Zaragoza (de stad)

Zaragoza, hoofdstad van de provincie Zaragoza

De locatie van de stad Zaragoza. Het ligt iets links van het midden in de comunidad autónoma van Aragón.
Het wapen van Zaragoza: een veld van keel met daarop een klimmende leeuw van goud, gekroond met een oude open koningskroon, getongd en gewapend van goud. Het wapen is bestempeld nogmaals een oude open koninskroon. Een ornament bestaande uit twee takken: één van laurier en de andere van palm, gekruist aan de bron, elk met een zilveren lint en daarin de initialen M. N., M. H., S. H., M. B. en I (verwijzend naar Muy Noble, Muy Leal, Muy Heroica, Siempre Heroica, Muy Benéfica e Inmortal).
het wapen
De vlag is een rood doek met daar in het midden het wapen van de stad Zaragazo.
de vlag

Zaragoza is een verrassend relaxte stad en gemeente in Spanje, hoofdstad van de gelijknamige provincie en van de autonome gemeenschap Aragón. Het heeft een speciale wettelijke status als hoofdstad van Aragón. Met 681.877 inwoners (INE 2020) is het na Madrid, Barcelona, Valencia en Sevilla, de vijfde grote stad van Spanje.

Wat interesseert u het meest:

Gegevens
Entiteit  Hoofdstad van de C.A. Aragón en de provincie Zaragosa
Gem. hoogte
    Minimaal
   • Maximaal
208 m.b.z.
 177 m.b.z.
 471 m.b.z.
Woonkernen rond Zaragoza La Cartuja Baja, Casetas, Garrapinillos, Montañana, Monzalbarba,  Movera, Peñaflor, San Gregorio, San Juan de Mozarrifar, Torrecilla de Valmadrid, Venta del Olivar y Alfocean, Villarrapa, Zaragoza.
Gesticht in het jaar: 14 v. Chr.
Oppervlakte 973,78 km²
Inwoners aantal
Bevolkingsdichtheid
675.301 inw. (2021)
682,84 inw/km²
Inwonersnaam zaragozano, -a
cesaraugustano, -a
zaragoci
saracusti
Postcode 50001-50022, 50059, 50071 en 50090
Kengetal tel. (+34) 976 en 876
Patroon San Valero
Patrones Virgen del Pilar
Officiële website

Zaragoza is mooi gelegen aan de rivier de Ebro, zeker als u een bezoek brengt aan het historisch centrum van de stad. U zult niet de enige bezoeker zijn, elk jaar komen er zo’n acht miljoen mensen naar deze stad. En als u dan een dagje rust zoekt, biedt de zeer gevarieerde omgeving bestaande uit bossen, bergen en een stuk woestijn, zeker uitkomst! Het was ook de stad waar vroeger de koningen van het koninkrijk Aragón resideerden, en dus, een stad met veel geschiedenis. Door zijn centrale ligging in de comunidad is het ook de plek waar veel Aragonezen elkaar ontmoeten, heel belangrijk, want dan weet u dat het wat betreft de gastronomie wel goed zit. Spanjaarden zijn per slot van rekening, nog meer dan Fransen, enorme smulpapen.

Gelegen aan de Ebro zien we hier de basiliek van Pilar.

Zaragoza ligt op ongeveer 300 km van Madrid, Barcelona, Valencia, Bilbao en Toulouse. Door deze centrale ligging is Zaragoza ook een belangrijke industriestad en handelscentrum.

Een deel van het gemeentelijke gebied wordt ingenomen door het natuurreservaat van de Sotos y Galachos del Ebro.

De stad draagt de titels; Muy Noble, Muy Leal, Muy Heroica, Muy Benéfica, Siempre Heroica e Inmortal (Zeer Edel, Zeer Loyaal, Zeer Heldhaftig, Zeer Weldadig, Altijd Heldhaftig en Onsterfelijk), waarvan de meeste zijn toegekend na haar verzet tegen het Napoleontische leger in de belegeringen van Zaragoza tijdens de Onafhankelijkheidsoorlog. Al deze titels zijn terug te vinden in haar wapenschild, door middel van de initialen (M.N., M.L., M.H., M.B., S.H. en I.). Het viert zijn belangrijkste feestdag ter ere van de Virgen del Pilar op 12 oktober. De beschermheilige van de stad is Sint Valero (29 januari).

Toponymie


De huidige naam is afgeleid van het oude Romeinse toponiem, Caesaraugusta, dat het kreeg toen het ter ere van keizer Caesar Augustus, in 14 v. Chr, werd gesticht. De oorsprong van de stad gaat terug tot Salduie, wat de naam was van de Iberisch Sedetaanse stad gelegen op de plaats van het huidige Zaragoza uit de tweede helft van de 3e eeuw v. Chr. Het is gedocumenteerd op Iberische munten en met de naam “Salduvia” in een tekst van Plinius de Oudere. Met de stichting van Caesar Augusta werd de Iberische stadstaat een ‘colonia inmune’ (vrij van een verplichting of dienst) van Romeinse burgers. De Romeinse naam evolueerde, misschien via het Arabische Saraqusta.

Geschiedenis


Prehistorie en de oudheid

De stad Zaragoza heeft een geschiedenis van  meer dan tweeduizend jaar. De oudste gedocumenteerde bevolking dateert uit de 7e eeuw v. Chr., in de overblijfselen van nederzettingen uit het einde van de bronstijd. De vroegste vermeldingen van een stedelijke nederzetting dateren uit de tweede helft van de 3e eeuw v. Chr. en vertellen ons over een Iberische stad genaamd Salduie, die in een tekst van Plinius de Oudere wordt aangeduid met de naam “Salduvia”.

Het brons uit Ascoli, gedateerd 89 v. Chr., beloont de ruiters van Salduie voor hun moed op het slagveld.

Het bronce van Botorrita I is een bronzen plaatje met daarin keltiberische lettertekens gekerfd.
Het plaquette van Botorrita I.

Een ander brons, eveneens in het Latijn geschreven en gedateerd op de iden van mei 87 v. Chr., aanvankelijk bekend als Tabula Contrebiensis, en ook als Botorrita-2, omdat het in Botorrita is gevonden, verwijst naar de aanleg van een irrigatiekanaal door de Salduviërs, een kanaal waarvan het tracé niet veel zou verschillen van het tracé van het irrigatiekanaal van Almozara, dat nog steeds in gebruik is.

