Salamanca (provincie)

Salamanca Provincie van de autonome gemeenschap Castilla y León

Gegevens
Hoofdstad Salamanca
Comunidad autónoma Castilla y León
Officiële taal
Andere talen
Castellano (Spaans)
Leonés en Portugees
Onderverdeling     11 comarcas
362 municipios (gem.)
      5 Rechtsgebieden
             (partidos judiciales)
Gesticht Territoriale indeling van 1833
Oppervlakte 12.349 km²
Hoogte
 Gemiddeld
  •
Maximaal
  •
Minmimaal
823 m.b.z.
Canchal de la Ceja 2428 m.b.z.
Río Duero 130 m.b.z.
Klimaat Continentaal mediterraan 
Bevolking (2022) Bevolking tot.
Bevolkingsdichtheid
326.506 inw.
26,43 inw/km²
Bevolkingsnaam salmantino, -a
charro, -a
Postcode 37
Kengetal (tel.) 0034 – 923
ISO 3166-2 ES-SA
Officiële website (niet beveiligd)

Salamanca is een Spaanse provincie, gelegen in het zuidwesten van de autonome gemeenschap Castilla y León, met als hoofdstad Salamanca. Het grenst in het noorden aan de provincie Zamora, in het noordoosten aan de provincie Valladolid, in het oosten aan de provincie Avila, in het zuiden aan de provincie Caceres en in het westen aan Portugal. Het heeft een oppervlakte van 12.349,06 km² en telde 331.473 inwoners in 2018.

Na de administratieve splitsing van 1833, uitgevoerd door Javier de Burgos, is het als zodanig gevormd en maakt het deel uit van de regio León, zij het zonder administratieve werking. Het is verdeeld in 11 comarcas en 362 gemeenten, waarmee het de tweede Spaanse provincie, na Burgos, is met zoveel gemeentes.

Symbolen


Het wapen

De Provinciale Staten van Salamanca heeft een wapen samengesteld dat als provinciaal kan worden beschouwd. Het hartschild bestaat uit de elementen van het schild van de stad Salamanca. Daaromheen zijn opgenomen de andere schilden van de gemeenten die hoofd zijn van de gerechtelijk arrondissementen (Béjar, Ciudad Rodrigo, Peñaranda en Vitigudino) van deze provincie. Het is voor Spanje vrij algemeen dat de schilden van de Spaanse provinciale raden (lees: Provinciale Staten) worden gevormd door de schilden van de gerechtelijke partijen van hun provincie.

Wapen van de provincie Salamanca: Schild gekwartierd; in het eerste kwartier van azuur, drie zuilen van de ruïnes van een Romeinse tempel van goud, wat het wapen van Ciudad Rodrigo is; in het tweede kwartier ook van azuur, vijf bijen van goud wat het wapen van Béjar is; in de derde van zilver, vijf torens van goud gemetseld sabel, afkomstig van Peñaranda de Bracamonte; en in de vierde, van zilver, een veer van gules en een zilveren zwaard van goud, bekroond door het Kruis van San Antón van azuur, afkomstig van Vitigudino. Het hartschild is van de stad Salamanca. Het wapen is bestempeld met een gesloten koninklijke kroon.De heraldische omschrijving van het wapen is als volgt:

      • Het schild is gekwartileerd. In het eerste kwartaal heeft een veld van azuur waarop drie kolommen van de ruïnes van een Romeinse tempel in goud zijn te zien, twee hoog geplaatst en de middelste laag. Dit is het schild van Ciudad Rodrigo. In het tweede kwartier, ook met een veld van azuur, vijf gouden bijen, schuin gevierendeeld geplaatst. Dit is het wapen van Béjar. Het derde, is van zilver met daarop vijf torens van goud, schuin gevierendeeld, het metselwerk is gemaakt van sabel. Het is afkomstig uit Peñaranda de Bracamonte. en het vierde kwartaal is een zilveren veld, met veer in keel, een zilveren zwaard met een gevest in goud geplaatst ook deze weer schuin geplaatst zodat het schil gevierendeeld wordt, bekroond door het azuur kruis van San Antón. Dit is het wapen van Vitigudino.
      • Daar bovenop het gedeelde wapenschild, van de stad Salamanca, met in het eerste kwartaal, van zilver, een stenen brug, daarop een passerende stier in sabel, en daarachter, een vijgenboom van sinopel, ontworteld. Ten tweede, een veld van goud met vier palen van keel; een schildzoom van azuur met acht zilveren kruisen; het hoofd in zilveren, met twee leeuwen, verguld, naturel, vanuit de flanken staan ze tegenover elkaar. Het schild van de stad Salamanca.
      • De koninklijke kroon is een cirkel van goud, bezet met edelstenen, samengesteld uit acht fleurons van acanthusbladeren, vijf zichtbaar, met parels tussengevoegd en uit wiens bladeren diademen van parels ontspringen, samenkomend in de wereldbol van azuur, met de semimeridiaan en de evenaar in goud, met een gouden kruis. De kroon is gevoerd met keel.

Er zijn enkele variaties aangebracht in de wapenschilden van de steden die er deel van uitmaken. Het wapen van Vitigudino bestaat uit een veld van keel met een veer die zilver is en niet keel zoals in dit wapenschild. Het wapen van de stad Salamanca weerspiegelt de wijziging in de volgorde van de stadsdelen die in 1996 is doorgevoerd.

De vlag

Vlag van de provincie Salamanca (Castilla y León, Spanje): karmozijnrood met in het midden het provinciewapen.De vlag bestaat uit een lichtpaars doek met het wapenschild van de Provinciale Raad.

