Het 15e eeuwse kasteel Coca (Militaire architectuur, Gotiek-Mudejar)
Het kasteel van Coca is een vestingwerk dat zijn naam dank aan het plaatsje Coca, een plaatsje in de provincie Segovia (Castilla y León), dat gebouwd is in de 15e eeuw en wordt gezien als één van de beste voorbeelden van de Spaanse gotiek-Mudejar. Het is eigendom van het Huis van Alba (Casa de Alba) die het, sinds 1954, hebben afgestaan aan het Ministerie van Landbouw van Spanje. Een schaalmodel van dit kasteel bevindt zich in het themapark Mudéjar in Olmedo (Valladolid), (en één in Minimundus, Klagenfurt (Oostenrijk)).
Index:
Ligging

Het kasteel ligt aan de rand van het dorp Coca (Segovia), het rijst daar op vanuit de meander van de rivier de Voltoya, en de zijrivier de Eresma. Het is een prachtig kasteel dat de naam van de stad draagt. Het is daar in de 15e eeuw op een vlak stuk terrein gebouwd, maar wordt omgeven door een gebied met steile afgronden. In Spanje is het een van de weinige bolwerken dat zich niet op een heuvel bevind, het wordt wel door een brede, diepe gracht omringt. Het is tevens één van de beste exponenten van de Spaanse gotiek-Mudejar architectuur en is uitgeroepen tot een Nationaal Monument.
Beschrijving

De constructie, toegeschreven aan Moorse bouwmeesters, werd in de 15e eeuw gemaakt. Het is voornamelijk opgetrokken uit baksteen dat niet alleen als bouwmateriaal maar ook als decoratief element dienst doet. De kalkstenen elementen zien we verschijnen als omlijsting van de schietgaten, de zuilen van de paradeplaats (de ruimte binnen de muren) en andere decoratieve elementen.
Het verdedigingssysteem bestaat uit drie delen: ten eerste de gracht waarop twee ringen van zware muren met torentjes volgen. Daarnaast heeft het een verdedigingsbrug over de gracht die naar de eerste ommuurde ring leidt, achter deze brug leidt een gebogen deur naar de paradeplaats.
De plattegrond van de buitenste ring is een vierkant die op de hoeken geflankeerd wordt door vier torens, waarvan de grootste de donjon is. Deze donjon is voorzien van een inwendige, smalle wenteltrap van baksteen, die toegang biedt tot de verschillende verdiepingen zoals de kapel, de wapenkamer en nog een aantal andere verblijven. Het plafond van de wapenkamer vindt steun aan de gotische gewelfribben welke versierd zijn met geometrische motieven in verschillende kleuren, vanuit de top van de toren zijn de kastelen van Cuéllar en Íscar zichtbaar.
De toren van Pedro Mata is qua grootte hetzelfde als de donjon, ongetwijfeld is dat omdat hij naast de toegangspoort staat en dus dienstdoet als wachttoren en toegang geeft tot de binnenplaats. De overige twee torens zijn muurtorens (torre de la Muralla) en vistoren (torre de los Peces). Binnen de ommuring vindt u ook andere zalen met stucwerk en muurschilderingen, evenals een kerker.
Geschiedenis