De Romeinse stad Caesaraugusta over de plattegrond van de huidige stad: 1. Decumano (de huidige Calle Mayor, Calle Espoz y Mina en Calle Manifestación) 2. Cardo (de huidige Calle Don Jaime) 3. Forum van Caesaraugusta 4. Rivierhaven 5. Openbare baden 6. Theater 7. Muur (toegang)

De Romeinse stad Caesaraugusta was een colonia inmune. Dit waren steden die door Octavianus Augustus werden bevolkt met Romeinen die vrij van een verplichtingen of dienst waren. Caesaraugusta werd tussen 25 en 12 v. Chr. door  veteranen van de Cantabrische oorlogen, hoogstwaarschijnlijk in 14 v. Chr., heropgericht in de Iberische stad. In die tijd had zij een rechthoekig grondplan en een oppervlakte van 47 hectare, dat samenviel met de stedelijke indeling van de huidige oude wijk, en haar omtrek werd begrensd door de Calle del Coso  in het zuiden en oosten, de Avenida de César Augusto in het westen en de rivier de Ebro in het noorden. Kort daarna werd het het belangrijkste stedelijke centrum in het midden van de Ebro-vallei. De stad ging niet achteruit tijdens het West-Romeinse Rijk.

De middeleeuwen

In 452 werd het veroverd door de Sueben en in 466 door de Visigoten, die het inlijfden bij het koninkrijk Toulouse. In 541 werd het belegerd door de Franken, hoewel de stad niet in hun handen viel. In 542 kwam de uitbraak van de plaag die bekend staat als de Justiniaanse pestplaag uit Afrika en trof de Middellandse-Zeekust van Europa tot het midden van de 8ste eeuw.

Albasten kapiteel, 11e eeuw, uit het atelier van Aljafería.

In de 7e eeuw beleefde de bisschopszetel van Zaragoza een periode van pracht en praal met de bisschoppen Braulio van Zaragoza en Tajón. In 714 werd het bezet door de Saraceen Musa ibn Nusair en werd het een belangrijk islamitisch centrum genaamd “Medina al-Baida Saraqusta” (Saragossa de Witte), dat Karel de Grote zonder succes probeerde te bezetten in 788.

In de 9e eeuw stelden de Banu Qasi (een adellijke familie van Visigotische oorsprong die zich kort na de invasie tot de islam bekeerde) het kort na 852 aan als hoofdstad van hun uitgestrekte domeinen onder Musa ibn Musa, in de christelijke overleveringen bekend als de “Moor Muza”. Later kocht emir Mohammed I van Córdoba het van hen in 884 voor 15.000 gouden dinar. In 890 verkregen de Thujibiden, Jemenieten uit de gebieden Calatayud en Daroca, de hegemonie en werd Muhammad Alanqar gouverneur van Saragossa.

Als hoofdstad van de bovengrens met de christelijke koninkrijken onder het kalifaat van de Umayyaden genoot het een zekere autonomie ten opzichte van Córdoba. Het Moslimgemeenschap van Saragossa in de 10e eeuw verwelkomde gemeenschappen van de andere religies van het Boek in de Joodse wijk en de Mozarabische wijk. Na de ineenstorting van het Andalusische kalifaat werd het in 1018, onder het bewind van de Thujibid Mundir I, de hoofdstad van een belangrijk koninkrijk, de Taifa van Saraqusta.

                                                           Kaart van Saraqusta over de huidige kaart van Zaragoza

licht oranje: Medina Saraqusta
oranje: Joodse wijk
rood: Mozaraben wijk
lichtpaars: voorsteden, buitenwijken
paars: traditionele Arabische marktwijk (Soek)
grijs: Almuzara (nieuw gecreëerde stad als gevolg van herbevolking)

  1. Mezquita Blanca (Aljama)
  2. La Zupa
  3. Poort van Alcántara
  4. Poort van Toledo
  5. Poort vanCinegia
  6. Poort van Alquibla (of  van Valencia)

7. Poort van Sancho
8. Poort van Portillo
9. Poort van Baltax
10. Poort van Santas Masas
11. Poort van Tenerías
12 Aljafería (Alcazaba)

De glorie van de Islamitische stad kwam in de 11e eeuw, vooral tijdens de regering van Al-Muqtadir (1046-1081), een lid van de Banu Hud dynastie, die zijn koninkrijk uitbreidde door de Taifa van Tortosa en de Taifa van Denia te annexeren en de Taifa van Valencia aan vazalschap onderwierp. Hij bouwde een prachtig versterkt lustpaleis, de Aljafería, waarvan de werkzaamheden in 1065 begonnen. De Hudi-dynastie wist zich onafhankelijk te houden van het Almoravidenrijk en de druk van een jong koninkrijk Aragón tot 1110, toen de stad moest worden overgedragen aan de Moorse macht, die de voormalige gouverneur van Valencia, Muhammad ibn al-Haŷŷ, aan het hoofd van het stadsbestuur plaatste. In 1115 werd hij opgevolgd door Ibn Tifilwit, die de grote filosoof Avempace tot vizier benoemde.

Paleis van de Aljafería, uit de 11e eeuw. Gerestaureerd in de 20e eeuw.

Met de hulp van zijn Occitaanse bondgenoten en Frankische kruisvaarders, en zijn leger van Aragonezen, kon Alfonso I ‘el Batallador’ in 1118 Saragossa heroveren, dat al snel de hoofdstad van het Koninkrijk Aragón zou worden, en de plaats waar de koningen van de Kroon van Aragón werden gekroond. De moslimbevolking moest buiten de stadsmuren verhuizen, waar zij de nieuwe Moorse wijk stichtten, terwijl het stadscentrum opnieuw werd bevolkt door Franken en in leen werd gegeven aan Gaston IV van Bearne.

Vanaf het einde van de 13e eeuw was het het centrum van de Aragonese Unie (een vereniging van edelen om de koninklijke macht te beperken en hun eigen privileges te behouden), totdat het in 1384 werd verslagen door Pedro IV ‘el Ceremonioso’. Door de dynastieke vereniging van de Kroon van Castilla en de Kroon van Aragón werd het een andere stad van de Habsburgse monarchie. De instelling van de inquisitie was de oorzaak van grote opstanden en de moord op de inquisiteur Pedro Arbués in 1485. In de 15e eeuw werden de buitenwijken, de labradores de San Pablo (boeren van San Pablo) en de pescadores de las Tenerías (vissers van Las Tenerías) opgenomen in de stad. Tijdens het bewind van Fernando ‘el Católico’ werd de universiteit gesticht en de Lonja gebouwd. Door de verdrijving van de Joden in 1492 en van de Moren in 1609 stagneerde de groei, maar desondanks bleef het een belangrijke stad (met 25.000 inwoners in 1548).