Geografie

Locatie

De provincie Salamanca heeft een geografische oppervlakte van 12.349,06 km² en is daarmee de derde grootste provincie van Castilla y León, na de provincies León en Burgos, en de zestiende grootste van Spanje. Het grenst in het noorden aan de provincie Zamora, in het noordoosten aan de provincie Valladolid, in het oosten aan de provincie Avila, in het zuiden aan Extremadura en in het westen aan Portugal.

Noord-westen: Portugal Noord: Zamora Noord-oosten: Valladolid
West: Portugal Oost: Ávila
Zuid-westen: Portugal Zuid: Cáceres Zuid-oosten: Ávila

Het heeft een gemiddelde hoogte van 823 m.b.z. en de verschillen tussen sommige gebieden zijn groot. Het hoogste punt van de provincie ligt op 2428 m.b.z., dat is de top van Canchal de la Ceja, in de Sierra de Béjar. Het laagste punt ligt in de vallei van de rivier de Salto, 116 m s. n. m., Het is een gebied dat men in de Leonese taal een ‘arribes‘ noemt, gebruikt om het eigenaardige geografische kenmerken aan te geven die worden gevormd door de rivieren in het gebied tussen de Spaanse provincies Salamanca en Zamora en de Portugese districten Braganza en Guarda.

Hydrografie

De rivier Yeltes bij Villavieja de Yeltes.

Het hydrografisch netwerk van Salamanca wordt hoofdzakelijk gevormd door het stroomgebied van de Duero, die hier in het noordwesten de grens tussen Portugal en de provincie Salamanca aangeeft. De belangrijkste rivieren zijn de Tormes, de Águeda, de Huebra, de Yeltes en de Duero zelf. De zuidoostelijke rivieren behoren tot het stroomgebied van de Taag. Eveneens opvallend is de Alagón, waarvan de meeste zijrivieren vanaf de noordelijke hellingen van de Sierra de Francia-Quilamas en de Sierra de Béjar in uitmonden.

Het doorstroomsnelheid van verschillende waterlopen wordt geregeld door middel van stuwmeren, reservoirs en dammen. Salamanca is met meer dan 3400 hm³ de derde Spaanse provincie met de grootste waterreservoircapaciteit, alleen overtroffen door Badajoz en Cáceres. De Almendra-dam en het stuwmeer vallen op doordat het de hoogste dam en een van de grootste stuwmeren van Spanje zijn. Beide maken deel uit van de Saltos del Duero, een hydro-elektrisch complex van Zamorano-Salamanca dat op nationaal niveau van groot belang is. De andere dammen en stuwmeren in de provincie zijn die van Águeda, Aldeadávila, Irueña, Navamuño, Riolobos, San Fernando, Santa Teresa, Saucelle en Villagonzalo de Tormes.

Beschermde natuurgebieden

In de hele provincie zijn er vijf regionaal beschermde natuurgebieden. Het gaat om het natuurpark van Arribes del Duero, het natuurpark van Las Batuecas – Sierra de Francia, het beschermde natuurgebied van El Rebollar, de Sierra de Candelario en de Sierra de las Quilamas. In totaal beslaan zij een oppervlakte van 210.282 hectare. De Sierras de Francia en Béjar en de Meseta Ibérica (Iberische Hoogvlakte) zijn uitgeroepen tot biosfeerreservaat.

La Bañera de Río Frío. (vrij vertaald, het zwembad van de rivier Frío).

Er zijn ook tien speciale beschermingszones voor vogels (ZEPA Zona de Especial Protección para las Aves) en dertien gebieden van communautair belang (LIC Lugares de Importancia Comunitaria). Het gaat om de Arribes del Duero, een deel van de Campo de Argañán, een deel van de Campo de Azaba, de Campos de Alba, Candelario, Las Batuecas – Sierra de Francia, het beschermde natuurgebied van El Rebollar, de Sierra de las Quilamas, de oevers van de rivieren Huebra, Yeltes, Uces en zijrivieren, de oevers van de rivier Agadón, de oevers van de rivier Águeda, de oevers van de rivier Alagón en zijrivieren, de oevers van de rivier Tormes en zijrivieren, en de vallei van Cuerpo de Hombre.

Klimaat

De provincie heeft een continentaal mediterraan klimaat met een sterke Atlantische invloed. Het wordt gekenmerkt door koude en halfvochtige winters en hete en droge zomers.

De gemiddelde jaartemperatuur in de stad Salamanca ligt rond de 12°C. Het is een van de provinciehoofdsteden met de koudste minimumtemperaturen van Spanje in de winter.

De Aldeadá-dam, en dit is dus niet de hoogste dam.

In de Arribes heerst een mediterraan microklimaat waardoor de temperaturen warmer worden. Het wordt vooral gemotiveerd door de lagere ligging in het gebied. In het observatorium van Mieza (op 646 m boven de zeespiegel) wordt een gemiddelde jaartemperatuur van 12,2 °C geregistreerd, terwijl in de Aldeadávila-dam (op 220 m boven de zeespiegel) en bij de Saucelle-dam (op 116 m boven de zeespiegel) 15,5 °C en 17,1 °C wordt geregistreerd. Dit is vooral opvallend in vergelijking met de gegevens voor eender welke mediterrane stad, aangezien ze niet veel verschillen (Valencia registreert 16,9 ° C op een jaargemiddelde). Een van de warmste punten dus in de provincie.

Het gebied met de meeste neerslag in de provincie is het hoogland. De Sierras de Gata, Francia-Quilamas en Béjar verzamelen ongeveer 1000 mm neerslag per jaar en worden gerekend tot wat bekend staat als het natte Spanje. Het stadje Navasfrías, in El Rebollar (Sierra de Gata) valt vooral op als een regenachtige plaats. De regio van Vitigudino is ook vrij vochtig, met een gemiddelde jaarlijkse neerslag van 700 mm. Het minst regenachtige gebied daarentegen, met ongeveer 400 mm per jaar, is de streek van Las Villas en omgeving van Salamanca.