De stad (tegenwoordig is het een dorp) behoorde tot 1439 tot de Kroon van Castilla, waarna het werd afgestaan aan Íñigo López de Mendoza, markies van Santillana, die in 1451 de stad Saldaña met Alonso de Fonseca y Ulloa, de bisschop van Ávila en aartsbisschop van Sevilla, omwisselde. In 1453 kreeg Alonso de Fonseca y Ulloa toestemming van koning Juan II de Castilla om het kasteel te bouwen. De bouw van het kasteel liet echter nog een paar jaar op zich wachten. Toen hij Coca moest verlaten, stond Alonso de Fonseca y Ulloa in 1460 de rechten van de stad af aan zijn broer Fernando de Fonseca, die ze uitoefende tot zijn dood in 1463. Alfonso stierf in 1473 als aartsbisschop van Sevilla, en liet Coca als erfenis na aan zijn neef, Alonso de Fonseca y Avellaneda, zoon van Fernando, die de bouw van het grootste deel van het kasteel uitvoerde, totdat het bijna voltooid was in 1493. Vanaf dat moment was het een vorstelijke residentie en de setting voor vele grote feesten, waar vele prominente persoonlijkheden aanwezig waren. Zoals de Franse kardinaal Jean Jouffroi die naar Castilla kwam met het voorstel van het huwelijk tussen de prinses Isabel (regeert later) met de hertog van Berry de Guyena, de broer van Louis de XI de Francia. Hij bezocht ook het kasteel Beatriz de Bobadill, van de markiezin van Moya.
In 1502 zorgden de ‘Katholieke Koningen‘ ervoor dat het kasteel in het geval van Alonso’s dood overging aan zijn broer Antonio Fonseca. En het daaropvolgende jaar verordonneerde koningin Isabel dat de erfgenamen van de stad Coca alleen mannen konden zijn, dat de mogelijkheid elimineerde dat het kasteel geërfd zou worden door één van de twee dochters van de eigenaar. dat was dus de reden dat in 1504 Coca overging naar de broer Antonio de Fonseca, kapitein van de ‘Katholieke Koningen’ die het verdedigingselement van het kasteel uitbreidde, dat zich later moest verdedigen tegen de onfortuinlijke aanval van de markies van Cenete, die zijn verloofde, Maria de Fonseca, probeerde te redden, die werd vastgehouden door haar oom.

In 1512 werkten de de bouwmeesters van Sevilla aan het kasteel, dat mogelijk de architecten waren van de vele decoraties. In 1521 werd het kasteel aangevallen door opstandelingen van de ‘Comunidades de Castilla’ uit vergelding voor het ‘incendio de Medina del Campo‘ (het vuur van Medina del Campo).
We moeten hier even een uitleg van de situatie plaatsen:
Het Vuur van Medina del Campo.
Op 21 augustus 1520, in het context van de ‘Opstand van de comunidades‘, weigerde de stad Medina del Campo om, de aldaar opgeslagen artillerie af te leveren aan de keizerlijke troepen van Carlos I (Karel V zoals wij hem kennen), wetende dat als ze werden afgeleverd, ze zouden worden gebruikt tegen Segovia. De reactie van de keizerlijke troepen daarop was het op verschillende plaatsen in de brand steken van de stad, een feit dat, in Spanje, bekend staat als ‘la Quema de Medina del Campo‘, wat leidde tot de vernietiging van een groot deel van de stad en de definitieve uitbarsting van de tot dan toe beginnende gemeenschapsbeweging in de Kroon van Castilla (las Comunidades del Corona de Castilla).
Toen men geen toegang kreeg tot het kasteel, trok de menigte naar het nabijgelegen fort Alaejos dat totaal vernietigd werd.