Vroegmoderne tijd

Zicht over Zaragoza in 1647, door Juan Bautista Martínez del Mazo.

Het was het toneel van rellen als gevolg van de gevangenneming van Antonio Pérez, secretaris van Felipe II, die, vervolgd op bevel van de koning, in 1591 gebruik maakte van de bescherming van de Aragonese Fueros. De onlusten eindigden met de executie van de Justicia Juan de Lanuza en de invoering van enkele beperkingen op hun privileges. Tijdens de Successieoorlog verklaarde de stad, ter verdediging van de vrijheden en soevereiniteit van Aragón, haar instellingen en het Aragonese recht, zich aanhanger van aartshertog Carlos de Austria (Karel van Oostenrijk). In de roerige jaren 1640 verloor de Spaanse kroon gebied aan een alliantie van het opstandige Cataluña en Frankrijk. Het hof vestigde zich lange perioden in Zaragoza om de loyaliteit van de stad te verzekeren en van daaruit leiding te geven aan de oorlog. Kroonprins Balthasar Karel overleed er in 1646 in verdachte omstandigheden. Het volgende jaar werden 300 Waalse soldaten ingekwartierd in de stad om onder Felipe de Silva deel te nemen aan de herovering van Monzón. Toen hun soldij geruime tijd uitbleef, begonnen ze op Hemelvaartsdag te plunderen, waarbij ze een aantal Aragonezen doodden. De Zaragonezen sloegen terug en namen de wapens op tegen de Walen, die vergeefs asiel zochten in kerken en kloosters. Enkel in de Aljafería waren ze veilig. Op het einde van de dag waren er een tachtigtal Waalse elitesoldaten gedood.

Bij de verovering door de Bourbon-troepen verloor de stad de autonomie die zij tot dan toe (1707) had genoten, en die zij pas in 1710 kortstondig terugkregen, tot hun fueros bij de Decreten van de Nueva Planta (1707 – 1716) voorgoed werden ingetrokken, zodat de stad ophield de zetel te zijn van belangrijke instellingen van het Koninkrijk Aragón.

In de 18e eeuw groeide de bevolking van 30.000 in 1725 tot 43.000 in 1787. Een met Madrid vergelijkbare Esquilache-muiterij (motín de Esquilache) vond plaats in 1760, en in 1776 werd de Sociedad Económica de Amigos del País opgericht.

Zicht over Saragossa, door Anton van den Wyngaerde (1563).

Moderne tijd

Aanval door Franse troepen op het klooster van Santa Engracia op 8 februari 1809 tijdens de Onafhankelijkheidsoorlog, een werk van Louis-François Lejeune geschilderd in 1827.

Tijdens de Spaanse Onafhankelijkheidsoorlog (1808-1814) verzette Zaragoza zich tegen de gevechten met de Franse troepen. In de oorlog tegen Napoleon werd het in heel Europa beroemd om zijn belegeringen, als symbool van verzet tegen Napoleon. Bij het eerste beleg (juni-augustus 1808) moest generaal Verdier afzien van de inname. Bij het tweede beleg (eind december 1808-21 januari 1809) capituleerde het na een reeks uiterst gewelddadige gevechten, waarbij de bevolking heldhaftig samenwerkte met de troepen van de verdedigers, onder José de Palafox, die zich met 30.000 man had ingesloten. Moncey en vervolgens Lannes leidden het tweede beleg. Geschat wordt dat 8.000 Fransen en 40.000 verdedigers stierven, omdat een tyfusepidemie zich in de stad verspreidde.

Tijdens de Carlistische oorlogen probeerde de Carlistische generaal Juan Cabañero in de vroege uren van 5 maart 1838 de stad te bezetten, maar werd door het garnizoen afgeslagen. Op 2 januari 1854 vond er een poging tot een militaire opstand plaats maar deze werd verijdeld.

De cholera van 1885 eiste veel slachtoffers. Toch had de stad in 1900 ongeveer 100.000 inwoners. In de 19e eeuw vonden ook de eerste grote transformaties plaats die de stad vandaag de dag vormgeven: de ligging van het station (Estación del Norte), waardoor een woon- en industriecentrum ontstond, en de geleidelijke aanleg van de Paseo de la Independencia (begonnen in 1815), met zijn portieken, waardoor een as ontstond die van de Coso naar de Huerta de Santa Engracia liep en de groei articuleerde naar wat de verbreding van het begin van de 20e eeuw zou worden, met de Gran Vía en de Paseo de Sagasta als belangrijkste straten. Aan het eind van de 19e eeuw werd het het middelpunt van een sterke plattelandsimmigratie die werd aangetrokken door de recente industrialisatie van de stad.

Na 1898 begon men de rietsuiker uit de verloren koloniën te vervangen door bietsuiker, wat in Zaragoza leidde tot een bloei van de suikerindustrie en de opkomst van een bourgeoisie die de vernieuwingsgezinde bewegingen van de Liga Nacional de Productores (1899) en de Unión Nacional (1900) van Joaquín Costa en Basilio Paraíso aanmoedigde. De kapitaalopbouw als gevolg van de sterk gestegen winsten gaf aanleiding tot de oprichting van verschillende regionale financiële instellingen, zoals de Banco Zaragozano en de Banco de Aragón. Er was sprake van plattelandsimmigratie, de opkomst van een proletariaat en de groei van de stad. De economische expansie bracht perioden van hongersnood en inflatie met zich mee en lokte de daaruit voortvloeiende eisen van de arbeiders uit. Deze werden genegeerd door een onbuigzame lokale bourgeoisie die vertrouwde op gewelddadige onderdrukking door de ordestrijdkrachten. Dit alles leidde tot het falen van het arbeidershervormingsbeleid en de aanhoudende groei van het aantal leden van de Nationale Arbeidersbonden. Tijdens de eerste decennia van de 20e eeuw was Zaragoza, na Barcelona, de belangrijkste stad in Spanje voor de Cenetisten (Vakbondsleden).

Aan het begin van de Spaanse Burgeroorlog, op 19 juli 1936, namen de rebellen, onder leiding van generaal Miguel Cabanellas, de stad gemakkelijk in handen. In 1937 lanceerden de Republikeinen het Zaragoza-offensief om te proberen de stad weer onder controle te krijgen, zonder succes.