Geschiedenis


De oudheid

Muur van het Vetones castro (fort) van Las Merchanas, gelegen aan de oever van de rivier Camaces, in de gemeente Lumbrales, El Abadengo.

Verraco (stenen zwijn, deze is z’n kop kwijt) van Ledesma.

Op het grondgebied van de huidige Spaanse provincies Ávila en Salamanca, en in een deel van dat van Caceres, Toledo en Zamora, vestigden zich de Vetonen, een pre-Romeins volk van Keltische cultuur waarvan in de hele provincie talrijke archeologische overblijfselen te vinden zijn. Verscheidene plaatsen hebben een Vetón-oorsprong. waarvan enkele heel belangrijk, zoals in het geval voor Salamanca (Salmantica), Ledesma (Bletisama) en Ciudad Rodrigo (Augustobriga).

Vroeger lagen hun dorpen aan de oevers van rivieren en / of op heuvels. Salamanca en Ledesma kunnen worden geciteerd langs de loop van Tormes, Bermellar, El Castillo (Saldeana), Moncalvo (Hinojosa de Duero), Picón de la Mora (Picones) en Yecla la Vieja (Yecla) samen met Huebra, Ciudad Rodrigo, Irueña (Fuenteguinaldo) en Lerilla (Zamarra) en op een krib aan de oevers van Águeda en Las Merchanas (Lumbrales), in een meander van de Camaces.

Wat later de Via de la Plata (De weg van het Zilver of de Zilveren weg) van de Romeinen zou worden, moet een weg geweest zijn die vroeger door de Tartessiërs gebruikt werd, vanwege de tinhandel. Dit zou de nabijheid verklaren van het grote archeologische complex van El Berrueco, gelegen in de buurt van El Tejado en gebouwd als een akropolis.

Een van de meest opvallende erfenissen van de Vetons zijn de verracos (stenen zwijnen), sculpturen in de vorm van stieren of varkens die op verschillende plaatsen in de provincie te vinden zijn. Over hun functie is altijd veel gediscussieerd. Wat wel duidelijk is, is dat ze het belang van vee in deze cultuur aangeven.

Het gebied tussen La Armuña en de schiereilandvlakte van Salamanca vormde de grens tussen de Vetonen en de Vaccaei, het andere pre-Romeinse volk van de provincie. Het was gevestigd in een klein deel van de noordoostelijke sector. De stad Salamanca (Salmantica) werd gesticht door de Vetonen, maar toen zij in 220 v. C. door Hannibal werd aangevallen, blijkt zij te zijn geïdentificeerd als een Vacceense stad (Helmantica).

De Romeinse overheersing

Grafsteen van Balaesus Antuti F., uit Hinojosa de Duero.

Na de geleidelijke uitbreiding van de Romeinse heerschappij over het gehele Iberische schiereiland werd het grondgebied van de huidige provincie Salamanca opgenomen in het Romeinse Rijk binnen de provincie Lusitania, binnen het conventus iuridicus Emeritense. In deze periode viel het belang op van Salmantica, Bletisa en Miróbriga, de eerste gelegen aan de Vía de la Plata, de belangrijkste Romeinse verbindingsas die het Spaanse Westen doorkruiste. De Romeinse brug van Salamanca, de drie zuilen van Ciudad Rodrigo, de Puente Mocho van Ledesma, en de talrijke stèles en inscripties in de hele provincie getuigen van deze historische periode.

De goudmijnen van de Cavenes de El Cabaco en El Maíllo waren ook belangrijk.

De Middeleeuwen

Na de val van Rome vestigde de Alanen zich op het vroegere grondgebied van de Vetonen, waar zij de controle krijgen over het huidige Salamanca dat eigenlijk door de Visigoten bezet werd en bij wie de stad Salamanca reeds een bisschoppelijke zetel was.

De veroveringen van het Iberisch schiereiland door de moslims aan het begin van de 8e eeuw werd de Visigoten de controle over deze gebieden ontnomen. De laatste Gotische koning, Rodrigo, vocht zijn laatste veldslag op het grondgebied van de huidige provincie Salamanca, in Segoyuela de los Cornejos. Salamanca lag dus in het gebied dat bekend staat als “niemandsland”, een uitgestrekt geografisch gebied gelegen tussen het Sistema Central en het Cordillera Cantábrica (Cantabrische gebergte) dat in die tijd half bevolkt was.

12e eeuwse afbeelding van Fernando II de León die het bisdom van Ciudad Rodrigo in de tweede helft van de 12e eeuw stichtte.

Dit feit weerhield de christenen uit het noorden er niet van om invallen te doen in dit gebied, zoals die uitgevoerd door Alfonso I, Ordoño en Alfonso III van het koninkrijk Asturias. De christelijke herovering van Salamanca werd uitgesteld totdat Ramiro II de León, Abderramán III in 939 versloeg in de veldslagen van Simancas en Alhandega, waarna verschillende gebieden in het noorden van de provincie opnieuw werden bevolkt, zoals Salamanca, Ledesma of Guadramiro.

10e eeuwse afbeelding van Ramiro II de León die voor het eerst opdracht gaf voor een herbevolking van het noorden van de provincie in de 10e eeuw.

Na de eerste poging van Ramiro II om de rechteroever van de Tormes te herbevolken, die volgens Antonio Llorente van weinig belang moet zijn geweest, werd het gebied van de Salamancanen aan het einde van de 10e eeuw blootgesteld aan een reeks razzia’s, plunderingen door de islamitische troepen van Almanzor.

