (Viriato) wordt benoemd tot leider van de Lusitaniërs. De Lusitaniërs slagen erin zich tegen de Romeinse aanvallen te verzetten. Vetilius wordt vermoord in een nederlaag opgezet door Viriathus. | ||||
146 v.Chr. | Eerste noordelijke expeditie van Viriato. Viriato verslaat de Romeinen onder leiding van Caius Plancius en neemt de stad Segobriqga in. Viriathus verslaat Claudius Urianus, gouverneur van Hispania Citerior. |
||||
145 v.Chr. | Viriato verslaat Caius Nigidius. Met een nieuwe gouverneur in Hispania Citerior boeken de Romeinen enkele kleine militaire overwinningen. | ||||
143. v.Chr. | Viriato neemt deel aan de Numatijnse revolutie. | ||||
De Romeinen worden verslagen bij Ossuma (in de buurt van huidig Córdoba). Het Romeinse leger wordt verslagen nabij wat tegenwoordig Beja is, in Alentejo. | |||||
140 v.Chr | De nieuwe consul van Hispania Ulterior, wordt door de Lusitaniërs verslagen in Erisane (in Baetica). Na het verlies, verklaart hij Viriathus “Vriend van het Romeinse volk” en erkent hij de soevereine regering van de Lusitaniërs. | ||||
139 v.Chr. | Deze actie wordt door de senaat in Rome ongeldig verklaard en de consul wordt opgedragen de rebellerende volken in Hispania te verslaan. In Hispania Ulterior boeken de Romeinen een grote overwinning op Viriathus en hij wordt gedwongen naar de gebieden ten noorden van de Taag te vluchten. De Vettonen en Gallaeciërs worden ook aangevallen. De Romeinse steden Castra Servilia en Caepiana worden gesticht in het grondgebied van de Celtici. Viriathus stuurt afgevaardigden om vrede te maken met de Romeinen. Viriathus wordt verraden en vermoord in zijn slaap door zijn metgezellen, die waren omgekocht door Marcus Pompilius Lenas. Wanneer de verraders in Rome aankomen, laat consul Servilius Cipianus hun executeren, omdat “Rome geen verraders beloont”. De Lusitaanse legers, nu onder leiding van Tautalus proberen de Romeinen tegen te houden maar worden verslagen. Einde van de Lusitaanse oorlog. De Romeinen geven de Lusitaniërs grondgebied in het zuiden (in hedendaags Alentejo). | ||||
138 v.Chr. | De eerste Romeinse expeditie diep in hedendaags Portugees grondgebied, onder leiding van consul Decimus Junius Brutus Callaicus. Decimus Junius Brutus zette zijn hoofdkwartier op in de vallei van de Taag en was bondgenoot geworden van Olisipo (huidig Lissabon). Hij versloeg bij elkaar 60.000 Lusitaniërs, Galliërs en Gallaeciërs, waarvoor hij de bijnaam Callaicus kreeg. De stad Olisipo zend legers om mee te vechten met de Romeinen tegen de Keltische stammen in het noordwesten. | ||||
138 v.Chr. | De Romeinse stichten Valencia, waarvan Décimo Junio Bruto Galaico consul werd en die het Valentia Edetanorum noemde. | ||||
137 v.Chr. | Proconsul Decimus Junius Brutus trekt verder naar het noorden langs de kust en vestigt een fort in de buurt van hedendaags Viseu. De Romeinse legers passeren de Deuro en gaan het gebied van de Gallaeciërs binnen. Het leger passeert de rivier de Lima (Lethe, de rivier van vergeetachtigheid), maar pas nadat Decimus Junius Brutus de rivier alleen was overgestoken om te bewijzen dat hij zijn geheugen niet was verloren. | ||||
136 v.Chr. | Romeinse legers onder leiding van proconsul Decimus Junius Brutus bereiken de Miño en weigerden ook deze over te steken uit angst dat dit de Lethe was. Decimus Junius Brutus verovert de stad Talabriga en verslaat zo de Gallaeciërs. Het senaat geeft praetor Decimus Junius Brutus de titel Callaicus voor zijn veroveringen in Gallaecië. | ||||
133 v.Chr. | De Keltiberiërs worden verslagen. | ||||
132 v.Chr. | Een delegatie Romeinse senators brengt een bezoek aan de nieuwe gebieden op het Iberisch schiereiland om te onderzoeken wat er nodig was om Hispania samen te voegen met het bestaande rijk. | ||||
123 v.Chr. | Romeinse verovering van de Balearen vond plaats onder leiding van Quintus Caecilius Metellus Balearicus. | ||||
116 v.Chr. | Oude Rome (Rieti) | Marcus Terentius Varro Reatinus (Romeins geleerde en schrijver) wordt geboren. Overlijd in 27 v.Chr. in Rome. | |||
114 v.Chr. | Iberisch Schiereiland | Praetor Gaius Marius wordt heerser over Lusitania en krijgt te maken met kleine opstanden…………………………… | |||
113 v.Chr. | De Lusitaniërs blijven zich verzetten tegen de Romeinen en maken gebruik van guerrillatechnieken. Ze worden uiteindelijk verslagen. Het begin van de consolidatie van de Romeinse regering. in Hispania. | ||||
110 v.Chr. | Hier beginnen de Romeinen met de romanisering van het schiereiland dat in het midden van de 3e eeuw op zijn hoogte punt sterkst is. | ||||
105 v.Chr. | Na de slag bij Arausio plunderen de Germaanse Teutonen en Cimbren heel Noord-Iberië tot in Gallaecia, voor ze wegtrekken en worden verslagen bij Aqua Sextiae en Vercellae. (tot 102 v.Chr.). | ||||
2e eeuw v.Chr. | Oude Rome (Italië) |
|
1ste eeuw v. Chr.
Jaar | datums | Gebieden en andere zaken | Gebeurtenissen |
Iberisch Schiereiland (of indirect daarmee in verband staand) | De Autrigones vormen een federatie van autonome vestingsteden (Civitates) op de bergketens van de bovenloop van de Ebro, beschermd door stevige adobe muren van het “Numantijnse” type. | ||
97 v.Chr. | Generaal Quintus Sertorius dient voor het eerst in Iberië. | ||
96 v.Chr. | Publius Licinius Crassus Dives (vader van Marcus Licinius Crassus Dives), gouverneur van Hispania Ulterior, leidt een expeditie naar het noorden en vindt daar tinmijnen. (tot 94 v.Chr.). | ||
83 v.Chr. | Quintus Sertorius gaat voor de tweede keer naar Iberië, waar hij de partij van Gaius Marius vertegenwoordigde tegen Lucius Cornelius Sulla in de Romeinse burgeroorlogen. Het gehele gebied wat nu Aragón is, is in een burgeroorlog verwikkeld met als doel het overnemen van de macht van Rome waarbij de gouverneur Quinto Sertorio (Romeins rebel, die leiding geeft aan de opstand), Osca (Huesca) tot hoofdstad van het gebied maakt en het van daaruit controleert. In 72 v.Chr. werd hij, tijdens een banket, door een jaloerse officier, Perperna Vento, vermoord. | ||
81 v.Chr | Algemene Romeinse burgeroorlogen in heel Iberië | ||
81 tot 72 v.Chr | Vinden de zogenaamde Sertoriaanse oorlogen plaats in het hogere deel van het Ebro-dal, een Romeinse burgeroorlog die Pompeius en Metellus, aanhangers van de Sila, confronteerde met de democratische partij van Sertorius en waarbij beide partijen op de plaatselijke bevolking vertrouwden. | ||
80 v.Chr. | In de slag bij de rivier de Baetis worden Romeinse legers verslagen door rebellen. Quintus Sertorius’ eerste officier, Hirtuleius, verslaat de gouverneur van Hispania Citerior. | ||
79 v.Chr. | De legers van Quintus Sertorius heersen over het grootste gedeelte van Hispania Ulterior en delen van Hispania Citerior. De nieuwe gouverneur van Hispania Ulterior, Quintus Caecilius Metellus Pius probeert de stad Lacobriga (waarschijnlijk Lagos in de Algarve) binnen te vallen, maar de poging mislukt. | ||
77 v.Chr. | Quintus Sertorius krijgt hulp van generaal Marcus Perperna Vento uit Rome. Quintus Sertorius verslaat generaals Gnaeus Pompeius Magnus en Quintus Caecilius Metellus Pius in de slag bij Saguntum. Gedurende deze periode bouwt Quintus Sertorius een sterke relatie op met de lokale inheemse bevolking. Quintus Sertorius sticht een Romeinse school voor de kinderen van de bondgenoten in Lusitanië.
