Corduba

Overblijfselen uit lang vervlogen tijden. Dit was Corduba, Hispania Baetica, de tijd waarin de Romeinen het voor het vertellen hadden.

De meesten onder u kennen Córdoba van de islamitische moskee dat ze tijdens hun reis naar het zuiden van Spanje hebben leren kennen. Voor die tijd was er echter nog een ander, ook zeer bekende stad. Een door de Romeinen in 169 v. Chr. gestichte colonia die men toen Corduba noemden. Tijdens de toen heersende Romeinse Republiek was het de hoofdstad van Hispania Ulterior. Later werd het de hoofdstad van Baetica tijdens het Romeinse Keizerrijk. Baetica met Corduba als hoofdstad was een van de meest welvarende en bloeiende provincies van het rijk. Corduba behoorde tot de belangrijkste steden van de Romeinse wereld.

Gegevens Corduba
Entiteit Colonia
Land Romeinse Keizerrijk
Provincie Hispania Ulterior (169 – 27 v.Chr.)
Baetica (27 v.Chr – 711)
Taal Latijn
Inwoners Romeinen
Geloof Romeinse religie
Christendom
Munteenheid As
Stichting 169 v.Chr.
Tegenwoordig corresponderend met: Córdoba

Geschiedenis


Pre-Romeinse nederzetting
Romeinse tempel van Córdoba in de Calle Claudio Marcelo van Córdoba.

Er wordt aangenomen dat er een pre-Romeinse nederzetting bestond in de omgeving van het huidige park Cruz Conde (een wijk in Córdoba). Deze bevindt zich op de zogenaamde heuvel van Los Quemados. De oorsprong ervan kan worden teruggevoerd tot ten minste het 3e millennium v.Chr. Met een oppervlakte van ongeveer 50 hectare speelt deze nederzetting een steeds belangrijkere rol als economisch centrum van het gebied. Het mijnbouwgebied van Sierra Morena en het platteland komen hier samen. Dit alles wordt doorkruist door de rivier Guadalquivir. Deze zone is bewoond geweest tot ten minste het einde van de 2e eeuw v.Chr., toen de inheemse polis geleidelijk aan invloed verloor door de definitieve vestiging van de Romeinse troepen.

De stichting van Corduba

De Romeinen veroverden de stad in 206 v.Chr., na de slag bij Ilipa. De exacte datum van de stichting van de Romeinse nederzetting is onbekend. Er worden twee mogelijkheden genoemd, met een verschil van 17 jaar. Deze data vallen samen met het verblijf van de praetor Marcus Claudius Marcellus in Hispania (169/168 of 152/151 v.Chr.).

Standbeeld van Marcus Claudius Marcellus, stichter van Corduba, in Córdoba.

Vóór de stichting van Córdoba moet er een militaire nederzetting hebben bestaan. Er zijn aanwijzingen dat het gebied al aan het begin van die eeuw bewoond was. In de Iberische stad zijn keramische resten uit die tijd gevonden. Deze zijn het resultaat van de handel die vanaf het begin tussen Iberiërs en Romeinen bestond. Dit, samen met het strategische belang van de locatie, was aanleiding voor de latere stichting van de stad.

Het militaire kampement werd omgevormd tot een stad. Claudius Marcellus stichtte officieel Corduba op een onbekende datum in het derde kwart van de 2e eeuw v.Chr. Vanaf dat moment leefden beide gemeenschappen in een vriendschappelijke sfeer naast elkaar. Dit duurde tot het definitieve verdwijnen van het Iberische Córdoba in de 1e eeuw v.Chr., waardoor een dipolis ontstond. Sommige Iberiërs, leden van de oligarchie van Corduba, verhuisden naar de nieuwe stad. De rest bleef in hun stad. De goede relaties tussen beide gemeenschappen waren duidelijk. De nieuwe Romeinse stad nam de naam van het Iberische Corduba aan. Zo werd zij de erfgenaam van de politieke en economische heerschappij van die stad.

Geleidelijk aan verlieten steeds meer Iberiërs hun stad om zich in de Romeinse stad te vestigen. Aan het einde van de 1e eeuw v.Chr. werd vastgesteld dat de Iberische stad volledig verlaten was. Dit proces verliep parallel aan de groei van de Romeinse stad. Er is bekend dat er een Latijnse vicus bestond, mogelijk ter herinnering aan de Iberische afkomst van de bevolking.

De Romeinse Republiek

Tussen 143 v.Chr. en 141 v.Chr. wordt de stad belegerd door de Lusitaanse leider Viriato.