Tijdens de dictatuur werd de Algemene Militaire Academie, die in 1931 was gesloten en tijdens de oorlog was omgebouwd tot een Francoistisch concentratiekamp, heropend en werd de Confederación Hidrográfica del Ebro (Hydrografische Confederatie van de Ebro) geïnstalleerd. Na verschillende stedenbouwkundige plannen die de 19e-eeuwse indeling aanvulden, was er in de laatste dertig jaar van de eeuw een enorme groei van het stedelijk gebied met het overwinnen van de natuurlijke barrière gevormd door de Ebro, wat leidde tot de bouw van dichtbevolkte nieuwe wijken. Vanaf de tweede helft van de 19e eeuw tot op heden is Zaragoza blijven bloeien en is momenteel de vijfde stad van Spanje in demografisch opzicht.

Demografie


Sinds de stichting van Caesaraugusta als Romeinse kolonie wonen er ongeveer 20.000 mensen. Tijdens de Visigotische periode nam de bevolking iets af, hoewel het zijn kracht als belangrijke stad in het noorden van het schiereiland behield.

De komst van de moslims op het schiereiland en de oprichting van de Marca Superior en de daaropvolgende Taifa van Saragossa maakten Saraqusta tot een van de belangrijkste hoofdsteden van de eerste Taifa-koninkrijken. In zijn periode van maximale pracht en praal (rond 1080), als centrum van een fundamenteel stedelijk islamitisch koninkrijk, beheerste het een groot deel van het schiereiland Levante, inclusief de kust van Tortosa en Denia. In die tijd had Saragossa misschien 25.000 inwoners, en zelfs de meest optimistische schattingen schatten de bevolking van de stad op ongeveer 50.000.

Het is moeilijk om een precieze schatting te maken van de variaties die zich tijdens de middeleeuwse christelijke periode hebben voorgedaan. Na de herovering door Alfonso I van Aragón in 1118 werd de islamitische bevolking gedwongen in de buitenwijken te gaan wonen, waarbij de oude medina (stad die tijdens de moslim periode in Spanje bewoond door moslims) werd overgelaten aan de nieuwe kolonisten. Een deel van de bevolking, vooral degenen die tot de hogere sociale lagen behoorden, vertrok naar al-Ándalus. Het is bekend dat de 12e eeuw een crisisperiode was, die, samen met de eerder genoemde emigratie, een aanzienlijke daling van de bevolking kan hebben veroorzaakt, ondanks de wettelijke privileges die de Aragonese koningen trachtten in te voeren om de vestiging in de hoofdstad van het koninkrijk aan te moedigen. Hoe dan ook, aan het einde van de 15e eeuw had Saragossa, met ongeveer 20.000 inwoners, het inwonertal terug dat het op zijn hoogtepunt tijdens het taifa koninkrijk had.

In de eerste helft van de 16e eeuw vond er een burgerlijke renaissance plaats, met de bouw van La Lonja en de aanwezigheid van een stadslandschap dat werd gedomineerd door talrijke torens in Mudejar-stijl, wat Zaragoza de bijnaam “de stad van de honderd torens” of het “Spaanse Florence” opleverde. De stad had toen in 1548 zo’n 25.000 inwoners. In de 17e eeuw, een periode van demografische crisis in Spanje in het algemeen en in Aragón in het bijzonder, waar plagen, hongersnood en economische crisis nog werden verergerd door de definitieve verdrijving van de Moren in 1609, moeten er geen significante wijzigingen in de demografie hebben plaatsgevonden.

Anderzijds kende de bevolking in de 18e eeuw (de eeuw waarin de eerste schattingen van de demografische tellingen beginnen) een aanzienlijke groei, van ongeveer 30.000 inwoners in 1725 tot 43.000 in 1787.

Maar de Onafhankelijkheidsoorlog en de twee belegeringen door de troepen van Napoleon verwoestten Zaragoza, dat van 55.000 inwoners in 1808 terugviel tot 12.000 overlevenden. De dynamiek van de hoofdstad van de middelste Ebro-vallei zorgde er desondanks voor dat zij zich kon herstellen en in 1850 al 60.000 inwoners telde. Deze demografische stijging zette zich met name voort in de tweede helft van de 19e eeuw, toen hij werd begunstigd door de industriële activiteiten (vooral bietsuikerfabrieken en de levensmiddelenindustrie) en commerciële activiteiten, waardoor de bevolking aan het begin van de 20e eeuw meer dan 100.000 inwoners telde.

Stadhuis van Zaragoza, gebouwd in het midden van de 20e eeuw, aan de Plaza del Pilar.

Tussen de volkstelling van 1887 en de vorige groeide het gemeentelijk gebied omdat Alfocea, Casetas, Juslibol en Monzalbarba erin werden opgenomen. Tussen de volkstelling van 1900 en de vorige werd Peñaflor toegevoegd, en tussen de volkstelling van 1920 en de vorige werd Villamayor toegevoegd.

Aan het begin van de Tweede Republiek had de stad meer dan 200.000 inwoners en in 1960 waren dat er 300.000. Maar de echte demografische boom vond plaats tussen 1960 en 1980, een interval van twintig jaar waarin Zaragoza zijn bevolking bijna verdubbelde, met meer dan een half miljoen zielen in het midden van de jaren ’80 en 600.000 aan het eind van de jaren ’80. In het eerste decennium van de 21e eeuw bleef het groeien, mede door zijn status als magneet voor de Aragonese bevolking, die uit de landelijke gebieden van de regio emigreert, en volgens de gemeentetelling van 2018 telde het 697.895 inwoners.

Bij de volkstelling van 1960 werd Torrecilla de Valmadrid opgenomen in het gemeentelijke district. Tussen de volkstelling van 2011 en de vorige is het gemeentelijk gebied afgenomen omdat Villamayor de Gállego in 2006 werd afgesplitst.

Immigratie

In 2013 woonden 107.864 buitenlanders in Zaragoza, 15% van het totaal. Tussen 2004 en 2013 steeg dit cijfer van 43.355 naar 107.864, een stijging van bijna 150%. De wijken met de grootste buitenlandse bevolking waren Delicias (25.428 inwoners, 23% van het totaal van de wijk) en Casco Histórico (11.881, 25%).

Historisch en artistiek erfgoed


Zaragoza is een tweeduizend jaar oude stad waar vrijwel alle beschavingen die het Iberisch schiereiland hebben aangedaan, niet alleen beheerst hebben, maar ook monumenten en andere overblijfselen hebben achtergelaten.  Dit is zeker opvallend gezien de verwoestende gevolgen die de belegeringen tijdens de Onafhankelijkheidsoorlog voor het architectonisch erfgoed hebben gehad.

De drie belangrijkste bezienswaardigheden zijn:

Op de voorgrond de Ebro met daar achter de basiliek van Nuestra Señora del Pilar tijdens een mooie zonsondergang.