Pompeius bouwt een oppidum aan de Via Heráclea (Heracleaanse weg) en de Romeinse bewoners stichtten het oorspronkelijke Gerona, toen Gerunda genaamd. |
||
76 v.Chr. | Quintus Sertorius verslaat Gnaeus Pompeius Magnus in de buurt van de Pyreneeën. In Baetica verslaat Quintus Caecilius Metellus Pius, Hirtuleius, die gedwongen vlucht. Quintus Sertorius verwoest de stad Edeta (het huidige Llíria) |
||
75 v.Chr. | Quintus Caecilius Metellus Pius verslaat Hirtuleius opnieuw en verenigt zijn leger met dat van Gnaeus Pompeius Magnus. In de slag bij Sucro verslaan Quintus Caecilius Metellus Pius, Gnaeus Pompeius Magnus en Lucius Afranius Quintus Sertorius. | ||
Winter van 75/74 v.Chr. | Cneo Pompey de Grote sticht een nieuwe stad Pompaelos (Pamplona). Weliswaar op een eerdere Baskische nederzetting. | ||
73 v.Chr. | Quintus Sertorius verliest de hele regio Keltiberië (Noord-Centraal-Iberië). | ||
72 v.Chr. | Quintus Sertorius wordt vermoord tijdens een banket. Marcus Perperna Vento krijgt de macht over het leger van Quintus Sertorius, maar wordt al snel verslagen door Gnaeus Pompeius Magnus. Hiermee komt er een eind aan de Sertoriaanse Oorlog. De regio’s ten noorden van de Taag zijn nog steeds niet in handen van de Romeinse Republiek. | ||
Pompeius en Metellus belegeren de stad Calagurris. Volgens het relaas van Caius Salustio weigerde de bevolking zich over te geven en dat zij daarvoor zelfs tot kannibalisme overgingen. | |||
69 v.Chr. | Julius Caesar wordt op 30-jarige leeftijd verkozen tot Quaestor door de Volksvergadering, een voorwaarde van de Romeinse Cursus honorum, nadat hij een quaestorschap toegewezen had gekregen in Lusitania (het onderdeel van Hispania Ulterior, waar Antistius Vetus toen gouverneur was). | ||
64 of 63 v.Chr. | Koninkrijk Pontus (Amaseia, Pontus). | ||
Strabo (Grieks historicus, geograaf en filosoof) wordt geboren en sterft in het jaar ca. 24. | |||
62 v.Chr. | Troepen van Julius Caesar arriveren in (A Coruña) wat zijn Brigantium noemde. | ||
61 v.Chr. | Julius Caesar wordt aangewezen als propraetor (gouverneur) van Hispania Ulterior. Julius Caesar valt de Lusitaanse gebieden tussen de Taag en de Douro aan vanuit zijn hoofdkwartier in Scallabis (tegenwoordig Santarém). Julius Caesar voert persoonlijk een belangrijke zee-expeditie aan naar de kust van Gallaecia. |
||
60 v. Chr. | Julius Caesar boekt grote overwinningen op de Gallaeciërs en Lusitaniërs. | ||
59 v.Chr. | Julius Caesar, Marcus Licinius Crassus Dives en Gnaeus Pompeius Magnus stellen een overeenkomst op waarin ze het Eerste Triumviraat oprichten. | ||
56 v.Chr. | De overeenkomst voor het eerste triumviraat wordt vernieuwd. | ||
53 v.Chr. | Marcus Licinius Crassus Dives sterft de Parthen. Gnaeus Pompeius Magnus ontvangt Hispania als een proconsulaire provincie. Gnaeus Pompeius Magnus draagt de heerschappij over de twee provincies Hispania Citerior en Hispania Ulterior aan de twee luitenants Marcus Terentius Varro en Marcus Petreius, respectievelijk. Marcus Petreius voert twee Romeinse legioenen aan in Lusitanië op de grensgebieden van de Romeinen met de Vettonen en de Lusitaniërs. | ||
50 v.Chr. | Er heerst openlijke vijandigheid tussen Julius Caesar en Gnaeus Pompeius Magnus. Caesar steunde de Populares en Magnus de Optimaten in hun strijd om de macht. De Senaat vraagt Julius Caesar zijn troepen op te geven, maar hij weigert. | ||
49 v.Chr. | Julius Caesar gaat naar Hispania en verslaat de legaten van Gnaeus Pompeius Magnus. Hij stelt Gaius Cassius Longinus aan als legaat. De Romeinen krijgen te maken met steeds meer opstand onder de lokale bevolking. | ||
1 jan. | Het Senaat ontvangt een voorstel van Julius Caesar waarin hij voorstelt dat hij en Gnaeus Pompeius Magnus tegelijkertijd hun strijd opgeven. Het Senaat wijst het vredesvoorstel van Julius Caesar af en verklaart hem tot Publieke Vijand. | ||
10 jan. | Julius Caesar steekt de Rubicon over en zegt daarbij de beroemde zin Alea iacta est (“De teerling is geworpen”). Dit is het begin van de Romeinse Burgeroorlogen. | ||
48 v.Chr. | Julius Caesar wordt verkozen tot dictator, voor een periode van 10 jaar, met de opdracht de Republiek te herstellen. Gaius Cassius Longinus, Caesar’s legaat in Hispania, voert een expeditie tegen de stad Medobrega en andere regio’s in Noord-Lusitanië aan. Hij installeert legers die te maken krijgen met veel lokale weerstand. | ||
29 sept. | Gnaeus Pompeius Magnus wordt vermoord. | ||
46 v.Chr. | Julius Caesar trekt naar Noord-Afrika, waar hij de overblijfselen van de Optimaten van Pompeius verslaat. Julius Caesar wordt opnieuw tot Dictator benoemd en installeert de Juliaanse kalender. Pompeius’ zoons en Titus Labienus, die tweede officier was geweest in de Gallische Oorlog, vluchten naar Hispania, waar ze zich tegen Caesar’s overheersing over de Romeinse wereld bleven verzetten. | ||
nov. | Julius Caesar komt in Hispania aan met acht legioenen en 8.000 soldaten van de cavalerie. Omdat zijn aanval onverwachts was, had hij het voordeel tegen zijn vijand. | ||
Gaius Octavianus en Marcus Vipsanius Agrippa voegen zich bij Julius Caesar in Hispania, waar de burgeroorlogen bleven voortduren. | |||
45 v.Chr. | In de slag bij Munda, in Zuid-Hispania, verslaat Julius Caesar, in zijn laatste zege, de troepen van Titus Labiels en Gnaeus Pompeius. Sextus Pompeius vertrekt uit zijn garnizoen in Corduba (in Baetica) en trekt door Hispania Ulterior terwijl hij zich blijft verzetten tegen de door Julius Caesar aangewezen gouverneur. Hij vlucht uiteindelijk naar Sicilië. Einde van de Romeinse burgeroorlogen. Voor hij terugkeert naar Rome, draagt Caesar zijn gouverneurs op vrede te stichten in Hispania en de lokale stammen te straffen voor hun ontrouw. Opnieuw groeit de weerstand en de Romeinen blijven de volgende jaren last houden van opstanden. Julius Caesar adopteert Gaius Octavianus, hij krijgt de naam Gaius Julius Caesar Octavianus. Julius Caesar keert terug naar Rome als winnaar en krijgt de titels Pater Patriae en Dictator (3e keer) door het Senaat. Gnaeus Pompeius Magnus wordt op verzoek van Julius Caesar door het Senaat tot god verklaard. | ||
44 v.Chr. | febr. | Julius Caesar weigert het diadeem, aangeboden door Marcus Antonius, waarmee hij aangeeft niet de koning van Rome te willen worden. | |
15 mrt. | Ides van Maart: Julius Caesar, dictator van Rome, wordt vermoord door drie Romeinse senators. Begin van het einde van de Romeinse Republiek en de stichting van het Romeinse Rijk. | ||
Julius Caesar wordt tot god verklaard (Divus Julius). | |||
39 v.Chr. | Romeinse gouverneurs vieren in Rome hun overwinningen op de opstandige lokale stammen en naties. (tot 29 v.Chr.). | ||
30 v. Chr. | Osca (het huidige Huesca) verwerft de bevoorrechte status van Romeinse gemeente, waardoor al haar inwoners volwaardige Romeinse burgers werden. | ||
29 v. Chr. | De Romeinen stichten Legio VI Vitrix, het Latere León. | ||
28 v.Chr. | Onder leiding van Augustus heerst er vrede in het Romeinse Hispania (tot 24 v.Chr.) De Romeinse steden Asturica Augusta (Astorga) en Bracara Augusta (Braga) in het noorden en Emerita Augusta (Mérida) in het zuiden worden gesticht. (tot 24 v.Chr.). | ||
27 v.Chr. | Romeinse generaal en politicus Marcus Vipsanius Agrippa verdeelt Hispania in drie delen: Lusitania, Baetica en Tarraconensis. Imperator Augustus keert terug naar Hispania en creëert een nieuwe administratieve verdeling, waarbij de provincie Hispania Ulterior Lusitania ontstaat. De hoofdstad werd Emerita Augusta (huidig Mérida). Eerst hoorden de gebieden van Asturië en Gallaecia bij Lusitania, maar deze werden later bij de Provincia Tarraconensis gevoegd.. | ||
16 jan. | Gaius Julius Caesar Octavianus wordt Imperator van het Romeinse Rijk onder de naam Caesar Augustus. Hiermee komt er een eind aan de Romeinse Republieken wordt het Romeinse Rijk gesticht. | ||
26 v.Chr. – 19 v.Chr. | Cantabrische oorlogen | ||
26 v.Chr. – 22 v.Chr. | Eerste legaat van Lusitania, Publius Carisius | ||
26 v. Chr. | Een Romeins expeditieleger onder leiding van Caius Antistio Veto komt aan in wat later Gallaecia zou worden om het noordwesten van het schiereiland te controleren. | ||
Portus Victorae Iuliorigensum wordt, gesticht. Dit zal later uitgroeien tot het huidige Santander. | |||
25 v.Chr. | Lugo begon als een Romeins kamp onder het bevel van Caius Antistio Veto, waarschijnlijk op de plaats van een oude castro, in een campagne met als doel het noordwesten van het schiereiland te annexeren aan het Romeinse Rijk ten tijde van Augustus, rond 25 v. Chr. Het was Paul Fabius Maximus die Lucus Augusti, in naam van de keizer op dit militaire kamp stichtte. | ||
Publius Carisio sticht Augusta Emerita als verblijfplaats voor de veteranen van het V en het X legioen van keizer Octavianus Augustus | |||
23 v.Chr. | Keizer Augustus richt het Principaat op en hiermee begint de Pax Romana. | ||
19 v.Chr. | Cantabrische oorlogen, Cesar Augosto. Na de Cantabrische oorlogen is het Iberisch schiereiland in zijn geheel onderworpen aan de Romeinen. Deze verdelen het schiereiland in drie provincies: Bética,Tarraconenese en Lusitania. |
||
tussen 15 v.Chr. en 10 v.Chr. | De Romeinen vestigen zich definitief in (Barcelona) dat zij omdoopte tot COLONIA IVLIA AVGVSTA FAVENTIA PATERNA BARCINO | ||
14 v.Chr. | Zaragoza (Caesaraugusta, zoals het origineel genoemd werd) wordt gesticht. (De oorsprong van de stad gaat terug tot Salduie, wat de naam was van de Iberische stad Sedetana gelegen op de plaats van het huidige Zaragoza uit de tweede helft van de 3de eeuw v. Chr.) | ||
Belangrijke personen |
|
||
Europa | De Gallische stammen in West-Europa zijn voortdurend in strijd om het bezit van grondgebied in Gallië. De Kelten van Belgae migreren naar Engeland, voor de handel maakt men gebruik van munten en wordt het wiel toepepast voor het vervaardigen van potten in aardewerk. De Kelten bouwen op de noordkust van Schotland de brochs, deze versterkte burchten dienen voor bescherming tegen plunderende stammen. De Basken verzetten zich met succes tegen de inname door de Romeinen. | ||
53 – 52 v. Chr. | De Gallische koning Vercingetorix (ca. 82 – 46 v.Chr.) uit Auvergne staat aan het hoofd van de Gallische Opstand tegen de Romeinen in 53 – 52 v.Chr. | ||
58 v. Chr. | Julius Caesar voert campagne tegen de Suebische koning Ariovisto (die volgens Tacitus door de Semnonen en de Longobarden gesteund wordt). |
Voor de meer algemene geschiedenis van de eeuwen na Christus, verwijzen we naar het hoofstuk “Snel door de eeuwen” waar alle eeuwen op een rij in het kort omschreven worden. Hier op deze pagina spitsen we ons verder toe op de geschiedenis van Spanje.