In het jaar 113 v.Chr. wordt al melding gemaakt van een Romeins forum, het koloniale forum van Corduba. De pre-Romeinse nederzetting raakt geleidelijk in onbruik. De inwoners verhuisden naar de Romeinse stad. De stad krijgt een monumentaal karakter. Dit komt doordat de lemen huizen worden vervangen door huizen van kalksteen en zandsteen. In het jaar 80 v.Chr. worden in deze stad al munten geslagen met het opschrift Corduva. In het jaar 74 v.Chr. wordt Quinto Cecilio Metelo Pío enthousiast en luxueus onthaald in de stad. Uit deze eeuw stamt de eerste grafinscriptie van de stad, die toebehoort aan een slavin genaamd Bucca.

De Romeinse mausolea (1e eeuw) aan beide zijden van de Via Augusta.

In het jaar 49 v.Chr. riep Julius Caesar de vertegenwoordigers van de steden van Hispania Ulterior bijeen in Córduba. Op dat moment was Córduba al caput provinciae. De stad, die als conventus werd beschouwd, had haar poorten gesloten voor de legaat van Gnaeus Pompeius Magnus (Militair en staatkundig leider van de Romeinse Republiek), Marcus Terentius Varro Reatinus (Romeins geleerde en schrijver). Daar gaf Varro zich over aan Caesar. De dictator hield een dankwoord voor zijn aanhangers. Op dat moment plantte hij de beroemde platanus. Deze platanus wordt genoemd door Martialis (Romeins schrijver en dichter). Hij staat in de tuinen van het huidige Alcázar de los Reyes Cristianos.

De met zandsteen geplaveidde Romeinse weg die tussen de grafmonumenten van de Puerta de Gallegos in Córdoba loopt.

Quinto Casio Longino, praetor van Caesar in Ulterior, werd in 48 v.Chr. aangevallen toen hij op weg was naar de basiliek van Corduba. Hoewel de samenzwering werd neergeslagen, braken er na het vertrek van de gouverneur opstanden uit onder de troepen, waarbij de dubbelzinnige houding van quaestor M. Marcelo opviel. Longinus vernietigde uit wraak de nobilissimae carisssimaeque possesiones agros aedificiaque (De meest nobele en dierbaarste bezittingen, land en gebouwen) van de inwoners van Corduba ten zuiden van de rivier.

In het jaar 46 v.Chr. verleenden de zonen van Pompeius aan Corduba het eerste koloniale statuut van Hispania. Hierdoor kregen de inwoners de status van Romeins burger. De stad werd omgedoopt tot Colonia Patricia Corduba. Het conflict tussen de aanhangers van Caesar en Pompeius verscherpte zich in 45 v.Chr. Julius Caesar belegerde de stad en streed met Cnaeus Pompeius de Jongere om de controle over de brug, maar moest zich kort daarna terugtrekken naar Ategua. Ondertussen overwinterde Pompeius de Jiongere in Corduba. Na de slag bij Munda belegerde Caesar de stad opnieuw, die werd ingenomen en als straf werd verwoest, waarbij de 22.000 inwoners van Corduba om het leven kwamen.

In 43 v.Chr., tijdens het tijdperk van het Tweede Triumviraat, herwon Corduba haar rol als politiek centrum van Ulterior. Het werd de hoofdstad.

Sarcofaag van de Poorten van Hades, Alcázar de los Reyes Cristianos. Sarcofaag gevonden in Córdoba, gedateerd rond 225 n.Chr., in Rome uit één stuk wit marmer gehouwen.
Het Romeinse Keizerrijk
Opgegraven resten van het Romeinse theater in Córdoba.

Bij de herindeling van de Spaanse provincies door Augustus in het jaar 27 v.Chr. kwam Hispania Ulterior Baetica onder het bestuur van de Senaat. De hoofdstad zou opnieuw Colonia Patricia gaan heten. Deze titel, in combinatie met een “heroprichting” van de stad en een mogelijke deductio, werd in 25 v.Chr. toegekend. Tijdens het tijdperk van Augustus onderging de stad een transformatie. De uitbreiding reikte tot aan de rivier en het wegennet en de openbare ruimtes, zoals het koloniale forum van Corduba, werden gereorganiseerd. Het Romeinse theater van Córdoba werd gebouwd, met medewerking van de keizer zelf, zijn vertegenwoordigers en de belangrijkste weldoeners van de stad: Persini Marii en Annaei, die nauw betrokken waren bij de mijnbouw. Er werd ook een aquaduct gebouwd (de Aqua Augusta) en waarschijnlijk ook het amfitheater van Córdoba. Tevens werden er, ter gelegenheid van de reis van de keizer, munten geslagen met het opschrift Colonia patricia.