De Kathedraal-Basiliek van Nuestra Señora de El Pilar is de grootste barokke tempel van Spanje. Het bevat opmerkelijke kunstwerken zoals het altaarstuk van het hoofdaltaar van Damián Forment, het 16e-eeuwse koorgestoelte en de Santa Capilla, het werk van de architect Ventura Rodríguez uit 1750. Het herbergt ook fresco’s van onder andere Goya en Francisco Bayeu.

Plaza de las catedrales, met links de Lonja en op de achtergrond La Seo.

De kathedraal del Salvador (La Seo), onlangs gerestaureerd. Deze kathedraal bevat een mengeling van stijlen – Romaans, Gotisch, Mudejar en Barok – en is gebouwd op de resten van de moskee uit de moslimperiode, en die weer, op zijn beurt, op een Romeinse tempel. De buitenkant valt op door de koepel, de apsis, de Mudejar-muur, door Unesco uitgeroepen tot werelderfgoed als onderdeel van de Mudejar-architectuur van Aragón, en de baroktoren. Het interieur bevat een groot aantal kunstwerken zoals het gotische altaarstuk van het hoofdaltaar, het orgel, het koor, de renaissance- en barokkapellen en het Tapijtmuseum.

Het Palacio de la Aljafería (Aljafería-paleis) is een Arabisch bouwwerk dat in de 11e eeuw het paleis was van koning Al-Muqtadir van de Taifa van Saraqusta. Het werd ook gebruikt door sommige koningen van Aragon, zoals Pedro IV ‘el Ceremonioso en Fernando el Católico, onder andere. Het werd later gebruikt als de zetel van de inquisitie en is nu de zetel van de Cortes de Aragón (rechtbank van Aragón). Tot de hoogtepunten behoren de binnenplaats omgeven door hoefijzerbogen verweven met pleisterwerk, de mihrab, en de bovenverdieping (in renaissancestijl) en de grote trap die naar de ingang en de troonzaal leidt.

Palacio de la Aljafería, 11e eeuw. Halfronde torens herbouwd in de 20e eeuw.

Hedendaagse architectuur

Binnen de architectuur van de stad aan het eind van de 20e eeuw en het begin van de 21e eeuw vernoemen we hier de meest belangrijke:

      • Het Auditorium van Zaragoza.
      • Het intermodale station Zaragoza-Delicias.
      • Het hoofdkwartier van de Confederación Regional de Empresarios de Aragón (CREA), het voormalige Aragón Paviljoen van de Wereldtentoonstelling van Sevilla.
      • Caixa Forum, Zaragoza.

        Puerta Cinegia, een commerciële en residentiële ruimte die El Tubo (smalle straatjes, uitgaanscentrum) in Zaragoza harmonieus afsluit.
      • Het World Trade Center Zaragoza, een bedrijvencomplex in de wijk Actur in Zaragoza, een van de hoogste gebouwen van de stad.
      • Aragonia, een door Rafael Moneo ontworpen bedrijfs-, handels-, woon- en recreatiecomplex.
      • Het Pabellón Digital del Agua (Digitale Waterpaviljoen), een constructie die deel uitmaakt van het project dat bekend staat als de Digitale Mijl en waaraan het MIT deelneemt.
      • De Azud de Vadorrey (stuw van Vadorrey), die navigatie op de Ebro mogelijk maakt.
      • De nieuwe terminal van de luchthaven van Zaragoza geopend in 2008.
      • Het gebouw CaixaForum Zaragoza, een culturele ruimte met zalen voor tijdelijke tentoonstellingen.

Daarnaast werden verschillende infrastructuren gebouwd voor de internationale tentoonstelling van 2008, waaronder het Pabellón de España, het Pabellon Puente, de Torre del Aqua, het Palacio de Congresos de Zaragoza, het Pabellón de Aragón, de Puente del Tercer Milenio en de Pasarela del Voluntariado.

Andere hoogtepunten zijn:

De meest emblematische en populaire straten en pleinen zoals het:

      • Plaza del Pilar, dat wordt omgeven door onder andere basiliek del Pilar, La Seo, het stadhuis en de Lonja.
      • Het Paseo Independencia, Plaza de España en Plaza de Aragón, dat wordt beschouwd als het centrum van Zaragoza.
      • Calle Alfonso I, dat rechtstreeks naar de Basilica del Pilar leidt.
      • Plaza de San Bruno. Op dit plein zijn er openluchtmarkten zoals de middeleeuwse markt, de antiekmarkt of de ambachtelijke levensmiddelenmarkt, die elke zondag wordt gehouden.
Parque Labordeta.

Cultuur


De Universiteit van Zaragoza, is sinds 1583 actief, na goedkeuring door Carlos I in 1542 en door de paus in 1554. Haar oorsprong ligt in de “Estudio General de Artes” die in 1474 werd opgericht op de plaats van een eerdere school. Zij is momenteel verdeeld over verschillende campussen, waarvan twee in de stad (Campus de San Francisco en Campus Río Ebro).

Musea

Zaragoza heeft een gevarieerd netwerk van musea en tentoonstellingszalen.