1ste eeuw n. Chr.
Jaar….. | Datum | Gebieden en andere zaken | Gebeurtenissen | ||
Malakka krijgt , volgens het Latijnse recht, de status van municipio (gemeente). | |||||
Romeinen stichtten de stad Amaya, dat de hoofdstad van Cantabri (het latere Cantabria) werd. | |||||
21 | Keltische burgeroorlog, geleid door Eduen Julius Sacrovir. | ||||
23 of 24 | Novum Comum (Como) | Plinius de Oudere (Romeins, militair, letterkundige en amateur-wetenschapper) wordt geboren. Leeft tot 25 augustus 79. | |||
69 | Iberisch Schiereiland | Vespasianus, stelt na de stabilisering van de Romeinse veroveringen de bestuurlijke afdeling van Asturias vast. | |||
74 | Gnaeus Pompeyo veranderd de naam van de Baskische nederzetting Iruña in Pompaelo wat later zal verbasteren tot Pamplona (Navarra). | ||||
75 | Vespasianus, geeft opdracht aan het Legio VII Gemina zich te vestigen in León, op het voormalige kamp van het Legio VI Victrix. Het blijft daar als permanent garnizoen tot aan het begin van de 5e eeuw. | ||||
87 |
Oude Rome, |
geboorte van Claudio Ptolemaeus, een Grieks astroloog, astronoom, geograaf, wiskundige en muziektheoreticus. Hij overleed in 150 in Alexandrië. |
2e eeuw n. Chr.
Jaar….. | Gebieden en andere zaken | Gebeurtenissen | ||
Rome | Dit is (tot op heden) een vrij donkere eeuw, waarover weinig bekend is. | |||
193 | De Romeinse keizers Pertinax en Didius Julianus worden vermoord. | |||
193 tot 197 | Romeinse burgeroorlog (Vijfkeizerjaar). | |||
193 | Septimius Severus wordt verkozen als Keizer van het Romeinse Rijk (tot het jaar 211). | |||
Iberisch schiereiland | ||||
197 | Keizer Septimius Severus onderdrukte de notabelen van de steden, met name Augusta Emerita, die zich tussen 193 en 197 aanhanger hadden verklaard van zijn rivaal Clodius Albinus. |
3e eeuw n. Chr.
Jaar….. | Datum | Gebieden en andere zaken | Gebeurtenissen | ||
211 |
De Romeinen en het Iberisch Schiereiland |
Keizer Caracalla, maakt een nieuwe administratieve indeling die maar kort zou duren. Hij verdeelt Hispania Citerior in twee delen en creëert zo de nieuwe provincies Hispania Nova Citerior en Asturiae-Calleciae. | |||
4 febr. | Broers Caracalla en Geta worden samen keizer. | ||||
dec. | Caracalla vermoordt zijn broer Geta en wordt alleen keizer. | ||||
217 | 8 apr. | Macrinus en Diadumenianus worden samen keizer. | |||
218 | 8 jun. | Elagabalus wordt Romeins keizer. | |||
220 | San Lorenzo (Sint Laurentius) wordt rond deze tijd geboren in de stad Huesca. Hij sterft de martelaarsdood (verbrand op een rooster) in 268 in Rome. | ||||
222 | 11 mrt. | Severus Alexander wordt Romeins keizer. | |||
235 | De Romeinse crisis van de derde eeuw, die duurde van 235 tot 284 zorgt voor grote verwarring over wie het recht heeft om keizer te zijn. | ||||
238 | De provincie Tarraconensis, of Hispania Citerior, wordt heringesteld. Asturias en Gallaecia maken er opnieuw onderdeel van uit. | ||||
253 tot 260 | Publius Licinius Valerianus, bekend als Valerianus I was de Romeinse keizer. | ||||
260 | Frankische inval van Hispania. | ||||
253 tot 268 | Publius Licinius Egnatius Gallienus (218 – september 268) was van 253 tot 268 Romeins keizer, tot diens overlijden in 260 samen met zijn vader Valerianus I en gedurende een korte periode in het jaar 260 samen met zijn tweede zoon Saloninus. | ||||
Sept. 268 tot Jan. 270 | Marcus Aurelius Valerius Claudius (Claudius II)(10 mei 213/214 – januari 270) was keizer van Rome van september 268 tot januari 270. | ||||
270 | Lucius Domitius Aurelianus (9 september 214/215 – september/oktober 275), kortweg Aurelianus genoemd, was een Romeins keizer van 270 tot september/oktober 275 en de tweede in een rij van verscheidene succesvolle “soldatenkeizers” die het Romeinse Rijk hielpen zijn macht te herwinnen aan het eind van de 3e en het begin van de 4e eeuw n.Chr. Hij was een succesvol generaal en het was voor een groot deel aan hem te danken dat het rijk niet verder in elkaar zakte. | ||||
270 | Lucius Domitius Aurelianus (9 september 214/215 – september/oktober 275), kortweg Aurelianus genoemd, was een Romeins keizer van 270 tot september/oktober 275 en de tweede in een rij van verscheidene succesvolle “soldatenkeizers” die het Romeinse Rijk hielpen zijn macht te herwinnen aan het eind van de 3e en het begin van de 4e eeuw n.Chr. Hij was een succesvol generaal en het was voor een groot deel aan hem te danken dat het rijk niet verder in elkaar zakte. | ||||
276 | aug. | Marcus Aurelius Probus (232? – herfst 282) was een Romeins keizer van augustus 276 tot de herfst van 282. | |||
284 | 20 nov. | Gaius Aurelius Valerius Diocletianus (geboren als Diocles) (ca. 22 december 244 – 3 december 311) was Romeins keizer van 20 november 284 tot 1 mei 305. Hij was een belangrijke keizer die vooral bekend geworden is vanwege zijn bijzondere organisatorische talenten. | |||
286 | 21 jul. | Marcus Aurelius Valerius Maximianus Herculius (ca. 250 – juli 310) was een Romeins keizer van 21 juli 286 tot 1 mei 305. Hij was mede keizer samen met Diocletianus. |
|||
293 | Gaius Flavius Valerius Constantius (31 maart 250? – Eboracum (nu: York), 25 juli 306), bekend als keizer Constantius I Chlorus, was van 293 tot 305 Caesar van de westelijke provincies van het Romeinse rijk. Op 1 mei 305 werd hij bevorderd tot Augustus. Hij werd Chlorus (de Bleke, bleekneus) genoemd door Byzantijnse historici. Hij was de vader van Constantijn de Grote, de grondlegger van het Christendom als staatsgodsdienst binnen het Romeinse Rijk. Net als veel legeraanvoerders en keizers van zijn tijd was Constantius afkomstig uit de Balkanprovincies binnen het Romeinse rijk (in zijn geval Illyria). Constantius was instrumenteel in het opnieuw vestigen van de Romeinse macht in het huidige zuiden van Nederland en België. | ||||
300 | Braga wordt een bisdom. |
4e eeuw n. Chr.
Jaar….. | Datum | Gebeurtenissen | |||
Keizer Diocletianus geeft bevel tot de vervolging van christenen. | |||||
305 | Diocletianus en Maximianus worden afgezet. Constantius en Galerius worden Augusti. Maximinus wordt benoemd tot Caesar in het oosten en Severus in het westen. Het Romeinse Rijk wordt opgedeeld. | ||||
318 | Arius wordt verbannen. | ||||
325 | Het Eerste Concilie van Nicea vindt plaats. | ||||
366 | Damasus, zoon van Antonius en Laurentia, geboren in het Conventus Bracarensisvan Gallaecia (in de buurt van de hedendaagse stad Guimarães), wordt benoemd tot Paus onder de naam Damasus I. (tot 383). | ||||
378 | Slag bij Adrianople, de Visigoten verslaan in de slag de Romeinen | ||||
388 | Paternus wordt bisschop van het bisdom van Braga. | ||||
eind van deze eeuw | Het Romeinse Rijk op het Iberisch schiereiland wordt door de Germaanse invasies omvergeworpen. |
5e eeuw n. Chr.