3D-reconstructie van het Romeinse theater.

Tijdens het bewind van Tiberius werden het forum novum (nieuwe forum) en de brug over de beek Pedroche gebouwd.

Toen Claudius keizer was, werd begonnen met de bouw van het centrum van de keizerlijke cultus. De tempel werd gebouwd, waarvan de ruïnes te zien zijn in de huidige straat Claudio Marcelo. Daarnaast werd het zuilengalerijplein gebouwd dat het centrum omringde. Dit alles werd voltooid in de tijd van Nero, samen met een circus in de omgeving. Onder Domitianus werd het tweede aquaduct gebouwd, het Acueducto Aqua Nova Domitiana Augusta. Ook in deze periode, toen Lucius Cornelius aedilis en duoviri was, werden er openbare fonteinen in de stad aangelegd. Het eerste aquaduct werd versierd met talrijke bronzen beelden.

Aan het einde van de 2e eeuw werd het oostelijke circus ontmanteld. Op basis van vondsten in het westelijke deel van de stad, naast het huidige rectoraat van de universiteit, werd aan het begin van de 20e eeuw verondersteld dat er een nieuw circus was gebouwd. In de jaren 90 bleek echter dat deze overblijfselen het amfitheater van Colonia Patricia waren. Het bestaan van een tweede circus kan niet volledig worden uitgesloten. Bronnen vermelden het oostelijke circus. De logische conclusie is dat er een ander circus in het westelijke deel van de stad moet hebben bestaan. In deze periode werd ook een derde aquaduct gebouwd, het Acueducto Aqua Fontis Aureae. Daarnaast werd er een provinciaal forum gebouwd op de hoogten van Santa Ana.

Buiten de stadsmuren, aan de voet van de bergen, bevonden zich landbouw- en veeteeltbedrijven. Er waren ook luxueuze villa’s, zoals de zogenaamde Romeinse villa van Santa Rosa. Tegenwoordig is deze villa gedeeltelijk zichtbaar. Een groot deel van de overblijfselen en mozaïeken zijn verborgen. Deze bevinden zich in de kelder van een particulier woongebouw in die wijk van Córdoba.

Stedenbouw


De stedelijke ruimte werd aan drie zijden begrensd door een stadsmuur. Deze muur vormde samen met de rivier Guadalquivir een min of meer vierkant terrein. Het noordelijke deel van de muur liep vanaf de poort van Rincón. Het liep langs het plein van Colón en langs de Ronda de los Tejares. Het eindigde bij de Paseo de la Victoria. In dit deel van de muur bevond zich de poort van Osario. Het westelijke deel van de muur liep langs de Paseo de la Victoria. Het is niet precies bekend waar deze eindigde. Mogelijk liep deze tot aan de straat Lope de Hoces, tot aan de poort van Almodóvar of tot aan de oever. Het oostelijke deel liep daarentegen vanaf de poort van Rincón. Het liep verder langs de straat Alfaros. Daarna liep het verder langs de Calle San Fernando. Uiteindelijk kwam het uit bij de rivier. De zuidelijke grens van de stad was in die tijd niet vast. Aanvankelijk lag deze ver van de rivier. De stad groeide naar de rivier toe naarmate dat nodig was.

Het aquaduct van Valdepuentes of Aquavetus, het oudste aquaduct van Corduba.

Mijlpaal van Caligula, geplaatst in de moskee van Córdoba, afkomstig uit Córdoba, overeenkomend met CIL II 6208 = CIL II7 2, met de volgende tekst: C(aius) Caesar Germa/nicus Germani/ci Caesaris f(ilius) Ti(beri) Aug(usti)/ n(epos) divi Aug(usti) pron(epos) divi/ Iuli abn(epos) Aug(ustus) p(ater) p(atriae) co(n)s(ul) II/ imp(erator) trib(unicia) pot(estate) II pont(ifex)/ max(imus) a Baete et Ia/no Augusto ad/ Oceanum/ LXII Hispania Epigraphica 1881

Volgens de regels van de Romeinse stedenbouw waren er twee hoofdwegen die in noord-zuidelijke richting (de cardo) en in oost-westelijke richting (de decumanus) liepen. Men neemt aan dat de cardo begon bij de Osario-poort. Deze liep door de huidige straten Ramírez de Arellano, Jesús María en Ángel de Saavedra. Uiteindelijk kwam hij uit op het plein Santa Ana, waar de puerta de las Estatuas (poort van de Beelden) stond. De decumanus daarentegen verbond de puerta de Gallegos (poort van de Galliërs) met de Puerta de Hierro (IJzerenpoort). Deze laatste, ook bekend als Porta Sinistra, stond op het plein Salvador. De decumanus liep door de straten Concepción, Gondomar en Claudio Marcelo of Alfonso XIII.