Het waren de daaropvolgende herbevolking, die kwamen van de hand van Alfonso VI en Fernando II de León, die de meeste van de huidige steden in de provincie creëerden. Van deze vorsten is het de moeite waard te wijzen op de toekenning van fueros (privileges) aan Salamanca door Alfonso VI de León en het herstel van het bisdom van Salamanca in 1102. Ook van belang was de oprichting van het bisdom Ciudad Rodrigo door Fernando II de León, die ook het concilie van Ledesma scheidde van dat van Salamanca en het privileges gaf, feiten die leidden tot de slag om Valmuza, een confrontatie tussen de koninklijke troepen en die van de raad van Salamanca, die weigerde een deel van hun grondgebied af te te staan.

13e eeuwse afbeelding van Alfonso IX de León die de Universiteit van Salamanca in 1218 stichtte.

Een bijzonder relevante gebeurtenis vanwege wat het later opbracht, namelijk de oprichting in 1218 van de Universiteit van Salamanca door Alfonso IX van León, toen nog als Algemene Studie (Estudio General) van het koninkrijk, die tot universiteit werd verheven bij koninklijk decreet van Alfonso X ‘el Sabio’, bekrachtigd door Paus Alexander IV in 1255.

Anderzijds werd in 1311 Alfonso XI de Castilla geboren in de stad Salamanca, de enige koning die in de huidige provincie Salamanca werd geboren. De late Middeleeuwen brachten de strijd tussen adellijke facties in Salamanca en Ciudad Rodrigo met zich mee, evenals de oprichting van meerdere adellijke heerlijkheden, zoals het graafschap Ledesma of het hertogdom Alba de Tormes.

Vroegmoderne Tijd

Vanaf de 15e eeuw, met de vermindering van de kleine gemeenteraden die stemrecht hadden in Cortes, begon de provinciale ruimte die later uit zou groeien tot het huidige Salamanca vorm te krijgen. De gemeenten die tot dan afhankelijk waren van de raden van Ledesma, Ciudad Rodrigo, Montemayor del Río, Béjar of Alba de Tormes om in de Cortes te stemmen, werden nu afhankelijk van de gemeenteraad van Salamanca.

De provincie in 1590 volgens de stemmen in de Cortes van Castilla.
 
Kaart van 1766, georiënteerd met het westen naar boven, waarop de huidige dorpen van Extremadura, San Martín de Trevejo, Trevejo en Villamiel, behoorde tot de provincie Salamanca, en de huidige gemeente Navasfrías van Salamanca, behoorde tot Extremadura, zijn aangegeven.

In 1520 steunde de stad Salamanca de opstand van de Comunidades, geleid door Francisco Maldonado. Maar dit gebeurde niet op dezelfde manier in Ciudad Rodrigo, verdeeld tussen beide partijen en waar de opstand niet slaagde vanwege deze verdeeldheid, omdat vóór de slag bij Villalar, de loyale positie van deze stad aan Carlos I al bekend was. Dit weerhield de universiteit er echter niet van om in deze eeuw een periode van pracht en praal te beleven, geleid door de zogenaamde School van Salamanca. Vermeldenswaard is ook dat Felipe II de España in 1543 in de stad Salamanca in het huwelijk trad met Maria de Portugal.

Na het verval van de 17e eeuw, die aanzienlijk werd beïnvloed door de overstroming van San Policarpo in Tormes in 1626, beleefde de stad Salamanca een nieuw moment van pracht in de 18e eeuw, en voltooide in die eeuw de bouw van de Plaza Mayor en de kathedraal Nueva, getroffen door de aardbeving in Lissabon van 1755. Eerder, tijdens de Successieoorlog, was het voor de provincie minder fortuinlijk om tegenover het koninkrijk Portugal te staan, hetgeen leidde tot de inname van Ciudad Rodrigo door Portugese troepen in 1706, die overigens het jaar daarop al door het leger van de Bourbons werden bevrijd. Tijdens de middeleeuwen en ook de moderne tijd, had de grens toestand van een deel van de provincie Salamanca grote gevolgen voor de inwoners van beide zijden van de Raya, zowel in het dagelijkse leven van vrede als in de spanning van oorlog.

Moderne Tijd

De 19e eeuw
De territoriale organisatie van 1833 liet Salamanca opgaan in het Leonese Gewest.

De 19e eeuw begon met de Onafhankelijkheidsoorlog, waarin de provincie Salamanca een beslissend strijdtoneel was, met als uitschieter de guerrillastrijder Julián Sánchez “El Charro”. In deze oorlog werd de stad Salamanca in 1809 door Napoleontische troepen bezet, tot de beslissende slag bij Arapiles in 1812, die plaatsvond na de twee belegeringen van Ciudad Rodrigo. Het einde van de Onafhankelijkheidsoorlog bracht in de provincie het begin van het gouden tijdperk van de textielindustrie in Béjar, dat duurde tot het einde van de 19e eeuw.

Na de invoering van het liberalisme werd in 1833 de huidige provincie Salamanca gecreëerd, die werd opgenomen in de regio León, de stad Salamanca werd de zetel van de Diputación de Salamanca (vglb Provinciale Staten); de stad Béjar probeerde zich in 1850 tevergeefs bij de provincie Ávila aan te sluiten, en in 1868 probeerde zij aan het hoofd te komen van een nieuwe provincie.

Het kanon van de heldhaftige verdedigers van Béjar en hoe zij zich opstelden in de strijd, Alfredo Perea (1868).

Ondanks dat het niet het epicentrum was van de Primera Guerra Carlista (Eerste Carlistenoorlog), waren er in de provincie enkele confrontaties tussen Liberale en Carlistische troepen, zoals die in Vitigudino in december 1838. Later, in 1868, in de context van de Spaanse revolutie van 1868 (Revolución Gloriosa), was Béjar de stad die het voortouw in de provincie nam en in deze stad een Junta Revolucionaria de Defensa (Revolutionaire Defensieraad) vormde.