Jaar….. | Datum | Gebeurtenissen |
406 | Iberisch schiereiland | De Vandalen, Sueben en de Alanen steken Massaal de bevroren Rijn over in dringen met grote kracht het Romeinse Rijk binnen. |
409 | Invasie in het noordwesten van het Iberisch Schiereiland (het Romeinse Gallaecia) door de Germaanse Sueben (Quaden en Marcomannen) onder bevel van koning Hermeric en vergezeld door de Buri. Het koninkrijk van de Sueben werd uiteindelijk erkend (Foedus) door de Roeminen. Het was het eerste koninkrijk dat zich losmaakte van het Romeinse Rijk waar munten werden gedrukt. Invasie van het Iberisch Schiereiland door de Germaanse Vandalen (Silingen en Asdingen) en de Samartaanse Alanen. | |
410 | Rome wordt geplunderd door de Visigoten onder bevel van koning Alarik I. | |
411 | De Alanen veroveren Toletum (het latere Toledo)
In een verdrag met de West-Romeinse keizer Flavius Augustus Honorius wordt Lusitania toegekend aan de Alanen, Gallaecia aan de Sueben en Asdingen en Baetica aan de Silingen. |
|
412 | De Visigoten stichten het koninkrijk Tolosa (Toulouse). | |
Koning Ataces van de Alanen veroverd Emerita Augusta (Merida). | ||
415 | Baquiarius, priester van Braga, schrijft zijn werk De fide, waarin hij schrijft over de ketterij van het priscillianisme. Begin van de invasie van het Iberisch Schiereiland door de Germaanse Visigotenonder leiding van koning Theodorid. Ze bereiken Aquitanië, op verzoek van de Romeinen. | |
417 | Balconius wordt bisschop van Braga. | |
418 | De Alanen worden verslagen door de Visigoten. In deze slag komt koning Ataces van de Alanen om het leven. Waarna de Alanen koning Gunderico, van de Asdingo Vandalen, vragen om de troon van hun gestorven koning over te nemen. | |
Via een foedus krijgen de Visigoten de provincie Aquitaine Secunda van de West-Romeinen toebedeeld. | ||
419 | De Asdingse Vandalen vallen de Sueben aan. Zij verzetten zich met hulp van de Romeinen. | |
426 | Koning Addac van de Alanen komt om in een slag tegen de Visigoten, hierna sluiten de meeste Alanen zich aan bij de Vandaalse koning Gunderik. Deze werd daardoor Rex Vandalorum et Alanorum (koning van zowel de Vandalen als Alanen). | |
427 |
|
|
428 | De Alanen verslaan de Sueben en de Romeinen in de slag bij Mérida. | |
429 | De Vandalen en de Alanen verplaatsen zich naar Noord-Afrika, waar ze een nieuw koninkrijk stichten. De Buristam verdwijnt in het koninkrijk van de Sueben. | |
438 | Hermeric, de eerste koning van de Sueben van Gallaecia, ondertekent het vredesverdrag met de bevolking van Galaicos en doet afstand van de troon. Rechila volgt hem op. | |
448 | Rechila, sterft en laat het rijk na aan zijn zoon Rechiar die zijn christelijke geloof oplegt aan de Sueben. | |
451 | Thorismund wordt koning van de Visigoten. | |
452 | De Sueben veroveren delen van het Iberisch schiereiland (waaronder Zaragoza) | |
453 | Theodorik II wordt koning van de Visigoten. | |
454 | De Ibero-Romeinse bevolking vragen om hulp van koning Theodorik II tegen aanvallen van de Sueben. | |
455 | De bisschop van Rome krijgt de macht over het Westerse christendom wanneer hij zichzelf tot paus benoemt, onder de naam Leo I. | |
456 | Koning Theodorik II van de Visigoten verslaat de Sueben in de slag bij Orbigo en plundert hun hoofdstad Braga. Rechiar, koning van de Sueben wordt geëxecuteerd en er melden zich enkele kandidaten voor de troon, verdeeld over twee facties: één groep die Framta volgt en één groep die Aioulf volgt. Er wordt een grens getrokken bij de Miño, waarschijnlijk dankzij twee stammen, de Quadi en de Marcomanni, die samen het land van de Sueben vormden. | |
457 | Maldras wordt koning van alle Sueben. | |
459 | Na de dood van koning Maldras van de Sueben, ontstaat er een nieuwe scheiding tussen Frumar en Remismund. | |
461 | Slag bij Cartagena, waarbij de vloot van het Romeinse Westelijke en het Oostelijke rijk, met inbegrip van dat van de Visigoten, door de Vandalen van Genseric wordt vernietigd. | |
462 | Hydatius, bisschop van Aquae Flaviae (hedendaags Chaves) wordt gevangengenomen door de Visigoten. | |
463 | Remismund verenigt de Sueben en wordt koning. | |
466 | Eurik wordt koning van de Visigoten. De Visigoten veroveren Zaragoza en lijven het in bij het koninkrijk Toulouse. |
|
468 | De Romeinse stad Conímbriga, in de buurt van het hedendaagse Coimbra, wordt geplunderd door de Sueben. Lusidius, Romeins gouverneur van Lissabon, geeft de stad over aan de Sueben. | |
469 | Theodemund wordt koning van de Sueben. | |
470 | Hydatius, bisschop van Aquae Flaviae, sterft. Koning Eurik van de Visigoten verovert Zuid-Gallaecia en Lusitania tot aan de Sueben. | |
475 | Koning Eurik (die de verschillende groepen Visigoten verenigde) dwingt de Romeinse regering het Visigotische koninkrijk volledige onafhankelijkheid te gunnen. Ten tijde van zijn dood, waren de Visigoten de sterkste staat die het West-Romeinse Rijk opvolgde. | |
476 | Romulus Augustus, de laatste keizer van het West-Romeinse Rijk, wordt afgezet wanneer het opperhoofd van de Germaanse Heruli, Odoacer, zichzelf tot koning van Italië uitroept. Deze datum wordt gezien als de dag van de val van het West-Romeinse Rijk, alsmede het einde van de Oudheid en het begin van de Middeleeuwen. | |
484 | Alarik II wordt koning van de Visigoten. |
6e eeuw n. Chr.
Jaar….. | Gebieden, datums en andere zaken | Gebeurtenissen | |||
501 | Iberisch Schiereiland | Raad (Oecumenische Synode) van Braga. | |||
507 | In de slag bij Vouillé verslaan de Franken de Visigoten en krijgen de macht over Aquitanië. Koning Alarik II, die heel Hispania had veroverd, kwam om in de strijd. De Visigoten trokken zich tijdelijk terug naar Narbonne, maar niet veel later werd Alarik’s zoon, Amalarik, kind-koning en trokken de Visigoten zich terug over de Pyreneeën naar het Iberisch Schiereiland. Gesalec wordt koning van de Visigoten. | ||||
511 | De Visigoten en de Ostrogoten worden herenigd dankzij Theodorik de Grote, die in Ravenna gezeteld was en als regent werkte voor Amalarik. Het centrum van de Visigotische macht verplaatste zich eerst naar Barcelona en daarna naar Toledo. (tot 526). | ||||
526 | Alamaric wordt koning van de Visigoten. | ||||
527 | Raad (Oecumenische Synode) van Toledo. | ||||
531 | Theudis wordt koning van de Visigoten. | ||||
537 | Profuturus wordt bisschop van Braga. | ||||
541 | De Franken belegeren Zaragoza, maar veroveren de stad niet. | ||||
542 | Uitbraak van de plaag die bekend staat als de Justiniaanse pestplaag uit Afrika en de gehele Middellandse-Zeekust van Europa trof tot het midden van de achtste eeuw. | ||||
548 | Theudigisel wordt koning van de Visigoten. | ||||
549 | Agila I wordt koning van de Visigoten. | ||||
550 | Chararik wordt koning van de Sueben. Sint Martinus van Braga, geboren in Pannonia arriveert in Gallaecia (gebied van de Sueben). Hij was de belangrijkste Iberische geschoolde van zijn tijd. Hij kreeg de kerk van Dume, waar hij een klooster bouwde. | ||||
554 | Athanagild wordt koning van de Visigoten. | ||||
558 | Sint Martinus van Braga wordt bisschop van Dume. | ||||
559 | Theodemar wordt koning van de Sueben. | ||||
561 | Raad (Oecumenische Synode) van Braga. | ||||
562 | Sint Martinus van Braga wordt bisschop van Braga. | ||||
567 | Liuva I wordt koning van de Visigoten. | ||||
568 | Leovigildo wordt koning van de Visigoten. | ||||
569 | Raad (Oecumenische Synode) van Lugo. | ||||
570 | Miro wordt koning van de Sueben. Koning Leovigildo van de Visigoten begint militaire acties met het doel om heel Hispania te veroveren. | ||||
572 | Raad (Oecumenische Synode) van Braga. | ||||
574 | Leovigildo neemt de Romeinse stad Amaia PAtricia in. Een stad gelegen in de beurt van de Peña Amaya. (La Lora) | ||||
583 | Na de dood van Miro, koning van de Sueben volgt Eborico, zijn zoon, hem op. | ||||
584 | Eborico wordt door zijn zwager Andeca onttroond, die daarna het koningschap van de Sueben overneemt. | ||||
De Visigotische koning Leovigildo valt het koninkrijk van de Sueben binnen en verovert het. | |||||
585 | Andeca, de laatste koning van de Sueben, geeft zich pas een jaar later over aan koning Leovigild. Na zijn overgave verdwijnt deze tak van de Sueben in het Visigotische koninkrijk. | ||||
586 | Recaredo wordt koning van de Visigoten. | ||||
587 | Recaredo maakt een einde aan de kwestie rondom Arianisme, nadat hij bekeerd was tot het Katholicisme. Hij pleit voor een religieuze eenheid in heel Hispania. | ||||
589 | Pantardus wordt bisschop van Braga. | ||||
Koning Recaredo van de Visigoten bekeert zich tot het katholicisme |
7e eeuw n. Chr.
Jaar….. | Gebieden, datums en andere zaken | Gebeurtenissen | |||
601 | Iberisch Schiereiland | Liuva II wordt koning van de Visigoten. | |||
604 | Witteric wordt koning van de Visigoten. | ||||
610 | Gundemar wordt koning van de Visigoten. | ||||
612 | Sisebut wordt koning van de Visigoten. | ||||
621 | Swinthila wordt koning van de Visigoten. | ||||
624 | De Visigoten veroveren de laatste grondgebieden van de Byzantijnen en het Baskenland en bezitten zo het gehele Iberische Schiereiland. | ||||
631 | Swinthila wordt koning van de Visigoten. | ||||
633 | Julianus wordt bisschop van Braga. | ||||
636 | Chintila wordt koning van de Visigoten. | ||||
640 | Tulga wordt koning van de Visigoten. | ||||
641 | Chindasuinth wordt koning van de Visigoten. | ||||
649 | Reccasuinth wordt koning van de Visigoten. | ||||
653 | Potamius wordt bisschop van Braga. | ||||
656 | Fructuosus van Braga wordt bisschop van Braga. | ||||
663 | Raad (Oecumenische Synode) van Braga. | ||||
672 | Wamba wordt koning van de Visigoten. | ||||
675 | Leodegisius wordt bisschop van Braga. Raad (Oecumenische Synode) van Braga. | ||||
680 | Erwig wordt koning van de Visigoten. | ||||
681 | Liuva wordt bisschop van Braga. | ||||
688 | Faustinus wordt bisschop van Braga. | ||||
693 | Félix wordt bisschop van Braga. Hij was de laatste bisschop van Braga tot 1070, vanwege de Moorse invasie. Zijn opvolgers zaten niet in Braga, maar in Lugo (Galicia). | ||||
696 | De Omajjaden veroveren de stad Melilla. | ||||
698 | De Arabieren vallen voor het eerst het zuiden van het Iberisch schiereiland binnen. Het zijn rooftochten die de Arabieren maken en ze keren daarna weer terug naar Afrika. |
8ste eeuw n. Chr.
