Bagaudae

Bagaudae: Boerenopstanden in het Romeinse Rijk

De term bagaudae (of bacaudas zoals ze in Spanje genoemd worden; in het Bretons bagad) was de benaming voor groepen rebellerende boeren die deelnamen aan een lange reeks opstanden in het Romeinse Rijk tijdens de Crisis van de 3e eeuw. De opstanden vonden voornamelijk plaats in Gallië en Hispania. Ze maakte dat het onveilig was op het platteland. De vermoedelijk betekenis van het woord bagaudae is “vechters”. Maar ook een Latijnse wortel van het woord dat ‘revolutionair’ betekent, zou mogelijk kunnen zijn.

Gallische plunderaars (Pillards gaulois, door Évariste-Vital Luminais. 1867, Musee de Langus).

De oorsprong van de Bagaudae ligt voornamelijk bij boeren en stedelingen. Waaronder weggelopen slaven, vogelvrij verklaarden, en paupers. Maar ook gedeserteerde soldaten uit de legioenen maakten er deel van uit. Afhankelijk van de periode waarin ze streden waren het mensen die vanwege de plundertochten door Germaanse stammen alles kwijt waren geraakt. Of het waren mensen die te maken kregen met de arbeidsonderdrukking van het militaire systeem. Dit was ook het geval met het “pre-feodale” systeem van grootgrondbezitters dat opkwam in het Late Romeinse Rijk. Zij vormden gewapende groepen om zich te beschermen en voorzagen zichzelf van levensonderhoud door te roven en plunderen.

Luis Agustín García Moreno heeft de Bagaudae in verband gebracht met de crisis die het Late Romeinse Rijk doormaakte en die werd geaccentueerd door de barbaarse invasies:

  “In het licht van het verval en de ineenstorting van het staatsgezag, en in de onrust die werd veroorzaakt door de invasies en de daaropvolgende plunderingen of onderdrukking, is het niet verrassend dat een groot aantal boeren probeerde te ontsnappen aan de zware keizerlijke belastingen en de grotere afhankelijkheid van de grootgrondbezitters, door hun gewassen op te geven en zich bezig te houden met plundering, als een pre-politieke en onbewuste vorm van strijd tegen een sociaaleconomische orde die hen dwars zat. Dit lijkt de essentiële oorsprong te zijn van de beweging die bekend staat als bagauda, die gedurende de 5e eeuw zowel in Gallië als in bepaalde gebieden van het Iberisch schiereiland voorkwam”.

Onderdrukking


Het eerste nieuws over deze opstanden wordt tijdens de 3e eeuw opgetekend in Gallië. De opkomst van de Bagaudas valt samen met de hoogste incidentie van de Germaanse invasies van de 5e eeuw. Toen verplaatsten deze opstanden zich ook naar Tarraconensis. Dit alles gebeurde in de context van de sociale en economische crisis van het Late Romeinse Rijk. Deze botsingen vonden precies plaats toen de Romeinse wereld werd geconfronteerd met ongekende druk. Dit gebeurde met name in de westelijke grenzen. Deze omstandigheden speelden mogelijk een belangrijke rol in het uiteenvallen van het Rijk.

Nadat er een einde was gekomen aan de invallen van de Germanen werd het leger ingezet om een einde te maken aan het probleem dat de Bagaudae veroorzaakten. Tussen 284 en 286 werden zij vernietigd door de keizers Maximianus en Carausius (usurpator), in naam van keizer Diocletianus. De leiders van de Bagaudae waren Amandus en Aelianus. E M Wightman stelt in haar Gallia Belgica echter voor dat de twee behoorden tot de lokale Gallo-Romeinse klasse van landeigenaren die “tirannen” werden. Hoogstwaarschijnlijk kwamen zij in opstand door de moordende belastingheffing en beslaglegging op hun land, oogsten en arbeidskrachten door de roofzuchtige ambtenaren van de laat-Romeinse staat.

De lofrede van Maximianus, daterend uit 289 n.Chr. en toegeschreven aan Claudius Mamertinus, vertelt dat tijdens de bagaudae opstanden van 284-285 n.Chr. in de districten rond Lugdunum (Lyon);

  “eenvoudige boeren militaire kleding zochten; de ploeger imiteerde de infanterist, de herder de cavalerist, de rustieke oogster van zijn eigen gewassen de barbaarse vijand”.

In feite deelden ze verschillende vergelijkbare kenmerken met het Germaanse Heruli volk. Mamertinus noemde hen ook “monsters met twee vormen” (monstrorum biformium). Daarmee benadrukte hij dat ze technisch gezien keizerlijke boeren en burgers waren. Toch waren ze ook plunderende schurken die vijanden van het Rijk waren geworden.

De herhaling


In Gallië werden de Bagaudae aanvankelijk gelokaliseerd in de Loire-vallei en Bretagne tussen circa 409-17 n.Chr. Verschillende legers werden tegen hen in stelling gebracht. De laatste effectieve West-Romeinse generaal was Flavius Aëtius. Hij trad tegen hen op. Hij gebruikte foederati-eenheden van de Alanen onder hun koning Goar om de Bagaudae opstand in Armorica (oude Keltische naam voor Bretagne) te onderdrukken. Onder leiding van Tibatto kwamen ze in opstand tussen 436-437 en in 442. Generaal Aëtius bracht het leger tegen hen in stelling die Tibatto gevangen nam. Met de ineenstorting van het West-Romeinse Rijk en opkomst van de Germaanse koninkrijken verdween de benaming Bagaudae uit de geschiedenis.