      • Centro de Historia: Presenteert de verschillende opeenvolgende historische fasen van de stad Zaragoza. Op de bovenste verdieping van het centrum bevindt zich het Origamischool-Museum van Zaragoza, waar werken worden tentoongesteld die met behulp van origami zijn gemaakt.
      • Er zijn vier musea die de overblijfselen van de stedelijke ruimten van het Romeinse Caesaraugusta, het Romeinse theater, het forum, de baden en de haven, herbergen en hun evolutie, gebruik en belang in het leven van de stad uitleggen. Dit zijn het Museo del Teatro de Caesaraugusta, het Museo del Foro de Caesaraugusta, het Museo de las Termas Públicas de Caesaraugusta en het Museo del Puerto Fluvial de Caesaraugusta.
      • Museo de Zaragoza: De werken bevinden zich verspreid over verschillende gebouwen. Het belangrijkste is het gebouw dat Ricardo Magdalena bouwde voor de Spaans-Franse tentoonstelling van 1908 op het Plaza de los Sitios en is verdeeld in een afdeling archeologie en een afdeling schone kunsten. Andere museumcollecties behoren tot de afdeling Etnologie, gevestigd in de reproductie van een Ansotan huis, waar alledaagse voorwerpen en kleding van de Aragonese samenleving uit de 19e eeuw worden tentoongesteld. Naast dit laatste staat het Albarracín huis, waar de afdeling Keramiek is gevestigd.
      • Alma Mater Museum (MUDIZ): Dit museum beslaat een deel van het Aartsbisschoppelijk Paleis. Het presenteert de geschiedenis van het aartsbisdom Zaragoza en stelt kunstwerken tentoon die daarmee verband houden.
      • Museo de Tapices de La Seo: Dit bevindt zich in de kathedraal van El Salvador en heeft een uitzonderlijke collectie wandtapijten uit de 15e-18e eeuw, die wordt beschouwd als een van de beste collecties in Europa. Belangrijke werken uit de schatkamer van de kathedraal worden ook tentoongesteld.
      • Museo Goya: Toont de door José Camón Aznar samengestelde schilderijencollectie, die werken van de 15e tot de 20e eeuw en ook tekeningen omvat. Het heeft ook de complete collectie gravures van Goya. De kelder herbergt enkele monumentale overblijfselen uit de Romeinse tijd.
      • Museo de la Torre Nueva: Is gewijd aan de herinnering aan de Nieuwe Toren (Torre Nueva), afgebroken in de 19e eeuw. Het is gevestigd in het Casa Montal, een paleis uit de Renaissance.
      • Museo Pilarista: Is gevestigd in de Basílica del Pilar, stelt kunstwerken tentoon die verband houden met de devotie van de Maagd van Pilar.
      • Museo del Fuego y de los Bomberos: Is gevestigd in het voormalige klooster van Mínimos de la Victoria. Hier worden de middelen die de brandweerlieden in Zaragoza in de loop van de geschiedenis hebben gebruikt, tentoongesteld.
      • Museo de La Zaragozana: Gelegen op het terrein van deze voormalige brouwerij. Hier ziet u het hele brouwproces en de geschiedenis van de brouwerij.
      • Museo Pablo Gargallo: Gevestigd in een renaissancegebouw, toont een collectie werken van de beeldhouwer Pablo Gargallo.
      • Museo Pablo Serrano: Bevat werken geschonken door de beeldhouwer Pablo Serrano, oprichter van de El Paso Groep en winnaar van de Prins van Asturië Prijs voor de Kunst in 1982.
      • Museo de la Academia General Militar: Toont een collectie voorwerpen die verband houden met het leger en de geschiedenis van de Academie.
      • Museo de Ciencias Naturales de la Universidad de Zaragoza: Bevindt zich in het Paraninfo en bevat de collecties van het Paleontologisch Museum en brengt tevens de collectie Longinos Navás samen.
Romeins theater van Ceasaraugusta.
Museo Pablo Gargallo.
Provinciaal museum, Zaragoza.
Casa de los Pardo-Museo Camon Aznar.
Museo de Ciencias Naturales de la Universidad de Zaragoza.

Kunstenaars

Francisco de Goya door Vicente López.

De grote figuur van de plastische kunst is Francisco de Goya, wiens bereik universeel is. In Zaragoza zijn werken van hem te vinden in de Basílica del Pilar, de Cartuja del Aula Dei, het Museum van Zaragoza, het Camón Aznar Museum en het Diocesaan Museum, alsmede in particuliere collecties.

Sinds de gotische meester Blasco de Grañén is er echter geen gebrek aan grote kunstenaars.

In de 16e eeuw introduceerden schilders als Jerónimo Cósida, Pedro Morone, Roland de Mois en Francisco Lupicini de renaissancestijl in de stad. Hun invloed zou in de volgende eeuw een belangrijke school van barokschilderkunst verstevigen met kunstenaars als Jerónimo de Mora, Miguel Jerónimo Lorieri, Pablo Rabiella y Díez de Aux, Juan de Orcoyen, Francisco del Plano, Rafael Pertús en vooral de in Ejea geboren Vicente Berdusán en de verhandelingenschrijver en schilder Jusepe Martínez.

Zelfportret van Francisco Pradilla.

José Luzán, Goya’s eerste leraar, dateert uit de 18e eeuw, maar de beroemdste van allemaal, naast de schilder uit Fuendetodos, was zijn zwager Francisco Bayeu, het hoofd van een sage die ook zijn broers Manuel Bayeu en Ramón Bayeu omvatte.

In de 19e eeuw ontstonden opnieuw grote figuren als Bernardino Montañés, Marcelino de Unceta, Mariano Barbasán en vooral Francisco Pradilla, geboren in Villanueva de Gállego, op dertien kilometer van de hoofdstad.

In de 20e eeuw valt het informele werk op van Manuel Viola, die deel uitmaakte van de invloedrijke groep “El Paso”, en dat van Ruizanglada, Santiago Lagunas, José Manuel Broto Gimeno, Francisco Marín Bagüés en Fermín Aguayo. Pepe Cerdá, Ángel, Vicente Pascual Rodrigo, Fernando Sinaga, Requena Nozal, Lina Vila, Jorge Gay en Dino Valls zijn kunstenaars die hun stempel drukken op de 21e eeuw.

In de beeldhouwkunst moeten Gil Morlanes “el Joven”, die de renaissancegevel van de kerk van Santa Engracia, die door zijn vader werd gebouwd, Jerónimo Secano in de barokperiode en Ponciano Ponzano in de 19e eeuw worden genoemd. Uit de vorige eeuw vallen Félix Burriel en Carlos Palao op, die directeur was van de Academie voor Schone Kunsten.

Feesten

Fruitoffer tijdens het Fiesta del Pilar.

Fiestas del Pilar: zijn de belangrijkste en bekendste festiviteiten in de stad. De 12e oktober, de dag van Onze Lieve Vrouw van de Pilar, is de grote dag van de festiviteiten en valt samen met de Spaanse Nationale Dag, ook bekend als het Fiesta de la Hispanidad. De straten van de stad zijn ook zeer levendig, met de “rondas joteras”, straatoptochten en de “comparsa de gigantes y cabezudos” (een groep reuzen en groothoofden).

San Valero de Zaragoza: 29 januari is de feestdag van de beschermheilige van Zaragoza. De roscones zijn een traditionele traktatie.

La Cincomarzada: Het wordt gehouden op 5 maart en herdenkt een overwinning van de bevolking van Zaragoza in de eerste Carlistenoorlog.

Passage van het Heilig Avondmaal tijdens de Semana Santa (Goede Week).

Semana Santa: Het is uitgeroepen tot Fiesta de Interés Turístico Internacional (Festival van Internationaal Toeristisch Belang). Het is een feest waarbij de in de stad aanwezige broederschappen meer dan vijftig processies uitvoeren. Slagwerk met trommels, pauken en basdrums is het belangrijkste kenmerk van de processies, na de invoering ervan in 1940 door de Broederschap van de Zeven Woorden en de Broederschap van Sint Jan de Evangelist.