Jaar….. | Gebieden, datums en andere zaken | Gebeurtenissen |
701 |
Iberisch Schiereiland |
Wittiza wordt koning van de Visigoten. |
709 | De Omajjaden veroveren de stad Ceuta. | |
710 | Rodrigo wordt tot koning van de Visigoten gekozen. | |
711 | Na de dood van koning Witiza, kozen de edelen en bisschoppen Roderico (hertog van Bética), tot koning van het schiereiland (in de geschiedenis bekend als Don Rodrigo). De edelen van Witiza wilde echter dat Agila (Hertog van Tarragona) tot koning werd verkozen, waarop, Don Juan (graaf van Cueta) een pact vormen met de Arabieren. | |
Islamitische Omajjaden (Moren: vooral Berbers met enkele Arabieren) trouw aan de emir van Damascus en onder leiding van de Berber Tariq ibn-Ziyad vallen het Iberisch Schiereiland binnen en veroveren het uiteindelijk (slag bij Guadalete (juli 711)), met uitzondering van het noordelijkste deel, Asturia. De Visigotische koning Rodrigo sterft in de strijd. | ||
712 | Tarik ben Ziyad vernietigd De Cantabrische (Romeinse stad) Amaia Patricia in de buurt van de Peña Amaya. (La Lora) | |
713 | Musa ibn Nusayr, leider van Noord-Afrika, verovert Medina-Sidonia, Sevilla en Mértola. | |
Niebla (in het huidige provincie Huelva) werd bezet door de Moslims en het werd een van hun kuras of coras. | ||
714 | De moslims, onder leiding van Musa ibn Nusair veroveren het centrale deel van Aragón. (Saraqusta en Wasqa, (Zaragoza (Medina al-Baida Saraqusta) en Huesca) | |
715 | Abd al-Aziz krijgt de macht en vestigt de hoofdstad in Sevilla, waar hij trouwt met Egilona, de weduwe van de Visigotische koning Roderik. De kalief van de Omajjaden, Sulayman ibn Abd al-Malik, laat Abd el-Aziz vermoorden en verbant Musa ibn Nusayr naar het dorp in Jemen waar hij vandaan kwam. | |
716 | Lissabon wordt veroverd door de Moren. | |
717 | Córdoba wordt de hoofdstad van de islamitische bezittingen in Al-Andalus. | |
718 | Pelayo sticht het koninkrijk Asturië. Dit wordt beschouwd als beginpunt van de Reconquista. | |
719 | Osca (het latere Huesca) wordt door de moslims veroverd. | |
Lérida (destijds Lleida genaamd) capituleert voor Al Hur de 4e valli van al-Ándalus | ||
722. | Een sterk Moors leger wordt opgedragen Asturië te veroveren. Ze worden echter verslagen door Pelayo in de slag bij Covadonga. Dit wordt tegenwoordig beschouwt als de eerste belangrijke christelijke overwinning in de Reconquista. | |
732 | Abdul Rahman al Ghafiqi vertrek met zijn legers vanuit Septimania en verslaat in Vasconia, Odo de Grote de Aquitania, in de slag bij de rivier de Garonne. | |
Carlos Martel weet de Arabische legers bij Poitiers te stoppen. | ||
737 | Koning Pelayo van Asturias sterft | |
739 – 757 | Alonso I ‘el Católico’ is koning van Asturias. | |
754 | Alonso I ‘el Católico’ heroverd Azemur (het huidige Zamora) op de Islamieten. | |
761 | Twee religieuze mannen, Fromestano en zijn oom Máximo besloten in 761, op een paar kilometer van de Romeinse nederzetting Lucus Asturum, een kerk te stichten ter ere van Sint Vincent aan de oevers van de Romeinse weg die León – Pajares. | |
Lugo de Llanera met elkaar verbond. Hiermee was het begin gemaakt van de stad Oviedo, de latere hoofdstad van Asturias. | ||
773 | Abderramán verkondigd de politieke onafhankelijkheid voor het Emiraat van Córdoba | |
778 | De Slag bij Roncesvalles, hoewel geen echte veldslag maar meer een schermutseling, liet vele beroemde doden achter, onder wie de seneschalk Eggihard, de graaf van het paleis Anselm, en de graaf van de Bretonse mark, Roland. | |
785 | Nadat de stad Gerona in opstand komt tegen de Arabische overheersing veroverd Karel de Grote Gerona definitief en breidden de Frankische controle uit tot de Catalaanse kuststreek. De bevolking van Gerona weet wel af te dwingen dat de toen gebruikelijke wetgeving voor hen bleef bestaan. | |
788 | Karel de Grote probeert, zonder succes Zaragoza terug te veroveren op de moslims. | |
795 | Karel de Grote richt het Marca Hispánica op, een groep van graafschappen aan de zuidzijde van de Pyreneeën. Deze diende als buffer om de aanvallen van de moslims tijdig te elimineren. | |
797 | In Toledo (Tulaytula, in het Arabisch) komt Mozarabische bevolking in opstand tegen het bewind van Alhakén I (emir van Córdoba). | |
Barcelona valt in handen van de Franken. Maar 2 jaar later heroveren de Umayyaden de stad. | ||
Een eerste poging om de stad Osca (Huesca) op de moslims te heroveren, onder leiding van Lodewijk, de zoon van Karel de Grote, mislukt. Ook de daaropvolgende pogingen in 799, 801, 811 en 812 mislukken. | ||
798 | Borrel van Osona wordt door de Franken benoemd tot graaf van Urgel en Cerdaña. | |
799 | Karel de Grote veroverde op een onbekende datum Corsica en Sardinië en in 799 de Balearen. |
9e eeuw n. Chr.
Jaar….. | Gebieden, datums en andere zaken | Gebeurtenissen |
801 | Iberisch schiereiland | Lodeijk van Aquitania (zoon van Karel de Grote) veroverd na een beleg van twee jaar Barcelona definitief. |
809 | Tarragona wordt ingenomen door de Franken (¿waarschijnlijk?) | |
rond 810 | Gracía Íñiguez, latere koning van Pamplona wordt geboren. | |
811 | In Toledo (Tulaytula, in het Arabisch) komt Mozarabische bevolking in opstand tegen het bewind van de emir van Córdoba. | |
Tortosa valt in handen van de Franken | ||
820 | Aznar I Galíndez (eerder graaf van Aragón) wordt graaf van Urgel en Cerdaña. | |
829 | In Toledo (Tulaytula, in het Arabisch) komt Mozarabische bevolking in opstand tegen het bewind van de emir van Córdoba. | |
832 | Galindo I Aznárez erft het graafschap Urgel en Cerdaña van zijn vader Aznar I Galíndez (hij is graaf tot 834). | |
834 | Lodewijk de Vrome wijst Sunifredo I van Urgel aan als Graaf van Urgel. | |
838 | Galindo I Aznárez wordt verdreven uit het graafschap Urgel en Cerdaña. Sunifredo zou de zoon zijn van Borrell van Osona. | |
843 | Opstand tegen de Emir van Córdoba geleid door Musa ibn Musa (Banu Qasi) samen met García Íñiguez | |
844 | Slag bij Clavijo (mythische/legendarisch veldslag geleid door Ramiro I) | |
848 | Salomón de Urgel-Cerdaña wrodt graaf van Irgel-Cerdaña | |
851/852 | García Íñiguez neemt de trron van zijn vader Íñigo Arista over (Pamplona) | |
852 | Eerste Slag bij Albelda (Ordoño I samen met García Íñiguez). Zaragoza wordt de hoofdstad van de Dynastie van Banu Qasi. |
|
859 | Tweede Slag bij Albelda | |
860 | Zoon van García Íñiguez, Fortún Garcés wordt gevangen genomen en wordt meer dan 20 jaar lang in ballingschap gehouden in Córdoba. | |
869 | Alfonzo III de Asturias trouwt met Jimena Garcés. | |
870 | Karel de Kale (koning de Franken) schenkt het graafschap Urgel en Cerdaña aan Wilfredo I ‘el Velloso’. | |
872 | Het graafschap Pallars splits zich af van het graafschap Toulouse. De eerste graaf is Ramón I de Ribagorza y Pallars. | |
884 | De emir Mohammed I van Códoba koopt Zaragoza van de Banu Qasi voor 15.000 gouden dinar. | |
Er bestond al een nederzetting op de plek waar zich nu de stad Burgos is te vinden. Maar de werkelijke stichting van de stad vond plaats in dit jaar 884 door graaf Diego Rodríguez Porcelos. | ||
897 |
Zonen van Wilfredo I ‘el Velloso verdelen de gehele erfenis en gingen zijn graafschappen besturen: |
|
10e eeuw n. Chr.
Jaar….. | Gebieden, datums en andere zaken | Gebeurtenissen |
903 | Iberisch schiereiland | Moslims vestigen zich definitief op het eiland Menorca (Kalifaat van Córdoba) |
905 | Arista-Íñiga dynastie wordt door de Jimena dynastie opgevolgd (Koninkrijk Pamplona) | |
920 | Ramón I de Pallars y Ribagorza sterft zijn zonen, Miró en Bernardo Unifredo regeerden over Ribagorza, terwijl Isarn en Lope samen het bestuur voerden over Pallars. | |
929 | Abderramán III kondigt officieel het califaat van Córdoba aan, dit betekend dat zij definitief onafhankelijk van Bagdad verder gaan. | |
930 | Burgos wordt de hoofdstad van het graafschap Castilla. | |
931, 6 november | Alfonso IV doet, na de dood van zijn vrouw Oneca, afstand van de troon waarna Ramiro II de León tot koning wordt gekroond. | |
932 | Ramiro II veroverd Margerit (huidige Madrid) op Omajjaden | |
932, juli | Abd al-Rahman III slaat na een beleg van twee jaar de inheemse opstand van de stad Toledo neer en bracht haar onder de heerschappij van het Kalifaat van Córdoba…………. | |
932 eind, of begin 933 | Alfonso IV, met medewerking van de edelen van Castilla en de drie zonen van de overleden koning Fruela, doet een greep naar de stad Leon te doen. | |
939 | Slag bij Simancas, gewonnen door Ramiro II de León. | |
939 (1-6 augustus) | De slag om Simancas, Ramiro II verslaat in één van de meest belangrijke veldslagen in de geschiedenis van Spanje het islamitische leger van Abd al-Rahman III. | |
960 | Borrel II roept zichzelf uit tot prins van Tarragona. | |
961-976 | Kalifaat Córdoba. Bewind van Alhaken II | |
981 | Almanzor (Andalusisch militair en politiek figuur) doet voor het eerst een aanval op Zamora. | |
987 | Almanzor (Andalusisch militair en politiek figuur) valt Coimbra aan en laat het daarna zeven als een verlaten stad. | |
988 | Almanzor (Andalusisch militair en politiek figuur) trekt op tegen León en verwoest daarbij alles wat hij op zijn weg daar naartoe tegenkomt. | |
992 | Armengol I de Córdoba was de eerste van een dynastie die het graafschap Urgel regeerde. (992-1010 (1ste dynastie van Urgel)) | |
997 | Almanzor vernietigd op zijn weg naar Salamanca, Zamora voor de tweede keer. Zo ook León en Astorga. |
11e eeuw n. Chr.