In 1873, na de proclamatie van de Eerste Republiek, werden Salamanca en Béjar het slachtoffer van twee kantonalistische opstanden die, in het geval van Salamanca, na vier dagen van succes, op 26 juli 1873 toch werden neergeslagen, terwijl het in het geval van Béjar niet verder kwam dan een poging onder leiding van enkele raadsleden en een bataljon vrijwilligers van de republiek.

De 19e eeuw bracht ook de komst van de spoorweg naar de provincie, die zijn belangrijkste mijlpaal beleefde met de verbinding Portugal/Vilar Formoso in 1886 en de opening van de Via de la Plata in 1896, evenals de verbinding met Madrid in de 20ste eeuw, welke was uitgesteld tot 1926.

20ste eeuw
Palacio de Anaya van Salamanca, waar in 1936 de RNE (Spaanse Nationale Omroep) voor het eerst het licht zag.

In de 20ste eeuw speelde Béjar, als het belangrijkste industriële centrum van de provincie, een belangrijke rol. Zo was er tijdens de revolutie van 1934 (dat op nationaal niveau vooral de arbeiderswijken van Barcelona en de mijnstreken van Asturias en León trof) in Béjar een demonstratie die gewelddadig eindigde, en waarbij de staat van oorlog in de stad werd uitgeroepen. De verkiezingen van februari 1936, die een grote overwinning opleverden voor de rechtervleugel van de provincie Salamanca, leverde in Béjar het tegenovergestelde effect, met een duidelijke overwinning voor het Volksfront op. Na het uitbreken van de Spaanse burgeroorlog, op 17 juli 1936, stond vrijwel de hele provincie Salamanca vanaf het begin aan de kant van Franco, met enig verzet tegen de staatsgreep in de stad Salamanca. Maar ook dat was in de stad Béjar andars, daar stond men aan de kant van de Republikeinen en werd daarom op 21 juli door Franco’s troepen ingenomen. Franco’s eerste hoofdkwartier had hij opgezet in de stad Salamanca, dat hij in 1937 naar zijn woonplaats Burgos verhuisde. Op 19 januari 1937 werd in het Palacio de Anaya te Salamanca het Radio Nacional de España (RNE) geboren.

Plaquette in de stad Salamanca, aangebracht ter gelegenheid van de 20e verjaardag van de uitverkiezing van de stad tot werelderfgoed door de Unesco.

Aan het eind van de jaren dertig is het vernoemen van de ontploffing van het kruitmagazijn in het station van Peñaranda de Bracamonte op 9 juli 1939 zeker van belang, hierbij vielen meer dan honderd doden en meer dan 1500 gewonden, meer dan duizend huizen werden in de stad verwoest, dat was zo’n beetje het hele zuidelijk deel van de stad wat door deze explosie werd verwoest.

Van de eerste twee decennia, van de zelfvoorzienende economie (autarkie) onder Franco’s heerschappij, was misschien wel het meest opmerkelijke het herstel van het republikeinse kolonisatieproject aan de oevers van de Tormes en Águeda. Dat vondt zijn doorgang in deze jaren en leidde tot de oprichting van steden als Cilloruelo, Castillejo, Santa Teresa, Santa Inés (aan de oever van Tormes) en Águeda del Caudillo aan die van Águeda. Het einde van de jaren vijftig en, nog intenser vanaf de jaren zestig, leidden tot de industrialisatie van Spaanse steden. Een feit dat leidde tot de ontvolking van het platteland van Salamanca, waarvan de inwoners min of meer massaal naar Madrid, Barcelona en Pais Vasco trokken. Hoewel er ook binnen de eigen provincie verhuisd werd, daar een deel van de plattelandsbevolking naar de stad Salamanca trok.

In 1978 werd de Spaanse grondwet door een meerderheid van de bevolking van Salamanca goedgekeurd, terwijl de provincie in 1983 werd opgenomen in de comunidad autónoma van Castilla y León, samen met de andere twee provincies van de regio León en zes provincies van het Castilla la Vieja (het Oude Castilla). Dit was het begin van een periode waarin de bevolking van Salamanca haar vertegenwoordigers in de gemeenteraden, net als het Nationaal Parlement via stemming konden kiezen. Sinds de overgang zijn de verklaring tot werelderfgoed in 1988, en de uitroeping tot Europese cultuurstad in 2002, de belangrijkste gebeurtenissen in de stad Salamanca geweest.

Demografie


In het jaar 2018 telde de provincie 331.473 inwoners, waarvan er 143.978 in de provinciehoofdstad woonden, 43% tegenover 19% van het totaal van de provincie in 1950. De provincie Salamanca is de 8e provincie van Spanje met een hoger percentage inwoners die in de hoofdstad zijn geconcentreerd (44,09% tegen 31,96% voor Spanje als geheel).

Bevolkingsdichtheid per gemeente in de provincie Salamanaca (2018).
Bevolkingsgroei per gemeente in de provincie Salamanca tussen 1998 en 2008.
Bevolkingsgroei per gemeente in de provincie Salamanca tussen 2008 en 2018.

De provincie Salamanca is een provincies die problemen ondervind van de ontvolking, dat bekend staat onder de naam España vaciada (Leeg Spanje), omdat er sinds enkele decennia een continu proces van emigratie naar de steden plaatsvindt, met name naar Madrid, Barcelona, Bilbao en andere hoofdsteden, zoals Valladolid of Salamanca zelf. In het begin van de 21e eeuw is het inwonertal van de provinciehoofdstad niet sterk toegenomen, maar wel dat van haar grootstedelijk gebied, beter bekend onder de naam Alfoz de Salamanca, dat zich van de meeste andere grootstedelijke gebieden van Spanje onderscheidt doordat het zeer compact is. De totale oppervlakte bedraagt minder dan 200 km² en de afstand tot de hoofdstad van de samenstellende gemeenten varieert van 0 km in Santa Marta de Tormes (de dichtstbevolkte gemeente in het gebied na de hoofdstad Salamanca) tot 11 km in de gemeente Terradillos (Urbanización El Encinar).