San Jorge: 23 april is de feestdag van de beschermheilige van Aragón. Op deze feestdag is het de stad Zaragoza die de meeste vieringen van de gemeenschap centraliseert. Het is de dag van Aragón sinds 1461.

San Juan: De zomerzonnewende vindt plaats op 24 juni; het is de langste dag van het jaar, een dag waarop de Noche de San Juan (23-24) wordt gevierd. Het is een festival waarbij vreugdevuren worden aangestoken om de kracht van de zon te symboliseren en haar te helpen haar energie te vernieuwen.

Fiestas de los barrios: Het hele jaar door, en meer bepaald in de lente- en zomermaanden, vieren de verschillende wijken van Zaragoza hun feesten.

Geografie


Zaragoza ligt in het midden van de Ebro-vallei, daar waar de rivieren Huerva en Gállego uitmonden in deze rivier de Ebro.

De basiliek Pilar en de stenen brug over de Ebro in Zaragoza, circa 1865.

De rivieroever en het stedelijk gebied is over het algemeen vlak, vooral het noordelijk deel van de stad, de rechteroever van de monding van de rivier de Gállego. Het zuidelijk deel van de stad loopt steiler af naarmate het zich verwijdert van de Ebro. De hoogte van de Ebro zoals die door Zaragoza stroomt is 199 m boven de zeespiegel, hoewel een groot deel van de stad meer dan 210 m boven de zeespiegel ligt en de zuidelijke wijken, zoals Torrero en La Paz, meer dan 250 m boven de zeespiegel liggen. De rivieroever wordt omringd door steile hellingen, cornisas³ en geulen, waardoor een abrupt reliëf ontstaat, soms met steile hellingen. In tegenstelling tot het grootstedelijk gebied zijn binnen de gemeente de Plana de Muses, een zuidelijk segment van de Montes de Castejón op 730 meter hoogte, en de Planas de María op 600 meter hoogte het resultaat van de hardheid van hun geologische materialen voor erosie.

De afzettingsmaterialen in de stad en haar omgeving zijn voorkomen zijn voornamelijk grind, zand en klei afkomstig van de sedimentatie van de Ebro tijdens het Kwartair, die in meters dikke, door waterstromen gevormde terrassen liggen op de gips- en slibeenheden die tijdens het Neogeen en Paleogeen (het vroegere Tertiair) zijn afgezet. Deze materialen worden beschouwd als evaporieten, aangezien zij zijn gevormd door de verdamping van water in uitgestrekte lagunes in een endorheïsche depressie die de Pyreneeën, het Iberisch gebergte, en het Catalaanse kustgebergte afbakende. Dit endorfe gebied werd geopend naar de Middellandse Zee door de terugschrijnende erosie van een of meer ravijnen, kloven, voorlopers van de huidige Ebro-rivier. 

Het zoute karakter van de evaporieten, in combinatie met weinig neerslag en een hoge verdampingscoëfficiënt, hebben de ontwikkeling van een unieke steppevegetatie in de omgeving van Zaragoza bevorderd. Dit is op Europees niveau gezien een botanische en landschappelijke zeldzaamheid. Het contrast tussen dit landschap en de uitbundige vegetatie van de rivierbosjes is een van de attracties van de kano-afdalingen die stroomopwaarts en stroomafwaarts van de stad kunnen worden gemaakt.

Het klimaat

De winters zijn, voor Spaanse begrippen, tamelijk koud.  De gemiddelde minimumtemperatuur ligt zo rond 2 °C, waarbij nachtvorst normaal is (gemiddeld 23 dagen vorst per jaar). De gemiddelde maximumtemperatuur ligt meestal rond de 10 °C. Hoewel, in de maanden december en januari, kunnen de temperaturen in het algemeen nog wel wat dalen zeker in de wat hoger gelegen gebieden rond Zaragoza. Dan hebben we het over temperaturen van zo’n -3 °C. voor een rechtgeaarde Belg of Hollander stelt dat natuurlijk niks voor. De zomers zijn warm, met maxima die vaak boven de 30 °C liggen, op sommige dagen zelfs boven de 35 °C en af en toe iets boven de grens van 40 graden. De gemiddelde minimumtemperatuur, vanwege het continentale karakter van Zaragoza, kan soms tot net iets onder de 20 graden liggen.

De schaarse regenval is geconcentreerd in de lente, en in mindere mate in de herfst, met ongeveer 6 of 7 dagen regen per maand; er zijn vrijwel elke zomer periodes van droogte, met gemiddeld slechts 1 tot 2 dagen regen per maand, hoewel er in de zomer soms zware stormen kunnen voorkomen, die de droogte wat doen afnemen. In de winter is de neerslag ook vrij schaars, gemiddeld zo’n 4 dagen regen per maand. Dat betekent ook dat het, ondanks de lage temperaturen, nauwelijks sneeuwt, ongeveer twee dagen per winter, en dat er sneeuw van enige betekenis valt gebeurt ongeveer eens in de drie jaar. De gemiddelde jaarlijkse neerslag is vrij laag, ongeveer 315 mm (het jaarlijks gemiddelde in Nederland is 870 mm), voornamelijk als gevolg van het foehn-effect.

Natuurlijke omgevingen

De meest natuurlijke omgeving van Zaragoza is de rivier Ebro met zijn in de stad uitmonden zijrivieren de Gállego en de Huerva. Op hun oevers zijn verschillende ecosystemen te vinden, zoals bossen langs de rivier of kreupelhout. In dit verband vallen de galachos op die, voor deze streek unieke, natuurlijke ruimten vormen: de galacho van La Alfranca en de galacho van La Cartuja vormen samen met de galacho van El Burgo de Ebro het Reserva natural dirigida de los Sotos y Galachos del Ebro. Een ander beschermd gebied is de Galacho de Juslibol. De Groene Gordel van Zaragoza is een natuurlijke route van ongeveer 60 km lang die verschillende natuurgebieden, parken en stadswandelingen met elkaar verbindt. Het is verdeeld in de Anillo Verde Norte, die langs de Ebro en de Gállego loopt, en de Anillo Verde Sur (de zuidelijke groene goredel), die langs de corridor langs het Canal Imperial van Aragón en ook langs de Ebro loopt. Een andere natuurlijkgebied is de Vedado de Peñaflor.