Jaar….. | Gebieden, datums en andere zaken | Gebeurtenissen |
Iberisch schiereiland. | ||
1002 | Dood van Almanzor. (kalifaat Córdoba) | |
1010 | Armengol II el Peregrino (1010-1038). Graaf van Urgel. (1010-1038 (1ste dynastie van Urgel)) | |
Graaf Suniarius I van Pallrs sterft. En het graafschap Pallars splits zich op in het graafschap Pallars alto en het graafschap Pallars bajo. | ||
1031 | Het kalifaat van Córdoba valt in stukken uit elkaar. Er vormen zich verscheidenen Taifa Koninkrijken die nogal vijandig tegenover elkaar staan. | |
1036 | Armengol III de Urgel veroverd Santa Liña | |
1037 | Koning Bermudo III van Léon overlijdt op het slagveld in zijn strijd tegen zijn zwager Fernando I, die, omdat Bermudo geen kinderen heeft, het koningschap van León overneemt. Op deze manier wordt het koninkrijk León en het graafschap Castilla verenigd. | |
1035 | Palencia. De iglesia de San Antolín (gerestaureerd op de ruïnes van de oude tempel) wordt ingewijd door Sancho III ‘el Mayor’ en enige bischoppen. | |
1038 | Armengol III de Barbastro (1038-1065). Graaf van Urgel. (1ste dynastie van Urgel) | |
Artesa de Segre werd aan verkocht Arnal Mir de Tost | ||
1050 | Armengol III de Urgel veroverd Cubells en Camarasa | |
1054 | De slag om Atapuerca. Fernando I wint de slag tegen zijn broer, koning Garcia Sanchez III de Navarra. Garcia sterft tijdens de slag en Fernando lijft de regio Montes de Oca in. | |
1055 | Fernando I de León herbouwd de stad Zamora en noemt het “el bien cerrado” (de goed afgesloten stad). | |
1063 | Slag bij Graus, waarbij Sancho II de castilla de taifa-koning van Zaragoza hielp in de strijd tegen Ramiro I de Aragón. | |
1064 | Sancho I Ramírez onderneemt met de hulp van kruisvaarders uit Frankrijk de kruistocht van Barbastro, dat eindigde met de verovering van Barbastro. | |
1065 | Armengol IV de Gerp (1065-1092). Graaf van Urgel. (1ste dynastie van Urgel) | |
Fernando I de León (en graaf van Castilla) overlijdt en verdeeld zijn eigendommen. De eerstgeborene Sancho II krijgt Castilla dat daarmee een koninkrijk wordt, en Alfonso VI erft León | ||
1068 | Slag om Llantada, waar het talent van ‘El Cid’ boven komt drijven. | |
1072 | Slag om Golpejera, waarna Alfonso VI gevangen werd genomen en Sancho de macht over León en Galicia overnam en Sancho II van León werd | |
Sancho II de Castilla wordt vermoord en Alfonso VI de león erft Castilla | ||
1076 | Koning Sancho Garcés IV van Pamplona wordt vermoord. Hij was het slachtoffer van intriges door toedoen van zijn broers. Hierna wordt het koninkrijk verdeeld over de koninkrijken Aragón en Castilla. | |
1078 | Armengol IV de Urgel veroverd de sierra de Almenara | |
1083 | Alfonso VI de León heroverd Madrid. | |
1084, 14 aug. | Slag bij Morella ook wel bekend als de Slag bij Olocau. | |
1085, 6 mei | De Taifa van Toledo geeft zich over aan Alfonso VI de León, die op 25 mei Toledo binnentrekt. | |
1086, 23 okt | Slag bij Sagrajas | |
1092 |
Armengol V de Mollerusa (1092-1102). Graaf van Urgel. (1ste dynastie van Urgel) |
|
1094 | Koning Sancho Ramírez, tweede koning van Aragón, sterft voor de muren van Huesca bij een poging om de stad te heroveren, toen hij door een pijl werd getroffen. | |
17 juni: Rodrigo Díaz de Vivar (bijgenaamd El Cid Campeador) veroverd Valencia op de Almoraviden. | ||
1095 | Alfonso VI de Castilla kent in het jaar 1095 de Fuero de Logroño (stadsrechten) toe aan wat toen nog een klein dorp was. | |
1096 | Huesca wordt ingenomen door Pedro I van Aragón, die Al-Musta’in II van Saragossa versloeg in de Slag bij Alcoraz. | |
1097 | Slag bij Bairén: De Almoraviden (proberen Valencia te heroveren) onder leiding van Muhammad ibn Tasufin maar worden opnieuw verslagen door El Campeador met medewerking van het leger van Pedro I. | |
Slag bij Bairén: Rodrigo Díaz de Vivar stuurde zijn enige zoon, Diego Rodríguez, om aan de zijde van Alfonso VI tegen de Almoraviden te vechten; de troepen van Alfonso VI werden verslagen en Diego verloor zijn leven in de Slag bij Consuegra. | ||
1098 | El Cid veroverde definitief de imposante vestingstad Sagunto, waarmee hij zijn heerschappij consolideerde over wat voorheen de Taifa van Balansiya was geweest. | |
1099 | Rodrigo Diíaz de Vivar ‘el Cid’ komt te overlijden. | |
12e eeuw n. Chr.
Jaar….. | Gebieden, datums en andere zaken | Gebeurtenissen |
1102 | Iberisch schiereiland | Armengol VI de Castilla (1102-1154). Graaf van Urgel. (1ste dynastie van Urgel) |
De Almoraviden heroveren (na de dood van El Cid 1099) wederom de regio Valencia. | ||
Raimundo de Borgoña trekt in opdracht van zijn schoonvader Alfonso VI met een grote groep kolonisten naar Salamanca. | ||
1105 | Pedro Ansurez (graaf van Salsaña en van Casrrión) veroverd in naam van Armengol VI de Urgel, Balaguer dat later de hoofdstad van het graafschap Urgel wordt. | |
1107 | Sigurd I was ook de eerste Europese koning die op kruistocht ging. Hij vertrok uit Noorwegen in 1107 en vocht tegen de Moslims in Spanje, Lissabon, de Balearen en Palestina. | |
1110 | Het Koninkrijk Pamplona wordt hersteld, nadat het verdeeld was over de koninkrijken Castilla en Aragón. | |
1117 | Tarragona wordt door het graafschap Barcelona ingenomen. | |
1118 | Alfonso VII de León consolideerd de Fueros van Toledo (toegekend door Alfonso VI de León) in het Fuero de 1118. | |
Alfonso I ‘el Batallador’ veroverd met hulp van zijn Occitaanse bondgenoten en Frankische kruisvaarders de stad Saragossa (Zaragoza). | ||
1126 | Alfonso VII erft, na het overlijden van zijn moeder Urraca, Castilla y León. | |
1136 | Op 29 juni 1136 werd Petronila van Aragón geboren, dochter van Ramiro II en Inés de Poitou, de toekomstige koningin van Aragón en gravin van Barcelona. | |
1139 | Het graafschap Portugal scheidde zich af om in 1139 het onafhankelijke Koninkrijk Portugal | |
1150 | Lérida, ontvangt zijn stadsrechten, waarbij Guillem Ramon I de Montcada, tot heer van de stad werd benoemd. | |
1154 |
Armengol VII de Valencia (1154-1184). Graaf van Urgel. (1ste dynastie van Urgel) |
|
1157 | Ramiro II van Aragón stierf in augustus 1157 in de stad Huesca en werd begraven in het klooster van San Pedro el Viejo. | |
1162 | Fernando II de León veroverd Toledo op de Castilianen, en benoemde Fernando Rodríguez de Castro tot gouverneur van de stad. Het duurde slechts tot 1166 want toen herstelde de Castilianen het evenwicht. | |
1171 | Alonso II ‘el Casto’ veroverd de Tirwal, een moslim verdedigingswerk, om de zuidgrens van zijn koninkrijk te versterken. Hetzelfde jaar sticht hij er de stad Teruel. | |
1180 | San Sebastián werd rond 1180 gesticht door Sancho el Sabio, koning van Navarra, om als zeehaven voor Navarra te fungeren. | |
1084 |
Armengol VIII (1184-1209). Graaf van Urgel. (1ste dynastie van Urgel) |
|
1191 | Armengol VIII van Urgel verslaat, met hulp van Alfonso II van Aragón, de burggraaf Ponce III van Cabrera | |
1193 | Het graafschap Pallars Jussá (ook wel Pallars bajo genoemd) en het graafschap Pallars Sobirá (of Pallars alto) komen in handen van Alfonso II van Aragón. | |
1194 | Het Monasterio de Piedra, provincie Zaragosa. Voorheen een verdedigingsfort van de Moren werd door Alfonso II veroverd. Daarna schonk hij het aan de Cisterciënzer Orde die het in 23 jaar tijd ombouwde tot een klooster (barok /gotisch) (Piedra is de naam van de rivier die door het parque de Piedra stroomt.(veel mooie watervallen)) |
13e eeuw n. Chr.