De eerste vermelding van een Bagauda-beweging in Hispania dateert uit 441. De opstand vond plaats in Aracilus (het huidige Corella, Navarra) en Tarazona (provincie Zaragoza). Er is gespeculeerd of er een verband was met de Baskische bevolking. Deze bevolking breidde zich toen uit en verzette zich ook tegen de Romeinse sociaaleconomische orde. De keizerlijke regering stuurde de opperbevelhebber (magister utriusque militiae) Astyrius. In 443 werd hij vervangen door Merobaudes. Deze laatste slaagde erin de opstand neer te slaan.

Een paar jaar later vond er een nieuwe opstand van de Bagauda plaats in de Ebro-vallei, dit keer met de steun van de Sueben-koning Requiario. Er wordt aangenomen dat deze tweede Bagauda belangrijker was dan de eerste omdat ze, onder leiding van een zekere Basilio, niet alleen het platteland plunderden maar ook steden plunderden. Zo bezetten ze in 449 Tarazona waar ze het Visigotische garnizoen en de bisschop van de stad León, doodden en samen met de Sueben plunderden ze ook Zaragoza en Lérida. In 453 slaagde een Romeinse ambassade onder leiding van de comes Hispaniarum Mansueto erin om de Suevi zover te krijgen dat ze Tarraconensis verlieten. Dit betekende dat het jaar daarop, toen de alliantie tussen de Sueben en de Bagauda verbroken was, de Visigoten onder Federico, broer van koning Teodorico II, een definitief einde maakten aan de opstand van de Bagauda.

Salvianus de Marseille illustreert het fenomeen van de Bagauda heel goed:

  Ze leefden liever vrij onder de naam van slaven, dan slaven te zijn met alleen in naam vrij te zijn.

Reputatie


Hoewel er in die tijd een tendens was om aan deze beweging een louter banditisme toe te schrijven, waren sommige auteurs van mening dat het karakter ervan een sociale revolutie was. Deze beweging werd door sommige auteurs erkend als een sociale revolutie. Zo schrijft Rutilius Namacianus, die de nederlaag van de Bagauda door Exuperantius in 417 viert, dat de overwinnaar.

  “de wetten herstelde, de vrijheid herstelde en de eigenaars niet toestond slaaf te zijn van hun eigen slaven”.

De reputatie van de bagaudae veranderde afhankelijk van hoe ze werden gebruikt in historische verhalen. Deze verhalen over het Laat-Romeinse Rijk en de Middeleeuwen beïnvloedden hun reputatie. Er is wel eens gespeculeerd dat het om een christelijke opstand ging. Echter, de schaarse informatie in de teksten biedt daar weinig houvast voor. Misschien waren er wel veel christenen onder hen. Over het algemeen lijken het evenveel struikrovers als opstandelingen te zijn geweest.

In de tweede helft van de 19e eeuw herleefde de belangstelling voor de Bagaudae. Dit kwam overeen met de hedendaagse sociale onrust. De Franse historicus Jean Trithemié stond bekend om zijn nationalistische kijk op de “Bagaudae”. Hij stelde dat ze een uitdrukking waren van de nationale identiteit onder de Gallische boeren. Deze boeren wilden de onderdrukkende Romeinse overheersing omverwerpen. Zij streefden naar de realisatie van de eeuwige “Franse” waarden van vrijheid, gelijkheid en broederschap.

E. A. Thompson (Brits Marxist historicus) portretteerde in Past and Present (1952). Hij plaatste deze ontevredenheid op het platteland binnen de context van marxistische klassenstrijd.


Dank voor uw interesse aan deze website van Spaanse Verhalen. Elke week tracht ik een nieuw verhaal te publiceren. Als u de verhalen hier weet te waarderen, abonneer u dan op deze niet commerciële website. Geef uw e-mailadres op en klik op Abonneren. De knop veranderd naar Geabonneerd en als u daarop klikt kunt het abonnement heel gemakkelijk weer opzeggen.

Verwant aan dit onderwerp:

Naar boven


Notations

This was one of the stories in the non-commercial website spaanseverhalen.com

The latest update of this story is: 2025-10-21

Coralma*

Sources and references
The mainly foreign texts from Wikipedia are available under the Creative Commons Attribution-Share Alike license. I have translated these texts, mixed them and often supplemented them with my own knowledge. The experience I gained while living in Spain and working on these articles has also been incorporated into these texts.

Other source references may also have been included. These may be things I read during my research for the articles and incorporated into the stories.

        • Spanish Wikipedia titel=Bagaudas pagecode=157153348 date=20241230.
        • Dutch Wikipedia titel=Bagaudae pagecode=68219103 date=20241230.
        • English Wikipedia titel=Bagaudae pagecode=1258168585 date=20241230.

These texts of this story are available under the licence Creative Commons Attribution-Sharealike 4.0 International (CC BY-SA 4.0).

Full information of these photos/images.

I would like to take this opportunity to thank everyone who has made their photographs freely available and thereby contributed to these stories.