De 20 grootste gemeenten van de provincie Salamanca
  Plaatsnaam inw.   Plaatsnaam inw.  
Salamanca Salamanca
Santa Marta de Tormes
Béjas
Ciudad Rodrigo
Villamayor
Carbajosa de la Sagrada
Villares de la Reina
Peñaranda de Bracamonte
Guijuelo
Alba de Tormes
143.269
14.646
12.269
12.065
7.371
7.368
6.491
6.123
5.550
5.159
Cabrerizos
Terradillos
Castellanos de Moriscos
Vitigudino
Aldeatejada
Doñinos de Salamanca
Ledesma
Lumbrales
Villoria
La Fuente de San Esteban
4.284
3.096
2.809
2.410
2.307
2.214
1.553
1.550
1.344
1.270
Béjar
Santa Marta Tormes Ciudad Rodrigo
bron: INE 2021

Erfgoed


De provincie Salamanca is eeuwen lang het strijdtoneel tussen moslims en christenen geweest. Pas in de tweede helft van de 10e eeuw begint m’n aan de herbevolking van het gebied (Ramiro II de León). U moet het zich voorstellen als een bijna verlaten gebied. De boeren waren weggetrokken want hun gewassen werden keer op keer vernietigd. De dorpen waren verlaten want deze werden constant geplunderd, eerst door de christenen en daarna door de moslims. Een van de manieren tot herbevolking was het stichtten van kloosters. Kloosters in die tijd hadden soms een militaire achtergrond die dan de bevolking kon beschermen. Op deze manier werd het land beetje bij beetje bewoonbaar en ontstond er het erfgoed wat we heden ten dagen aanschouwen. Hieronder vernoemd een paar van de vele andere erfgoederen van de provincie Salamanca.

Toren van de Facultad van de Ciencias de la Salud, Salamanca.

Art Nouveau museum, Casa Lis.

Kathedraal van Ciudad Rodrigo, met de Portada de las Cadenas.
Het Castillo de San Felices.

De oude hoofdstad Salamanca werd in 1988 door de UNESCO uitgeroepen tot werelderfgoed. Bezienswaardigheden in de stad, waarvan de meeste zich in de “Barrio Viejo”, bevinden:
Colegio de Fonseca: is een Colegio Mayores (universitair centrum verbonden aan de universiteit) gesticht in 1519.
Iglesia de San Marcos: een kerk in Romaanse stijl, gebouwd in de late 11e en de vroege 12e eeuw, het unieke van deze kerk is zijn ronde plattegrond met een diameter van 22 meter
Iglesia de Sancti Spiritus: Een laat-gotische kerk, en het enige wat is overgebleven van het gehele kloostercomplex.
Convento de las Claras: een klooster behorend aan de Orde van de Franciscanen gesticht in 1238
Iglesia de San Cristóbal: een romaanse kerk gesticht in 1145.
Het Plaza Mayor: in barokstijl ontworpen door de architecten Alberto en Nicolás Churriguera.
De twee kathedralen van Salamanca: de oude kathedraal dateerd van de 12e eeuw en de bouw van de nieuwe kathedraal begon in de 16e eeuw en werd pas voltooid in de 18e eeuw.
De Universidad de Salamanca: opgericht als Studium Generale in 1218 door Alfonso IX de León. Zijn tegenhanger die van Palencia werd net iets eerder tussen 120 en 1214 opgericht, maar verdween al na een paar jaar. Als universitaire onderwijsinstelling was het de eerste in Europa, verkregen bij koninklijk besluit van Alfonso X el Sabio.
Het Convento de San Esteban: een Dominicaans klooster uit de 16e eeuw. De Platereske gevel, met zijn triomfboogvorm, is een authentiek juweel van de renaissance in Salamanca. In de kerk staat een indrukwekkend barok altaarstuk van José Benito Churriguera.
Casa Lis: een prachtig museum dat Art Nouveau en Art Déco herbergt.
Dit is maar een heel klein overzicht van wat er in de hoofdstad te zien. Het is te veel om hier allemaal op te noemen.

De kathedraal van Santa María is een katholieke tempel in het Spaanse stadje Ciudad Rodrigo. De bouw ervan, waartoe koning Fernando II de León rond 1168 de aanzet gaf en die door zijn troonopvolgers werd voortgezet, vond plaats tussen de 12e en de 14e eeuw. Ze behoort tot de zogenaamde “Salamanca-groep”, samen met de Oude Kathedraal van Salamanca, de Kathedraal van Zamora en de Collegiale Kerk van Toro (Zamora) voor haar stijl. Binnenin heeft het drie trapsgewijs verspringende schepen met achtdelige gewelven. Het van origine Romaanse gebouw heeft verschillende hervormingen ondergaan, zoals de herbouw van de hoofdkapel in 1550, dankzij het beschermheerschap van kardinaal Tavera.

Het Castillo de San Felices is een overblijfsel uit de periode van herbevolking. San Felices de los Gallegos is een Spaanse gemeente die tijdens de Middeleeuwen in opdracht van Ramiro II de León werd herbevolkt. Daarna weer geplunderd en weer herbevolkt door Alfonso VI de León en Fernando II de León. De benaming San Felices de los Gallegos komt van de bisschop van Porto, Don Félix, die aan de stichting van het plaatsje, “San Felices” van Don Félix, begon. En aan “de Galliciërs” de aangewezen kolonisten uit de regio Gallaecia.