Jaar….. | Gebieden, datums en andere zaken | Gebeurtenissen |
1203 (22 juli) | Iberisch schiereiland | Pere de Coma (bouwmeester uit de 13e eeuw, werd beschouwd als de inbrenger van de romaanse kunst in Lérida) begint aan de bouw van La Seo Vieja (Oude Kathedraal van Lérida) en het werd op 30 oktober 1278 gewijd aan Santa Maria door Guillem de Montcada, bisschop van Lérida. |
1209 | Aurembiaix (1209-1231). Gravin van Urgel. (1ste dynastie van Urgel). Er volgt een periode van dynastieke twisten, tot Jaime I van Aragón, Ponce IV van Cabrera aanwijst op de opvolger van Aurembiaix. (Zie, Ponce I van Urgel, 1236) |
|
1212 | De Almoraviden verliezen de slag bij Las Navas de Tolosa. | |
1213 | Slag bij Muret. | |
1229 | Jaime I ‘el Conquistador’ veroverd Mallorca en deporteert de Islamitische bevolking. | |
1229 | Alfonso IX neemt Cáceres in. | |
1230 | Alfonso IX neemt Badajoz in. | |
1230 | Het koninkrijk León en het koninkrijk Castilla gaan samen in één koninkrijk van Castilla y León | |
1232 | Jaime I ‘el Conquistador’ veroverd Menorca en deporteert de Islamitische bevolking. | |
Tussen 1232 en 1245 | Jaime I ‘el Conquistador’ veroverd de taifas Balansiya en Denia | |
1233, 25 januario | Renán Ruiz heroverd de stad Trujillo op de Almohades. | |
1235 | Jaime I ‘el Conquistador’ bezet kasteel van Ibiza en deporteert de Islamitische bevolking zowel van Ibiza als Formentera. | |
1236 | Ponce I van Urgel (2e dynastie van Urgel) Graaf van Urgel tot 1243. | |
1238 | Jaime I ‘el Conquistador’ veroverd met behulp van de troepen van de Orden de Calatrava de stad Valencia | |
1243 rond 2 april | Het Verdrag van Alcaraz, een overeenkomst die in Alcaraz werd ondertekend tussen de Prins Alfonso van Castilla – de latere Alfonso X – als vertegenwoordiger van Koning Fernando III el Santo namens de Kroon van Castilla en verscheidene vertegenwoordigers van islamitische adellijke geslachten van het Murciaanse emiraat. | |
1243 | Armengol IX van Urgel (2e dynastie van Urgel) Graaf van Urgel tot 1243. | |
Álvaro I van Urgel (2e dynastie van Urgel) Graaf van Urgel tot 1267. | ||
1242 of ’44 | Pelayo Pérez Correa (Meester in de Orde van Santiago) veroverd Chincilla | |
1244 | Prins Alfonso de Castilla veroverd Mula | |
1244 | Het Verdrag van Almizra is een vredesverdrag dat op 26 maart 1244 werd ondertekend door de Kroon van Aragón en de Kroon van Castilla en waarin de grenzen van het Koninkrijk Valencia werden vastgelegd. Het werd overeengekomen tussen Jaime I de Aragon en de Prins Alfonso de Castilla, later zijn schoonzoon en toekomstige koning Alfonso X el Sabio. | |
1245 | Prins Alfonso de Castilla veroverd Cartagena | |
1246 | Fernando III (Castilla) en koning Alhamar ondertekenen het Pact van Jaén waarin de grenzen van het ‘Heilige Koninkrijk Jaén’ (dat bestond uit de steden Jaén, Úbeda, Baeza en Andújar) en het koninkrijk Granada (vazal van Castilla) worden vastgelegd. | |
1250 | Castilla besluit het bisdom Cartagena te stichten. | |
1262 | Alfonso X ‘el Sabo’ neemt de steden Niebla en Huelva in. Dit gebied was belangrijk als grensgebied met Portugal, het diende als controlegebied op de expansionistische politiek van dit land en een groot deel van die grens werd de Banda Gallega genoemd. | |
1264 | opstand van de Murciaanse Moslims, door schendingen van het verdrag van Alcaraz (?veroorzaakt door Alfonso X). | |
1265, 1266 | Jaime I de Aragón en zijn zoon Pedro (de latere Pedro III de Aragón) slaan de opstand van de Murciaanse Moslims neer. Volgens de bepalingen van het Verdrag van Almizra moest het koninkrijk echter aan Castilla (Alfonso X el Sabio) worden teruggegeven | |
1267 | Armengol X van Urgel (2e dynastie van Urgel) Graaf van Urgel tot 1314. | |
1287 | Op 17 januari 1287, veroverd Alfonso III de Aragón definitief het eiland Menorca (Feestdag ven de heilige Antonius en Menorca dag) | |
14e eeuw n. Chr.
Jaar….. | Gebieden, datums en andere zaken | Gebeurtenissen |
1339 | Islas Canarias |
Het eiland Lanzarote wordt voor het eerst geregistreerd, de naam voor het eiland, gegeven door de Italiaans-Majoraanse cartograaf Angelino Dulcert, was Insula de Lanzarotus Marocelus, naar de Genuese zeevaarder Lancelotto Malocello, waarvan de moderne naam is afgeleid. In de inheemse taal van de Guanchen heette het eiland Tyterogaka of Tytheroygaka, wat “een okereiland” kan betekenen (verwijzend naar de overheersende kleur van het eiland). |
1304, 8 augustus | Iberisch schiereiland | Het verdrag van Torrellas was een overeenkomst tussen de vertegenwoordigers van de Kroon van Castilla, de Kroon van Aragón en het Koninkrijk Portugal, over de grenzen van het Koninkrijk Murcia en de aanspraken op de Castiliaans-Leonese troon door Alfonso de la Cerda, kleinzoon van Alfonso X el Sabio. |
1305, 19 mei | Het Verdrag van Elche was een overeenkomst die werd ondertekend door de vertegenwoordigers van koning Fernando IV de Castillaë en koning Jaime II de Aragón. In deze overeenkomst werd de verdeling van het koninkrijk Murcia, waarvan het grondgebied was verdeeld tussen de kronen van Aragón en Castilla, die was overeengekomen in het Arbitraal vonnis van Torrellas, uitgesproken in 1304, definitief vastgesteld. | |
1314 | Alfonso IV van Aragón trouwt in Lérida met Tereza de Entenza. | |
1324 | Huéscar, Orce en Galera (Murciaanse steden) vallen in de handen van het koninkrijk Granada. | |
1327 | Alfonso IV de Aragón ‘el Benigno neemt de troon van zijn vader Jaime II van Aragón over | |
1336 | De romaanse kapel van Sa Tanca Vella, in San Francisco Javier (Formentera) wordt gebouwd. | |
1338 | De vrouwelijke bevolking van Palencia verdedigen de stad, die de Hertog van Lancaster van plan was te plunderen. | |
1347 | Teruel krijgt van Pedro IV de Aragón zijn stadsrechten. | |
1348 | Pestepidemie in het koninkrijk Murcia, waarvan de troepen van Granada gebruik maakten om de vallei van Guadalentín te plunderen. | |
1348 (mei / juli | Pestepidemie in Tarragona. | |
1349 | Pestepidemie in stad Huesca. In de komende twee eeuwen slinkt de bevolking van de stad, door herhaaldelijk terugkeren van deze gruwelijke ziekte, van 8.000 tot 4.000 inwoners. | |
In Huesca stad werd bij stadsverordening het gebruik van Hebreeuws, Arabisch en Baskisch op de markt van de stad verboden en werd de toenmalige Romaanse taal, het Aragonees, opgelegd. | ||
1351 – 1369 | De Eerste Castiliaanse burgeroorlog. | |
1357 – 1359 | Querra de los dos Pedros (oorlog tussen de twee Pedro´s). Een oorlog waarin Pedro IV van Aragón tegenover koning Pedro I van Castilla stonden. | |
1367 | Primera Guerra Civil Castellana. De Engelse vallen de stad Ávila aan en steken daarbij enkele huizen aan de rand van de stad in brand. | |
1368 | In Tarragona begint men aan de versterking en het onderhoud van de stadsmuren. | |
1369 | Enrique II de Castilla schenkt het graafschap Niebla aan Juan Alfonso Pérez de Guzmán, de 4e Heer van Sanlúcar, voor zijn loyaliteit in de eerste Castiliaanse burgeroorlog. | |
Slag bij Montiel, Enrique de Trastámara vermoord zijn halfbroer Pedro I en begon onder de naam Enrique II de kroon van Castilla te regeren. | ||
1371 | Oprichting van de provincie Extremadura. | |
1372 | Pestepidemie Murcia | |
1379 | Pestepidemie Murcia | |
1395 | Pestepidemie Murcia (6.000 slachtoffer in de stad Mucia) | |
15e eeuw n. Chr.
Jaar….. | Gebieden, datums en andere zaken | Gebeurtenissen |
Iberisch Schiereiland | ||
1448 | Berberse piraten nemen de gehele bevolking van Benidorm gevangen. | |
1461 | Gemeenteraad (Concejo) van Huesca verhuist naar het Plaza de la Catedral. | |
1492 (17 oktober) | De troepen van Juan II de Aragón arriveren in Tarragona om de stad te belegeren. Dit door een meningsverschil tussen de Generalidad de Cataluña en Juan II, waardoor er een burgeroorlog ontstaat. | |
1465 – 1468 | Segunda Guerra Civil Castellana | |
1465 | Tussen 1463 en 1465 werd de Universiteit van Huesca definitief heropgericht. | |
1465, 5 juni | De Farce van Ávila was een staatsgreep in het koninkrijk Castilla die plaatsvond. | |
1469 | Huwelijk Fernando (Aragon) en Isabel Castilla). | |
1474 13 dec. | Isabel la Católica wordt uitgeroepen tot koningin van Castilla. | |
1476 | Fernando V de Castilla wint de slag bij Toro, met hulp van de bevolking van Zamora. | |
1478 | Op Gran Canaria wordt de stad Las Palmas de Gran Canaria gesticht. | |
1482 -1492 | Oorlog met het koninkrijk Granada. | |
1489 | San Sebastián brand voor de zesde keer geheel af. Dit brengt ertoe dat ervan af die tijd alleen met steen gebouwd wordt. | |
3 augustus 1492 | Columbus vertrekt vanuit Palos de Frontera om de westelijke route naar Indonesië te vinden. | |
1492 | De joden worden uit Spanje verdreven. | |
16e eeuw n. Chr.