De Puente Romano van Córdoba met op de achtergrond weer de Moskee-Kathedraal.

Het koloniale forum van Córdoba was het centrum van het leven in de Romeinse stad. Het lag op het kruispunt van de twee belangrijkste wegen van de stad. Het bevond zich in de buurt van de straten Cruz Conde, Góngora en Ramírez de Arellano. In de eerste eeuw werd het echter uitgebreid naar het zuiden, onder wat nu de straat Morería is.

Mozaïek van Polyphemus en Galatea (2e eeuw n.Chr.), bewaard in het Alcázar de los Reyes Cristianos.
Overblijfselen van een stadshuis aangetroffen in de kelder van Hotel Palacio del Bailío, 1e-2e eeuw n.Chr.

De rivierhaven


In de Romeinse tijd was de rivier Guadalquivir bij Córdoba bevaarbaar. De stad beschikte over een rivierhaven. De haven verbond de stad via de rivier met de zee. Ook was er een verbinding met andere belangrijke steden, zoals Hispalis (Sevilla). De haven lag aan de noordelijke oever van de rivier. Ernaast bevond zich het douanekantoor (forum censorium). Dit was gevestigd in een deel van wat nu het Alcázar de los Reyes Cristianos is.

Architectuur


  • Templo romano de Córdoba (Romeinse tempel)
  • Anfiteatro de Córdoba (Amphitheater)
  • Teatro romano de Córdoba (Romeins theatyer)
  • Circo oriental (Het oostelijke Circus)
  • Puente romano de Córdoba (Romeinse brug)
  • Puente romano sobre el arroyo Pedroches (Romeinse brug over de beek Pedroches)
  • Mausoleo romano (Grafmonument)
  • Monumento funerario de la Puerta de Sevilla (Grafmonument van de Poort van Sevilla)
  • Palacio de Maximiano Hercúleo (Paleis van Maximianus Herculanus)
  • Foro colonial (Koloniaal forum)
  • Muralla (Stadsmuren)
  • Acueducto Aqua Fontis Aureae (Aquaduct Aqua Fontis Aureae)
  • Acueducto Aqua Nova Domitiana Augusta (Aquaduct Aqua Nova Domitiana Augusta)
  • Acueducto de Valdepuentes (Aquaduct van Valdepuentes)

Samenvatting


Corduba, gesticht door de Romeinen in 169 v.Chr., was een belangrijke stad in Hispania Baetica, die tijdens het Romeinse Rijk bloeide als een welvarende hoofdstad. Oorspronkelijk was het een militaire nederzetting, maar het ontwikkelde zich tot een bruisend stedelijk centrum dat gekenmerkt werd door indrukwekkende architectuur en een drukke rivierhaven die verbonden was met belangrijke handelsroutes. In de loop van de tijd nam de Iberische bevolking af naarmate hun gemeenschap assimileerde in de Romeinse cultuur. Belangrijke ontwikkelingen waren onder meer wegen, aquaducten en openbare fora, waardoor Corduba uitgroeide tot een belangrijk administratief centrum en een cruciale rol speelde in het bestuur en de handel van de Romeinse provincie.


Dank voor uw interesse aan deze website van Spaanse Verhalen. Elke week tracht ik een nieuw verhaal te publiceren. Als u de verhalen hier weet te waarderen, abonneer u dan op deze niet commerciële website. Geef uw e-mailadres op en klik op Abonneren. De knop verandert naar Geabonneerd en als u daarop klikt, kunt het abonnement heel gemakkelijk weer opzeggen.

Verwant aan dit onderwerp

Naar boven


Notations

This was one of the stories in the non-commercial website spaanseverhalen.com

The latest update of this story is: 2025-11-08

Coralma*

Sources and references
The mainly foreign texts from Wikipedia are available under the Creative Commons Attribution-Share Alike license. I have translated these texts, mixed them and often supplemented them with my own knowledge. The experience I gained while living in Spain and working on these articles has also been incorporated into these texts.

Other source references may also have been included. These may be things I read during my research for the articles and incorporated into the stories.

These texts are available under the license Creative Commons Naamsvermelding/Gelijk delen 3.0.   CC BY-SA 3.0.

Full information of these photos/images.

I would like to take this opportunity to thank everyone who has made their photographs freely available and thereby contributed to these stories.