In 1645 was het de gevangenis van de hertog van Medina Sidonia, die ervan beschuldigd werd dat hij zich wilde uitroepen tot koning van Andalucia. Later werd het kasteel, door huwelijk, eigendom van het Huis van Alba.
In verschillende periodes voerde men belangrijke verbouwingen uit: Galerijen langs de paradeplaats in de 16e eeuw; galerij tussen de donjon’s en de Pedro Mata in de 17e eeuw en andere verbeteringen in 1715. Vanaf 1730 wordt het archief naar Madrid verplaatst en wordt het kasteel verwaarloosd en raakt in verval. In 1808, tijdens de Onafhankelijkheidsoorlog, bezette de Fransen de stad Coca en vestigen hun troepen zich in het kasteel dat voor grootse vernielingen zorgt en toen ze in 1812 vertrokken lieten ze een ruïne achter. En in 1828 verkocht een administrateur van het Huis van Alba zonder enige scrupules materialen van het kasteel, waaronder de marmeren kolommen van de patio, dat de ondergang van het kasteel nog eens accentueerden.
In 1926 werd het kasteel uitgeroepen tot Nationaal Monument. In 1931 werd het uitgeroepen tot Nationaal Historisch Monument en in 1954 werd het afgestaan aan het Ministerie van Landbouw voor 100 jaar min één dag, en werd het tussen 1956 en 1958 gerestaureerd om er de ‘Escuela de Capacitación Forestal’ in te huisvestigen. In 1995 was het de scène van drie van de vijftien afleveringen van de TVE televisiewedstrijd ‘La noche de los Castillos’.
Escuela de Capacitación Forestal
(Bosbouw Opleiding School)
Na het afstaan aan het Ministerie van Landbouw in 1954 en na de voltooiing van de restauratie in 1958, werd een deel van de kasteelzalen gebruikt als hoofdkantoor van de ‘Escuela de Capacitación Forestal’, die erg populair is bij studenten uit heel Spanje: vanaf 1958 zijn er bij hun 38 leerjaren voor boswachters gepasseerd.
Voor Openingstijden, prijzen en reglement Covid19
Klik op deze link: terranostrum.es/actividades/visita-castillo-de-coca
Verwant aan dit onderwerp:
Dit was een van de Spaanse Verhalen in de website spaanseverhalen.com. De verhalen in deze website zijn niet statisch, regelmatig worden de verhalen aangepast, kijk hiervoor naar deze mededeling:
-
- Laatst bijgewerkt 2022-01-30
Spaanse Verhalen. https://spaanseverhalen.com
Bronvermelding en referenties:
De veelal buitenlandse teksten van wikipedia zijn beschikbaar onder de licentie Creative Commons Naamsvermelding/Gelijk delen. Ik heb deze teksten vertaald, gemengd, en vaak aangevuld met eigen kennis en ervaring, opgedaan in de periode dat ik in Spanje woon en aan deze artikelen werk.
Er kunnen ook andere bronvermeldingen zijn opgenomen, dat kunnen zaken zijn die ik, tijdens het onderzoek naar de artikelen, gelezen heb en in deze teksten verwerkt heb.
Spaanstalige Wikipedia|taal=es|titel=Castillo de Coca|oldid=106382666|datum=20180502}}
Deze tekst is beschikbaar onder de licentie Creative Commons Naamsvermelding/Gelijk delen.
De foto’s/afbeeldingen zijn gelicenseerd onder Wikimedia Creative Commons: CC0 1.0 Universal, CC BY 1.0 , CC BY-SA 1.0 Naamsvermelding 2.0 Unported CC BY 2.0 , Attribution 2.0 Generic CC BY 2.0 , CC BY-SA 2.0, CC BY 2.5 , CC BY-SA 2.5, Attribution 3.0 Unported CC BY 3.0, Attribution-ShareAlike 3.0 Unported CC BY-SA 3.0 , CC BY 4.0, CC BY-SA 4.0 , GNU-licentie voor vrije documentatie , of Publiek Domein
- Het 15e eeuwse kasteel van Coca. Auteur – Rowanwindwhistler, licentie CC BY-SA 3.0
- Het kasteel van Coca, Cultureel historisch erfgoed van Spanje. Auteur – Nfoque, licentie CC BY-SA 4.0
- Ingang van het kasteel, in het tweede deel van de 20ste eeuw. Auteur – Fundación Joaquín Díaz / Cayetano Enríquez, licentie CC BY-SA 3.0
- Een ets van het kasteel aan het begin van de 19e eeuw door Dominique Vivant.. Auteur – Dominique Vivant (1747-1825), licentie Publiek Domein
- Zijaanzicht van het kasteel. Auteur – Rowanwindwhistler, licentie CC BY-SA 3.0
- Het kasteel in volle glorie. Auteur – Ignacio Cobos Rey (Lironcareto), licentie CC BY-SA 2.5
Coralma*, is eigen werk dat u terug kunt vinden als een CC BY-SA 4.0 file in Wikipedia Commons.
|