Jaar….. | Gebieden, datums en andere zaken | Gebeurtenissen |
1502 | Iberisch Schiereiland | Juana de Castilla en Felipe ‘el Hermoso’ worden uitgeroepen tot de erfgenamen van de Castiliaanse kroon. |
1520 | Begin van de Guerra de las Comunidades de Castilla (opstand van de Gemeenschappen) | |
1521 | Slag bij Orihuela. | |
1522 | Einde van de Guerra de las Comunidades de Castilla (opstand van de Gemeenschappen) | |
1548 | Zaragoza telt zo’n 25.000 inwoners. | |
1561 | Felipe II wijst Madrid aan als de nieuwe stad waar zich het Hof zal vestigen. | |
1568 | Opstanden van Alpujarras | |
1570 | Huwelijk Felipe II met Ana de Austria (Alcázar van Segovia) | |
1572 | Teruel komt in opstand tegen de Inquisitie. Felipe II stuur een leger onder leiding van de hertog van Segorben om de opstand te onderdrukken. | |
1575 | Dankzij de universiteit kreeg de stad Huesca zijn drukpers, een jaar later verscheen het eerste boek gebaseerd op de Latijnse commentaren op de logica en dialectica van Aristoteles. | |
1588 | de Engelse- en Nederlandse vloot, weten de onoverwinnelijk geachte Armada van Spanje te verslaan. | |
1590 | Opstanden van Aragón | |
1599 | Pestepidemie in Ávila, waardoor 12 % van de bevolking komt te overlijden. |
17e eeuw n. Chr.
Jaar….. | Gebieden, datums en andere zaken | Gebeurtenissen |
1609 | Iberisch Schiereiland | De Moren worden uit Spanje verdreven. |
1613 | Felipe III verordend de uitwijzing van de Murciaanse Moren. | |
1630 | Zijde-industrie Murcia stort ineen. | |
1631 | De eerste brand van het Plaza Mayor, Madrid. In de nacht van 6 op 7 juli 1631 en was het gevolg van vonken die uit een oven sprongen. Het duurde drie dagen voordat men het vuur onder controle had, dertien mensen overleefde de brand niet. De zuidkant van de Plaza was totaal vernield. | |
1637 | Berberse piraten nemen de gehele bevolking van Calpe gevangen. | |
1640 (7 juni)- 1659 (7 nov.) | Guerra de los Segadores | |
1648 | Pest epidemie in het koninkrijk Murcia. (30.000 mensen overlijden aan de ziekte) | |
1651 | San Calixto vloed, verwoest de stad Murcia. | |
1653 | San Severo vloed, verwoest een deel van Lorca ( Murcia). | |
1659 | Vrede van de Pyreneeën. Grenzen in de Pyreneeën wordt verlegt ten gunste van Frankrijk. Spanje staat 33 dorpen van Cerdanya af aan Frankrijk. Llivia is een stad en wordt daardoor een enclave in Frankrijk. | |
1662 | San Sebastián krijgt stadsrechten van Felipe IV. | |
1672 | Tweede brand Plaza Mayor, Madrid. Het Real Casa de la Panadería brand geheel af. Het werd herbouwd door de architect Tomás Román. | |
18e eeuw n. Chr.
Jaar….. | Gebieden, datums en andere zaken | Gebeurtenissen |
1701 – 1713 | Iberisch Schiereiland | Spaanse Successieoorlog (Teruel schaart zich achter Felipe V) |
1706, 4 september | Slag bij Huerto de las Bombas | |
1706, 21 september | Slag bij Albujón | |
1707, 25 April | Slag bij Almansa | |
1707 | Zaragoza verliest zijn autonomie door de verovering van de Bourbons. | |
Lérida wordt zwaar beschadigd door de verwoesting als gevolg van het beleg van de Bourbons. | ||
1725 | Zaragoza telt z’on 30.000 inwoners | |
1750 | Pamplona krijgt een nieuw stadhuis, alsmede drinkwatervoorziening en riolering. | |
1782 | Carlos III, verleend Ibiza stadsrechten en vestigt er een bisdom. | |
1787 | Zaragoza telt zo’n 43.000 inwoners. | |
1790 | De derde brand op het Plaza Mayor van Madrid. In de nacht van 16 augustus 1790 vond er een derde brand plaats. Deze brand wordt als de meest catastrofale van de drie branden gezien, waarbij één derde van de omliggende gebouwen wordt vernietigd. Vooral de westkant van de Plaza. | |
1793 | Frankrijk verklaard de oorlog aan Spanje. (La Guerra del Rosellón, de la Convención of de los Pirineos in het Nederlands de Pyreneeënoorlog) | |
1797 | La Seo Vieja (De Oude kathedral van Lérida), gesloten voor de eredienst in 1797, werd een militaire kazerne. |
19e eeuw n. Chr.
Jaar….. | Gebieden, datums en andere zaken | Gebeurtenissen |
1803 en 1804 | Iberisch Schiereiland | Twee jaar uitbraak van Gele koorts in Còrdoba (stad). In 1803 minstens 7.000 en in 1804 meer dan 11.400 slachtoffers. |
1807 | Spanje en Frankrijk verklaren de oorlog aan Portugal. Daarna bezet Frankrijk grote delen van Spanje en stelt Napoleon zijn broer Jozef aan als troonopvolger. | |
1808 | Napoleon stuurt een machtig leger naar Spanje. Zijn voorwendsel was Portugal binnen te vallen, hij gebruikte hier de minister president, Manuel Godov voor, aan wie hij de troon van een deel van Portugal beloofd had. De Franse Keizer gaf daarop de Spaanse troon aan zijn broer Joseph I. | |
1808, 2 mei tot 1814, 17 april | Onafhankelijkheidsoorlog. (La guerra de la Independencia Española) | |
1809 (4,5,6 en 7 januari) | Ávila wordt op bevel van de Franse maarschalk Lefèvbre door de Fransen geplunderd. De Franse troepen plunderden verschillende kerken in de stad, evenals particuliere huizen, en het slachthuis van de stad werd in brand gestoken. | |
1812 | Slag bij Arapiles | |
1812, 19 maart | De Eerste Spaanse Grondwet werd afgekondigd. | |
1811 (28 juni) | Het Franse leger bestormt Tarragona. (Guerra de Independencia) | |
1812 – 1814 | Cataluña door Napoleon bij Frankrijk was ingelijfd | |
1813 (19 augustus) | Het Franse leger verlaat Tarragona (Guerra de Independencia). | |
1823 | Pamplona wordt gebombardeerd door het leger van de Cien Mil Hijos de San Luis | |
1833 | Dood van Fernando VII. | |
1833 |
División territorial de España en 1833 (de nieuwe provinciale indeling van Spanje ) door Javier de Burgos. |
|
1840 | Familie Muntadas koopt het Monasterio de Piedra (Cisterciëzer Orde, zie 1194) en onderhielden zowel het klooster als de omgeving. | |
1845 | Universiteit van Huesca wordt gesloten. | |
1868 | Door de revolutie “La Gloriosa”wordt Isabel II gedwongen Spanje te verlaten. Men roept het Cortes Condituyentes op dat zich, op initiatief van General Juan Prim, ten gunste van de monarchie uitspreekt en daarmee het koningschap aanbiedt aan Amadeo de Saboya; zoon van de Italiaanse koning. | |
1873 – 1874 | Eerste Spaanse Republiek. | |
1874 | Alfonso XII wordt koning van Spanje. | |
1885, 25 november | Alfonso XII sterft op 27 jarige leeftijd. | |
1893 | Gamazada. Volksopstand in Navarra, ter verdediging van de fueros. | |
20ste eeuw n. Chr.
Jaar….. | Gebieden, datums en andere zaken | Gebeurtenissen |
Iberisch Schiereiland | ||
1923, 13 september | Staatsgreep door Generaal Miguel Primo de Riviera, van 13 september 1923. Hij vestigde een militaire dictatuur die door een groot deel van de maatschappelijke krachten en door Koning Alfonso XIII zelf werd aanvaard. | |
1930 | Primo de Riviera dient zijn ontslag in bij de koning en vertrok hij naar Parijs. | |
1931, 14 april – 1939 | Tweede Republiek van Spanje. | |
1936, 17 en 18 juli | Spaans Afrikaanse leger in opstand tegen de regering van de Republiek, dat lukt alleen in bepaalde delen van het land. | |
1936 – 1939 | Spaanse burgeroorlog | |
1939, 4 febr. | Gerona wordt bezet door de troepen van Franco. | |
1968 | Franco verleend de onafhankelijkheid aan Spaans Guinea en het jaar daarop stelde hij Juan Carlos de Borbón, kleinzoon van Alfonso XIII en prins van Spanje voor als zijnde zijn opvolger als koning. | |
1975, 20 november | Franco overlijd. | |
1975, 22 november | Juan Carlos I uitgeroepen tot koning van Spanje. | |
1977 | Werd er een democratische verkiezing gehouden. | |
1978 | Werd de Spaanse grondwet afgekondigd | |
1979 | Adolfo Suarez, van de partido Unión de Centro Democrático (centrum-rechts), verkozen tot president van de regering | |
1981 | Adolfo Suarez treed af. | |
1981, 23 februari | Tijdens de inhuldiging van de opvolger van Suarez, van Leopoldo Calvo Sotelo van de UCD op 23 februari 1981 doet een groep van hoog geplaatste militaire officieren een poging tot een staatsgreep. | |
DE ETA is in deze periode erg actief. | ||
1997, 10 juli | ETA ontvoerd het PP-raadslid van Ermua, Miguel Ángel Blanco, en dreigde hem te doden als de regering niet op haar eisen zou ingaan. Twee dagen later vermoordden de ETA-leden hem. Zijn dood veroorzaakte in Baskenland en de rest van Spanje een massale beweging van afkeer die bekend staat als de Geest van Ermua. | |
{{Bronvermelding anderstalige Wikipedia|taal=es// en//nl|Laatst bijgewerkt=20210801}}
Laatst bijgewerkt; 2023-03-05
Coralma*, is eigen werk dat u terug kunt vinden als een CC BY-SA 4.0 file in Wikipedia Commons.