Vóór 2008 had Zaragoza elf grote stadsparken van elk meer dan 10 hectare, waaronder het Parque Grande José Antonio Labordeta, Parque del Tío Jorge en het Parque del Oeste de Zaragoza. Tijdens de bouw van het EXPO 2008 zijn de groene zones van de stad aanzienlijk uitgebreid. Met name werd een deel van de meandro de Ranillas (Ranillas meander) hersteld om het Parque Metropolitano de Aqua (Metropolitan Water Park) te creëren en werd een plan opgesteld om de oevers van de Ebro, Huerva en Gállego te herstellen.

Van de 204 boomsoorten in de straten van Zaragoza zijn de meest voorkomende: de plataan, de Aleppo-den, de liguster, de Prunus Cerasifera var. pissardii, de hemelboom, de robinia, de witte abeel en de groene trompetboom.

Gastronomie


De traditionele gastronomie van Zaragoza is natuurlijk verbonden aan de gastronomie van de streek, waarbij de vele tuinproducten uit de gebieden langs de oevers van de Ebro van fundamenteel belang zijn. Eén van die producten is bernagie (borroja in het Spaans) dat opvalt door zijn kwaliteit, maar ook distel (cardo), artisjok (alcachofa), kapucijners (bisalto), tomaat (tomate), snijbiet (acelga), bloemkool (coliflor), courgette (calabacin), prei (puerro), aardappel (patata), bindsla of Romeinse sla (lechuga romana), krulandijvie (escarola rizada), paprika (pimento), spinazie (espinaca), sperzieboon (judia verde), ui (cebolla) en knoflook (ajo). Sommige van deze en andere ingrediënten worden gebruikt om een grote verscheidenheid aan gerechten te maken, zoals de Aragonese salade (ensalada aragonesa of fritada). Peulvruchten zoals linzen (lentejas), kikkererwten (garbanzos) en de gewone boon (boliches)zijn de grondstof voor stoofschotels en éénpansgerechten.

Pollo a la chilindrón.

Maar ook veel de levensmiddelen uit andere delen van Aragón vinden hun weg naar Zaragoza, zoals zwarte olijven (olivas negras), amandelen (almendras), wijnen (vinos), truffels (trufas), olijfolie (aceite de oliva) en saffraan (azafrán). Wat vlees betreft, zijn er veel recepten met lamsvlees (cordero) of kip (pollo), maar ook met konijn (conejo) of wild, en niet te vergeten varkensvlees zoals ham (jamon), longaniza, paprikaworstje (chorizo) en bloedworst (morcilla). Er zijn ook verschillende stoofschotels waarin slakken (caracoles) het hoofdingrediënt zijn. Enkele van de traditionele recepten zijn migas (gebakken broodkruimels), magras con tomate (mager varkensvlees met tomaat), arroz a la zaragozana (rijst met tomaat), pollo a la chilindrón (kip in chilindrónsaus) en ternasco asado (gebraden lamsvlees). De meest gegeten vis is kabeljauw (bacalao), die door zijn veelzijdigheid het hoofdingrediënt is van vele gerechten.

Frutas de Aragón.

De belangrijkste vruchten zijn appels (manzanas), peren (peras), kersen (cerezas), pruimen (ciruelas), perziken (melocotones), abrikozen (alberges) en vijgen (higos). Wat banket en zoetigheden betreft, muffins (magdalenas), cakes (bizcochos), donuts (rosquillas), vruchten van Aragon (frutas de Aragón), rivierstenen (piedras de río), chocolade (chocolate) en roscón (ringvormig gebak) met San Valero (was een bisschop uit Zaragoza) en guirlaches met Kerstmis.

Het uitgaansleven

Zaragoza biedt een grote verscheidenheid aan vrijetijdsactiviteiten. Er is een overvloed aan tapasbars en terrassen, die vooral geconcentreerd zijn in verschillende gebieden in het historische centrum, het stadscentrum en de Universidad. In El Tubo vindt u populaire etablissementen en restaurants zoals Bal d’Onsera, die als eerste een Michelinster in de Aragonese hoofdstad verkreeg. En in El Tubo bevindt zich het zangcafé El Plata waar men het cabaret van Zaragoza in stand houdt.

Zicht op El Tubo.

Binnen de historische wijk is La Magdalena tegenwoordig de meest alternatieve en interculturele wijk van de stad. Hier vindt u Arabische theewinkels, bars met reggaemuziek, kunstgalerijen, alternatieve winkels, Aragonese taalscholen en sociale centra met een uitgebreid cultureel en muzikaal programma.


Naar boven

Verwant aan dit onderwerp:

This was one of the stories in the non-commercial website spaanseverhalen.com. The stories in this website are not static, the stories will be changed regularly, please look at this notice:

        • Last updated 2022-12-09

Coralma*

Sources and references:
The mostly foreign texts from wikipedia are available under the Creative Commons Attribution-Share Alike licence. I have translated, mixed, and often supplemented these texts with my own knowledge, and experience, gained during the time I live in Spain, and work on these articles.
Other source references may also be included, which may be things that I, while researching the articles, have read and incorporated into these texts

        • Spanish language Wikipedia|titel=Zaragoza|pagecode=147435720| date=20221205
        • Dutch language Wikipedia|titel=Zaragoza (stad)|pagecode=62503976| date=20221205
        • English language Wikipedia|titel=Zaragoza|pagecode=1125443577| date=20221205

These texts are available under the licence Creative Commons Naamsvermelding/Gelijk delen 3.0. CC BY-SA 3.0

Other references are:

        • Source reference: Website masspanje||https://www.masspanje.nl/zaragoza-stedenreizen-aragon

The photos/images are licensed under Wikimedia Creative Commons: CC0 1.0CC BY 1.0, CC BY-SA 1.0, CC BY 2.0, CC BY-SA 2.0, CC BY-NC-SA 2.0, CC BY 2.5, CC BY-SA 2.5, CC BY 3.0, CC BY-SA 3.0, CC BY 4.0, CC BY-SA 4.0, Free Art License 1.3 or Public Domain

If you click on one of the links below, you will find the full information of these photos/images, the author, or the licence.

Coralma*, is own work that can be found as a CC0 1.0 or CC BY-SA 4.0 file in Wikipedia Commons.


Plaats een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.

Eetsnob

eten met passie

Jan Woordenaar Bontje - CULTUUR

Aforismen, bontjes, columns, gedachten, gedichten, haibun, haiku, kyoka, literatuur, poëzie, proza, snelsonnetten, tanka.

De niet genomen weg

Fietsen, wandelen, reizen, foto's, gedachten en meer.

De niet genomen weg

Fietsen, wandelen, foto's, gedachten en meer.

MONTSE ANTARES BLOG CINEMA

BANDAS SONORAS.. SOUNDTRACKS.. Y MÁS