Cultuur


Feesten

De stad Salamanca viert op 12 juni de feesten van haar beschermheilige San Juan de Sahagún en op 8 september die van haar beschermheilige de Virgen de la Vega. Er worden ook andere zeer bekende festivals gevierd, zoals Lunes de Aqua (Watermaandag?) en de Semana Santa (Heilige Week van Salamanca), die tot internationaal toeristisch belang zijn verklaard.

In de rest van de provincie zijn de Corpus Christi-processie van Béjar met de Hombres de Musgo, het Carnaval del Toro (carnaval van de stier) van de Ciudad Rodrigo en de Loa de La Alberca van nationaal toeristisch belang. Van regionaal toeristisch belang, het feest van El Noveno de San Felices de los Gallegos wordt half mei gevierd, het typische Candelario-huwelijk op de tweede zondag van augustus, Corpus Christi in La Alberca, het typische Guijuelo-bloedbad in januari en februari., La Charrada de Ciudad Rodrigo elke heilige zaterdag en de feestelijkheden van de beschermheilige van Santa Teresa de Alba de Tormes midden oktober.

Andere opmerkelijke festiviteiten zijn de offerandes van La Alberca, Mogarraz, Cepeda en San Martín del Castañar, de Kerstviering van Petitorio van Sequeros, de Espantos van Ledesma, de Misa del Gallo van Macotera, La Robra van El Cabaco, het diner van San Silvestre in Aldea del Obispo en La Chorizá van Puerto Seguro.

Op 5 februari wordt in veel steden in de provincie het festival van Las Águedas gevierd. Vooral die van Miranda del Castañar is opvallend. Andere veel voorkomende festivals in veel steden zijn die welke worden bezield door het rennen voor de stieren en stierengevechten. Ze worden gehouden in Alba de Tormes, Aldeadávila de la Ribera, Cepeda, Ciudad Rodrigo, Fuenteguinaldo, Gallegos de Argañán, Ledesma, Lumbrales, Los Santos, Ledesma, Lumbrales, Macotera, Martín de Yeltes, San Felices de los Gallegos, Sancti-Spíritus , Saucelle, Villarino de los Aires, Villavieja de Yeltes, Vilvestre en Vitigudino.

Folklore

Dansende Spanjaarden in het typische Salamancaanse charro-kostuums.

Het charro-kostuum is algemeen bekend en wordt gebruikt bij festiviteiten in de hele provincie, hoewel sommige streken hun eigen traditionele klederdracht hebben, zoals het geval is in de Sierra de Francia, El Rebollar, La Ribera, La Armuña en de Sierra de Béjar. Deze laatste is de hoofdrolspeler van de typische bruiloft van Candelario, een feest van regionaal toeristisch belang.

Talen

De evolutie van talen op het Iberisch schiereiland.

Spaans is de enige officiële taal in de provincie Salamanca, maar er worden ook andere minderheidstalen gesproken, zoals het Leonees en het Portugees.

Straatnaambord in Robleda, in de streek van El Rebollar, in het Spaans en in het palra d’El Rebollal.

Eeuwen geleden was de overheersing van de Leonese taal vrij groot. Het was de taal van de Galliciërs die zich na de herovering van de christenen in de provincie vestigden. De taal werd door de Junta de Castilla y León in haar autonomiestatuut erkend wegens de grotere aanwezigheid ervan in andere provincies, vooral León, en in mindere mate in Zamora. In Salamanca zijn er nog enkele overblijfselen, in meer of mindere mate, in het westen en het zuiden, in La Ribera, La Ramajería, El Abadengo, El Campo de Robledo, El Rebollar, Los Agadones, La Sierra de Francia en La Sierra de Béjar. In de meeste gevallen gaat het om het gebruik van bepaalde woorden en taalkundige uitdrukkingen van het Leonees of daarvan afgeleid, aangezien het als taal praktisch alleen bewaard is gebleven in de streek van El Rebollar. De inwoners maken er dagelijks gebruik van en beschouwen het als een waardevol cultureel erfgoed dat moet worden beschermd, in die mate zelfs dat in sommige gemeenten tweetalige straatnamen worden gebruikt. In de volksmond wordt het de spraak van El Rebollar of palra d’El Rebollal genoemd en wordt het gewoonlijk gecatalogiseerd als Extremaduraans, dat verwantschap vertoont met het Asturisch.

Gastronomie


Landkaart van Spanje met daarop in paars aangegeven de wijnstreek van de D.O. Arribes.

De gastronomie van de provincie Salamanca is het geheel van gerechten en culinaire gebruiken van de provincie Salamanca. De veestapel, het varkensvlees (worst en ham) en de overvloed aan velden die met verschillende granen worden verbouwd, geven al een duidelijk beeld van de keuken en de bereidingen. De keuken fungeert als een brug tussen de keukens van Extremadura, Leon en de Castiliaanse keuken . De provincie Salamanca heeft twee karakteristieke wijnbouwgebieden: Arribes del Duero en Sierra de Salamanca. Met de veestapel worden niet alleen veel verschillende worsten geproduceerd maar ook kazen zoals die van Hinojosa, Villamayor, Cantalapiedra en Villarino de los Aires.

Vleeswaren

De cocina charra (typische Salamancaanse keuken) is hoofdzakelijk gebaseerd op vlees. Op de velden van de provincie Salamanca worden kastanjes en eikels geteeld, dit is het voedsel voor de varkensstapel die op hun beurt weer borg staan voor de overvloedige worstproducten. Hiertoe behoren worsten zoals longaniza de Salamanca, chorizo cular (worst in dikke of grote darm). Sommige daarvan, zoals de farinatos (populair in Ciudad Rodrigo), zijn worsten gemaakt van reuzel, broodkruimels, paprika, ui, zout en anijs. Farinatos worden gewoonlijk gebakken en vergezeld van spiegeleieren, of meer van deze tijd met roereieren, die tegenwoordig als tapas worden geserveerd. De chorizo’s van Candelario en de gerookte ham van Guijuelo. Met de chorizo worden hornazos gemaakt, een soort empanada (pasteitjes) gevuld met gehakte worst, hardgekookt ei en varkenshaas. Een ander typisch gerecht, te vinden in een aantal gemeenten van Salamanca is de tostón (gebraden speenvarken, cochinillo asado). Een gerecht met duidelijke Castiliaanse invloeden is het gebraden speenlam (lechazo asado).

Groente

De peulvruchten zijn beroemd in de provincie, zo zijn er kikkererwten in overvloed (de meest bekende zijn de pedrosillanos, uit Pedrosillo el Ralo, een klein formaat), linzen (die uit Armuña zijn zeer bekend) en bonen. Ze worden allemaal bereidt met vlees in stoofschotels.

Cochinillo asado.

Farinato (tapa) geserveerd met roerei.

Verschillende gedroogde kikkererwten: Pedrosillo (links) en Fuentesaúco (rechts).

Er is een gerecht, genaamd habas a la salmantina bereidt met chorizo en punten van de ham. Een ander gerecht is patatas con chorizo , of de patatas meneadas en Calderillo wat een typische stoofpot is van aardappelen en rundvlees gekruid met rode peper, ui en laurier. Zorongollo is een gerecht met invloeden van Extremadura bekend in sommige gemeenten in het zuidelijke deel van de provincie. Wat betreft de graanproduktie is vooral de tarwe van belang, deze wordt gebruikt voor het bakken van brood. Een van de rijstgerechten is de chanfaina salmantina die wordt bereid met rijst en afval van gevogelte en lam. Een typische salade is de limón serrano, gemaakt met sinaasappels, citroen, gekookt ei en chorizoworst op smaak gebracht met suiker, zout, olijfolie en een scheutje rode wijn. Er is een kleine productie van olijfolie in de Riberas del Duero.

Nagerechten, gebak

Deze provincie heeft enkele typische soorten gebak. Zo zijn er de bollo maimón, de tortilla de arroz y azúcar, in de hoofdstad de chochos de yema (een snoepje in de vorm van een grote schil), de rosquillas de Ledesma. In La Alberca maken ze de amarguillos (amandelkoekjes), de almendras garrapiñadas, de Alba de Tormes, maar ook de hojaldres de Ledesma zeer gewaardeerd. In Cepeda de perrunillas, de mantecados, rosquillas en buñuelos. De turrones (amandelnoga) zijn populair in de provincie, net als in Ciudad Rodrigo de repelao, een koekje uit de streek met een smaak die lijkt op die van marsepein, en de perronillas. De obleas (wafels) van Cipérez hebben een grote traditie en vallen niet alleen op door hun smaak, maar ook door de tekeningen op de vellen waarmee ze zijn gemaakt.


Naar boven

Verwant aan dit onderwerp:

This was one of the stories in the non-commercial website spaanseverhalen.com. The stories in this website are not static, the stories will be changed regularly, please look at this notice:

        • Last updated 2022-10-10

Coralma*

Sources and references:
The mostly foreign texts from wikipedia are available under the Creative Commons Attribution-Share Alike licence. I have translated, mixed, and often supplemented these texts with my own knowledge, and experience, gained during the time I live in Spain, and work on these articles.
Other source references may also be included, which may be things that I, while researching the articles, have read and incorporated into these texts

Spanish language Wikipedia|titel=Provincia de Salamanca|pagecode=132295506| date=20210118
Spanish language Wikipedia|titel=Escudo de la provincia de Salamanca|pagecode=120777848| date=20210122
Spanish language
Wikipedia|titel=Arribes (geografía)|pagecode=131309185| date=20210122
Spanish language
Wikipedia|titel=Gastronomía de la provincia de Salamanca|pagecode=130007959| date=20210126
Dutch language
Wikipedia|titel=Herodotus|pagecode=53786760| date=20210117

These texts are available under the licence Creative Commons Naamsvermelding/Gelijk delen 3.0. CC BY-SA 3.0

Other references are:

    • Source reference: El Blog Biblioteca Virtual Miguel Cervantes|http://www.cervantesvirtual.com/nd/ark:/59851/bmcrj4v6| datum=20210118
    • Source reference: Website Celtiberia.net|https://www.celtiberia.net/es/multimedia/?id=2815| datum=20210126

The photos/images are licensed under Wikimedia Creative Commons: CC0 1.0CC BY 1.0, CC BY-SA 1.0, CC BY 2.0, CC BY-SA 2.0, CC BY-NC-SA 2.0, CC BY 2.5, CC BY-SA 2.5, CC BY 3.0, CC BY-SA 3.0, CC BY 4.0, CC BY-SA 4.0, Free Art License 1.3 or Public Domain

If you click on one of the links below, you will see the full information of these photos/images, the author, or the licence.

Coralma*, is own work that can be found as a CC BY-SA 4.0 file in Wikipedia Commons.


Eetsnob

eten met passie

Jan Woordenaar Bontje - CULTUUR

Aforismen, bontjes, columns, gedachten, gedichten, haibun, haiku, kyoka, literatuur, poëzie, proza, snelsonnetten, tanka.

De niet genomen weg

Fietsen, wandelen, reizen, foto's, gedachten en meer.

De niet genomen weg

Fietsen, wandelen, foto's, gedachten en meer.

MONTSE ANTARES BLOG CINEMA

BANDAS SONORAS.. SOUNDTRACKS.. Y MÁS